Kwalitatieve Onderzoeksmethoden
Konings
Ella
S0211146
Schakeljaar – communicatiewetenschappen
,Ella Konings S0211146 2021-2022
Inhoudstafel
1 PROBLEEMSTELLING.................................................................................................................................... 1
2 AXIAAL CODEREN........................................................................................................................................ 2
2.1 CONTACT........................................................................................................................................................2
2.1.1 Vrienden.................................................................................................................................................2
2.1.2 Familie....................................................................................................................................................3
2.1.3 Hulpverleners..........................................................................................................................................3
2.2 UITING VAN GEVOELENS.....................................................................................................................................3
2.2.1 Wanhoop................................................................................................................................................4
2.2.2 Teleurstelling..........................................................................................................................................4
2.3 EENZAAMHEID................................................................................................................................................. 4
2.3.1 Emotionele eenzaamheid.......................................................................................................................5
2.3.2 Sociale eenzaamheid..............................................................................................................................5
3 SELECTIEF CODEREN WEERGEGEVEN IN EEN GRAFISCHE VOORSTELLING......................................................6
4 ONDERZOEKSTEKST..................................................................................................................................... 7
5 REFLECTIE OVER KWALITEITSVEREISTEN VOOR KWALITATIEF ONDERZOEK..................................................9
5.1 GELOOFWAARDIGHEID.......................................................................................................................................9
5.2 OVERDRAAGBAARHEID.......................................................................................................................................9
5.3 AFHANKELIJKHEID...........................................................................................................................................10
5.4 OVERTUIGINGSKRACHT....................................................................................................................................10
6 REFLECTIE OVER ETHIEK IN ONDERZOEK.................................................................................................... 11
6.1 PROCEDURELE ETHIEK......................................................................................................................................11
6.2 SITUATIONELE OF RELATIONELE ETHIEK...............................................................................................................11
6.2.1 Situationele ethische aandachtspunten...............................................................................................11
6.2.2 Relationele ethische aandachtspunten................................................................................................11
7 REFLECTIE: DENKOEFENING OVER EEN TOEPASSING VAN MIXED METHODS...............................................13
7.1 EXPLICITERING VAN DE MEERWAARDE VAN MIXED METHODS ONDERZOEK VOOR JOUW PROBLEEMSTELLING......................13
7.2 EEN AANGEWEZEN VORM VAN MIXED METHODS ONDERZOEK VOOR DIT ONDERZOEK...................................................13
8 BIBLIOGRAFIE............................................................................................................................................ 14
, Ella Konings S0211146 2021-2022
1 Probleemstelling
Ouderen die hun thuisomgeving vervangen door een woonzorgcentrum, kampen vaak met een
afname aan contact met familie en vrienden. Deze situatie kan vaak uitdraaien op eenzame
gevoelens (Naik & Ueland Ph, 2020). Ook Taylor stelt dat eenzaamheid onder de senioren een
groeiende zorg is (2018). Het kleiner worden van sociale netwerken kan een gevolg zijn van het
verlies van familieleden en/of volwassen kinderen die verhuizen en dit resulteert tot een groter risico
op isolement voor de oudere bevolkingsgroep. Eenzaamheid zelf kan dan weer leiden tot ernstige
negatieve effecten op de gezondheid en het welzijn, waaronder functionele achteruitgang, depressie,
lagere slaapkwaliteit, de aanwezigheid van een psychische stoornis en cognitieve achteruitgang
(Elder & Retrum, 2012; Gerst-Emerson & Jayawardhana, 2015).
Eenzaamheid dient als een belangrijk volksgezondheidprobleem beschouwd te worden dat men
moet aanpakken onder de ouder volwassenen. Er zijn reeds verschillende studies uitgevoerd over
eenzaamheid bij oudere volwassenen die in een gemeenschap wonen, echter werden deze
uitgevoerd buiten Vlaanderen. Toch is het ook belangrijk om te streven naar optimalisatie binnen de
Vlaamse woonzorgcentra. De doelstelling van dit onderzoek is dan ook om de oorzaken van
eenzaamheid te ontdekken bij de Vlaamse senioren en het opmerken van een eventueel verschil
tussen nog thuiswonenden en hulpbehoevenden.
Om deze reden werd er getracht een antwoord te vinden op de volgende onderzoeksvraag: Waarom
voelen Vlaamse ouderen wonend in een woonzorgcentrum zich al dan niet eenzamer? Dit
onderzoek werd gebaseerd op interviews afgelegd met twee verschillende Vlaamse 65-plussers.
Oorzaken van eenzaamheid in een woonzorgcentrum zouden gekoppeld kunnen worden aan het
tekort aan hulpverleners, het verlies aan contact met familie en vrienden en het zien wegvallen van
andere bewoners.
Uiteraard was het niet haalbaar deze onderzoeksvraag tot in perfectie te beantwoorden. Gezien de
onderzoeksvraag pas opgesteld werd na het afleggen van de interviews, waren de gestelde vragen
niet volledig gericht op de probleemstelling. Daarnaast was het ook slechts mogelijk twee
respondenten te bevragen. Het onderzoek had meer diepgang kunnen bereiken wanneer men nog
meer verschillende respondenten ondervraagd had.
1