100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting Orgaanfysiologie & Pathofysiologie II

Beoordeling
3,0
(1)
Verkocht
2
Pagina's
118
Geüpload op
25-09-2022
Geschreven in
2021/2022

Samenvatting van de hele cursus 'Orgaanfysiologie & pathofysiologie II', gebaseerd op de powerpointslides en notities tijdens de lessen.












Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
25 september 2022
Aantal pagina's
118
Geschreven in
2021/2022
Type
Samenvatting

Onderwerpen

Voorbeeld van de inhoud

Orgaanfysiologie en pathofysiologie II
1. Inleiding
Interdepency of things:
• Alles is met elkaar verbonden
• Maakt het leven mogelijk

Complexe systemen:
• Wordt bestudeerd door de fysiologie
• Alles is opgebouwd uit complexe systemen, ook het leven

Gedrag:
• Complex, maar wel georganiseerd
• Voor elk systeem hetzelfde (vb. lichaam, temperatuur, aandelenkoers, weerkunde …)
• Vertonen emergente eigenschappen

Emergente eigenschappen:
• Eigenschappen van een systeem, die niet afkomstig zijn van één van de onderliggende
componenten
• Uiting van de meerwaarde van de ‘samenhang’ tussen de componenten van dat systeem
• Wanneer men enkel naar de afzonderlijke delen gaat kijken (reductionistische wetenschap
= uiteenrafelen van een geheel in kleinere delen met het risico op het verliezen van de
samenwerking van de verschillende componenten), gaan de emergente eigenschappen
verloren → het geheel is meer dan de som van de delen

Zelforganisatie:
• Belangrijke voorwaarde voordat emergentie kan optreden

Newtoniaanse wetenschap:
• Tegenovergestelde van de studie van complexe systemen
• Alle complexe/chaotische eigenschappen worden weg gefilterd
• Vb. geen wrijving, voorwerp is niet vervormbaar …

Studie van complexe systemen:
• Componenten van het systeem communiceren met elkaar en met de omgeving
= open systeem
• De gevolgen van deze communicatie verlopen meestal niet-lineair → kleine veranderingen,
hebben grote gevolgen
• Het systeem is nooit in evenwicht, maar streeft er wel naar → interface tussen orde en
chaos
• Het gedrag van zo’n systeem is extreem, maar wel gedetermineerd → verloopt volgens
bepaalde wetmatigheden



1

,Belangrijke voorbeelden:
Het leven:
• Emergente eigenschap van het lichaam, die ontstaat door de complexe, dynamische
interacties van biomoleculen, cellen, organen en orgaansystemen

Gezondheid en homeostase:
• Fysiologische toestand van ‘steady-state’ of ‘evenwicht’ van een complex adaptief systeem,
kan weerstand bieden aan storingen dankzij adaptieve reacties

Pre-ziekte:
• Systeem is in evenwicht maar kan minder weerstand bieden aan storingen (omgeving,
genetisch, …) dankzij slechtwerkende adaptieve reacties

Ziekte:
• Uiting van het uit evenwicht geraken, of ‘falen van het behoud van gezondheid’
• Falen van een complex gedrag (van zelf-stabiliserende systemen)

Fysiologie:
• Gaat opzoek naar functionele verklaringen van evenwichten en naar de werking van
(mal)adaptieve mechanismen

Niet-functioneel verklarende/functionele wetenschap:
• Enkel beschrijvende wetenschap
• Gaat niet opzoek naar de relatie tussen de verschillende delen (emergente eigenschappen)
• Vb. systeembiologie, -omics

Scale free network:
• Mijlpaal in de studie van complexe systemen
• Bevatten hubs en nodes
• Hubs = veel invloed, maar weinig in aantal
• Nodes = weinig invloed, maar veel in aantal
• Hyperbolische relatie
• Hubs hebben de grootste invloed, wanneer men het
systeem wil veranderen, moet men proberen om het
gedrag van de hubs te veranderen (vb. modetrends)

Menselijke lichaam:
• Elk niveau van complexiteit is bestaat uit een ‘scale free network’

Medicatie:
• Molecule dat bindt aan een eiwit
• Doel: gedrag van network veranderen → gedrag van hub veranderen
• Medicijn moet aanvallen op hub
• Wat hub is in het menselijke lichaam is nog niet duidelijk

2

,2. Circulatoir stelsel
2.1 Functionele opbouw
→ niet noodzakelijk, want er bestaat organismen zonder circulatoir stelsel (hart en bloedvaten)

Functie:
• Communicatie tussen alle verschillende cellen met hun omgeving
• Aanvoer van voedingsstoffen en zuurstof
• Afvoer van afvalstoffen

Verschillende soorten organisme:
Unicellulaire organisme:
• Vb. bacteriën
• Heeft geen circulatoir stelsel
• De cel staat zelf in contact met zijn omgeving

Multicellulaire organisme:
• Vb. sponzen, kwallen, wieren …
• Typische structuren/instulpingen die diffusie mogelijk maakt tussen de verschillende cellen
• Binnenste cellen staan zo ook in contact met de omgeving

Circulatoire organismen met 1 pomp:
• Vb. vissen
• Introductie van het circulatoir stelsel
• Bevat bloed = transportmiddel
• Bloed wisselt stoffen uit met de omgeving en met alle individuele cellen (die niet rechtsreeks
in contact staan met de omgeving) → 2 uitwisselingsoppervlakken
• Bij vissen: kieuwen voor lucht, maagdarmstelsel voor voeding en opgeloste stoffen,
schubben voor temperatuur
• Organismen zijn niet te groot waardoor er maar 1 pomp nodig is

Circulatoire organismen met 2 pompen:
• Vb. zoogdieren (mens)
• Krachtigere pomp nodig
• Pomp is ontdubbeld in:
Linker pomp → vormt de grote bloedsomploop (GBO)
Rechter pomp → vormt de kleine bloedsomloop (KBO)
• Kieuwen zijn geïnternaliseerd = longen
Voordeel: bescherming door borstkas
Nadeel: noodzakelijk om te ademen, zodat de lucht in longblaasjes zo gelijk mogelijk is aan
de lucht van de omgeving




3

, Anatomie/begrippen circulatoir systeem:
Atrium:
• Voorkamer
• Dun gespierde wand

Ventrikel:
• Kamer
• Sterk gespierde wand

Arterie:
• Slagader
• Zorgt voor het transport van bloed van het hart naar de rest van het lichaam

Arteriolen:
• Aftakking van arterie

Capillairen:
• Aftakking van arteriolen
• Elke cel maakt contact met een capillair
• Zorgt voor uitwisseling van stoffen tussen bloed en organen
• Vormen vaatbedden

Venen:
• Transport van zuurstofarm bloed van organen naar hart

Capillair bed:
• Capillair netwerk
• Vaatbedden van longen zijn serie geschakeld
• Vaatbedden van de andere organen zijn parallel geschakeld

Aorta:
• Slagaders
• Vertrekt vanuit linker ventrikel
• Er stroomt 5L bloed per minuut door de aorta → heel gespierde wand
• Vervolgens wordt het bloed verspreid over de verschillende capillaire bedden
• Enkel de longen ontvangen 5L bloed/minuut, de andere organen minder

Capillair bed in hartspier:
• Noodzakelijk
• Geen diffusie mogelijk in hart, want:
→ te traag
→ hartspier is te dik




4

Beoordelingen van geverifieerde kopers

Alle reviews worden weergegeven
2 jaar geleden

3,0

1 beoordelingen

5
0
4
0
3
1
2
0
1
0
Betrouwbare reviews op Stuvia

Alle beoordelingen zijn geschreven door echte Stuvia-gebruikers na geverifieerde aankopen.

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
LepageJ Universiteit Antwerpen
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
93
Lid sinds
3 jaar
Aantal volgers
30
Documenten
27
Laatst verkocht
6 uur geleden

4,0

24 beoordelingen

5
7
4
13
3
3
2
0
1
1

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via Bancontact, iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo eenvoudig kan het zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen