Samenvatting levensverzekering Arteveldehogeschool

Hoofdstuk 1: De
levensverzekering: algemene
begrippen
1. Het begrip “verzekering”
 Beschermen tegen risico’s

2. De personenverzekering
 Sommenverzekering vs schadeverzekering
 Sommenverzekering
o Niet vergoedend, niet bij schade
o Geen onder of oververzekering
o Geen subrogatie
- Geen verhaalrecht
- Derde indeplaatsstelling
o Verzekerde gebeurtenis aantonen, niet de schade
o Persoonlijk en geoorloofd belang
- Bv. je mag geen levensverzekering afsluiten op hoofd president
o Afgesproken som geld
o Bv. bij overlijden
 Schadeverzekering
o Betalen schade
o Bv. brandverzekering, BA
o Vergoeding staat in verhouding met schade

2.1. Inleiding
 Uitsluitend verzekeringen met een forfaitair karakter  uitkering vast bedrag
 Schade enkel afhankelijk van menselijk leven of fysieke integriteit van een persoon
 Voorziet in betaling bepaald bedrag wanneer verzekerd risico zich voordoet
 Optreden verzekeraar is niet verbonden met bestaan en omvang schade
 Geen vergoedend karakter (geen vergoeding geleden schade)
 Geen onderverzekering
 Geen subrogatiemechanisme
 Begunstigde bewijst enkel dat verzekerde gebeurtenis voorgevallen is
 Begunstigde kiest zelf of verzekering nut heeft
 Sluiten levensverzekering  geldzaak
 Onderhandse verrichting waarbij verzekerde en verzekeraar een verbintenis aangaan
 Principe  toeval is strikt beperkt tot duur menselijk leven

2.2. De wettelijke classificatie van de levensverzekering
A. De eigen levensverzekering
 Personenverzekeringen tot uitkering vast bedrag
 Voordoen voorval afhankelijk van menselijke levensduur
1. Verzekering bij leven

1

, o Verzekeringen met uitgesteld kapitaal
- Verzekeraar verbindt zich ertoe om kapitaal te betalen wanneer bij
verstrijken overeenkomst, de verzekerde nog in leven is.
- Het uitgesteld kapitaal zonder terugbetaling van de premies
(U.K.Z.T.)
- Het uitgesteld kapitaal met terugbetaling van de premies (U.K.M.T.)
- Het uitgesteld kapitaal met terugbetaling van de verworven reserve
(U.K.V.R.)
o Verzekeringen met lijfrenten
- In ruil voor betaling verbindt verzekeraar zich ertoe een rente uit te
keren tot het overlijden van één of meerdere aangewezen personen
- Voorbeelden:
 De onmiddellijke lijfrente, die eigenlijk een opeenvolging is
van “uitgestelde kapitalen”
 De onmiddellijke lijfrente op meer dan één hoofd, met
volledige of gedeeltelijke reversie ten gunste van de
overlevenden
 De uitgestelde lijfrente (vb. pensioenverzekering)
 De tijdelijke lijfrente (vb. wezenrente betaalbaar tot de
meerderjarigheid)
 De lijfrente met gewaarborgde betaalperiode
 De geïndexeerde lijfrente
2. Verzekering bij overlijden
 Levenslange verzekeringen
o Verzekeraar verbindt zich ertoe een bepaald kapitaal te betalen bij
overlijden verzekerde ongeacht ogenblik overlijden
o Tijdelijke verzekering met constant kapitaal van onbeperkte duur
o Voorbeelden:
- De levenslange verzekering met lijfrentepremies
- De levenslange verzekering met tijdelijke premies
 Tijdelijke verzekeringen
o Verzekeraar betaalt een bepaald kapitaal wanneer verzekerde
overlijdt op een vooraf overeengekomen periode
o Voorbeelden:
- De tijdelijke verzekering met vast kapitaal
- De tijdelijke verzekering met terugbetaling van de premies
- De schuldsaldoverzekering (namelijk met afnemend kapitaal)
- De krediet-overlijdensverzekering
- De tijdelijke studiebeursverzekeringen.
 Overlevingsverzekeringen
o Verzekeraar betaalt ofwel een kapitaal, ofwel een lijfrente te betalen
aan een begunstigde bij overlijden verzekerde, indien begunstigde
op dat ogenblik in leven is
o Indien begunstigde ervoor overleden is, eindigt de overeenkomst
3. Gemengde verzekeringen




2

,  Alle combinaties van verzekeringen die uitkeringen waarborgen ingeval de
verzekerde vóór de vervaldatum overlijdt en ingeval de verzekerde op die
datum nog leeft
 Voorbeelden gemengde verzekeringen:
o Verzekeringen op vaste termijn:
- Verzekeraar betaalt bepaald kapitaal op een bepaald
ogenblik ongeacht of verzekerde in leven of overleden is
- Verschil verzekering gemengde aard:
 Ogenblik waarop gewaarborgd kapitaal bij overlijden
wordt betaald
 Premies worden betaald zolang verzekerde leeft en
tot verstrijken overeenkomst
o Gewone gemengde verzekeringen en verzekeringen op vaste termijn
- Verzekeraar betaalt bepaald kapitaal op een door de
verzekerde bepaalde datum aan de verzekerde zelf of aan de
aangewezen persoon OF als verzekerde voor datum
overlijdt, aan rechthebbenden van verzekerde of
aangewezen derde
o De gemengde verzekering 10/10 (gelijkheid van het verzekerde
kapitaal bij overlijden en van het verzekerde kapitaal bij leven)
o De gemengde verzekering 10/5
o De gemengde verzekering 10/20
o De gemengde verzekering met afnemende premie gedurende de
eerste 3 of 5 jaar
o De gemengde verzekering met mogelijkheid van vervroegde
vereffening
o De gemengde verzekering met uitgesteld effect
B. De bruidsschats- en geboorteverzekeringen (bijkomende verzekeringen)
 Personenverzekering tot uitkering vast bedrag
 Voordoen voorval afhankelijk van huwelijk verzekerde en geboorte kind
 Bruidsschatsverzekering  bv. kapitaal uitbetalen op 25ste verjaardag of bij huwelijk
kind
 Ongeacht of verzekerde in leven is
 Familiale aard
 Komt weinig voor
 Geboorte verzekering  verzekeraar betaalt bepaald kapitaal bij geboorte van ieder
van kinderen verzekerde
C. De aanvullende verzekeringen
 Personenverzekering tot uitkering vast bedrag
 Betreffend op een bijkomend risico bij een risico verzekerd onder punten A en B
 Verzekeringen die het mogelijk maken om een hoofdlevensverzekering te behouden
bv. indien verzekerde invalide wordt en het financieel moeilijker krijgt
 Voorbeelden:
o Aanvullende verzekering tegen invaliditeitsrisico (AVIR):
- Tijdens de duur van de invaliditeit en in verhouding tot de ernst
ervan betaalt de verzekeraar het bedrag terug van de voor de
hoofdverzekering verschuldigde premies.


3

, o Aanvullende verzekering tegen het ongevallenrisico (AVOR):
- De verzekeraar waarborgt de betaling van het dubbele of het
drievoudige van de overlijdensdekking, indien dat overlijden
veroorzaakt is door een ongeval.
o Aanvullende familiale verzekering:
- De verzekeraar waarborgt een tweede betaling van het
overlijdenskapitaal, indien de echtgenoot van de verzekerde na deze
laatste, maar vóór het verstrijken van de overeenkomst, overlijdt.

2.3. De classificatie op basis van pensioenpijlers
 Eerste pijler of wettelijk pensioen
 Geen reserves aangelegd
 Tweede pijler of beroepsvoorziening
 Met financiële reserves via kapitalisatie
 Groepsverzekering
 Bedrijfsleidersverzekering
 Activiteit pensioenfondsen
 Derde pijler of particuliere individuele voorziening
 Via kapitalisatie
 Individuele levensverzekering
 Pensioenspaarverzekering
 Fondsen op pensioenspaarrekeningen

2.4. Classificatie individueel/collectief
 Categorie gewone verzekeringen met eenmalige of jaarlijkse premies die aanleiding geven
tot een medisch onderzoek van de te verzekeren persoon
1. Individuele verzekering
 1 verzekeringsnemer die verzekerde en begunstigde aanduidt
2. Groepsverzekering
 Gesloten door één of meerdere werkgevers voor het voltallige of een deel van zijn
personeel

2.5. De Europese nomenclatuur
 Tak 21
 Levensverzekeringen niet verbonden met beleggingsfondsen, met uitzondering van
bruidsschats- en geboorteverzekeringen
 Tak 22
 Bruidsschats- en geboorteverzekeringen, niet verbonden met beleggingsfondsen
 Tak 23
 Levensverzekeringen, bruidsschats- en geboorteverzekeringen, verbonden met
beleggingsfondsen
 Tak 26
 Kapitalisatieverrichtingen
 Tak 27
 Beheer van collectieve pensioenfondsen

3. De nieuwe levensverzekeringsproducten
 Vroeger  laag rendement, onvoldoende transparant, niet flexibel genoeg


4