IP 3
2CMO
Hoofdstuk 1: Pixelbeelden
1
,2 soorten digitale beelden
• Vectorbeelden
o Product van een tekenprogramma: illustrator…
• Pixelbeelden
o Product van beeldverwerkingsprogramma: camera,…
Vectorbeelden
• Resolutieonafhankelijk
• Opgebouwd uit lijnen en vectoren (Bézier-curven)
• Vergroten en verkleinen zonder kwaliteitsverlies
Pixelbeelden
• Opgebouwd uit pixels
• Bij vergroting: zaagtandeffect
• Resolutie-afhankelijk
• Bestandsgrootte wordt bepaald door afmetingen van beeld
Wat is er belangrijk aan de pixelbeelden?
• Het aantal pixels per eenheid van afstand (ppi of ppcm)
• Hoe hoger de resolutie, hoe meer detail en hoe beter de kwaliteit
Resolutie gebruikt op scherm/app/project: 72ppi of 96ppi
Resolutie gebruikt voor print: 150ppi à 200ppi
Resolutie gebruikt voor druk: 300ppi
De beeldresolutie is ook afhankelijk van de vergrotingsfactor!
Contrastgevoeligheidsfunctie van het oog
• Is afhankelijk van de spatiale resolutie (aantal lijnen per cm/mm)
• Grijs zien we pas vanaf 5 lijnen per mm/cm
• De contrastgevoeligheid is ongeveer gelijk aan 0 vanaf 5/mm
• 10 ppmm = 100ppcm = 250 ppi
Nieuwe pixels berekenen = Interpolatie
• Afvinken
2
, o Resolutie of afmetingen aanpassen MET BEHOUD van de huidige
pixels
o De kwaliteit van het beeld blijft hetzelfde
• Aanvinken
o Er worden nieuwe pixels toegevoegd of weggelaten
o De kwaliteit van het beeld kan hieronder lijden
3 soorten interpolatie
• Naaste buur
<- Exacte kopie naaste buur
• Bilineair
<- Mengeling van 4 omringende pixels
• Bicubisch
<- Mengeling van 8 omringende pixels
➔ Naaste buur = voor scherpe randen te behouden
➔ Bicubisch is de beste voor afbeeldingen, duurt het te lang schakel over naar
bilineair.
Toonresolutie
• Toonresolutie, bitdiepte, pixelresolutie (synoniemen)
o Bepaalt het aantal toonwaarden
o Een te lage toonresolutie zorgt voor toonsprongen (false contouring,
banding)
2^3e=8
2^4e=16
2^8e=256
Helderheidsadaptatie
= Het oog past zich aan aan de helderheid van de omgeving, eens aangepast aan de
omgeving kan het oog 100 tot 200 helderheden onderscheiden
3
, Kleurmodus van pixelbeelden
• RGB-beeld
o Image<Mode<RGB (gebruiken!)
▪ Bestaat uit 3 kleurkanalen, elk 256 tinten (3x8bits)
• CMYK-beeld
o Image<Mode<CMYK
▪ Bestaat uit 4 kleurkanalen, elk 256 tinten (4x8bits)
▪ Is 1/3e zwaarder dan een RGB beeld
• GRAYSCALE
o Image<Mode<Grayscale
▪ Bestaat nu enkel uit grijze pixels (1x8 bits)
• BITMAP
o Image<Mode<Bitmap
▪ Uitsluitend zwarte en witte pixels (1bit)
▪ Modus is enkel beschikbaar vanuit modus grayscale!
o Er zijn verschillende opties voor de omzetting van grijswaarden naar
bitmap
▪ Threshold, pattern, screen,…
• Screen (raster)
o Hiermee kan je een rasterpunt simuleren
• Threshold (drempelwaarde)
o Hier wordt 50% drempelwaarde toegepast
Geïnduxeerd kleurenbeeld
4
2CMO
Hoofdstuk 1: Pixelbeelden
1
,2 soorten digitale beelden
• Vectorbeelden
o Product van een tekenprogramma: illustrator…
• Pixelbeelden
o Product van beeldverwerkingsprogramma: camera,…
Vectorbeelden
• Resolutieonafhankelijk
• Opgebouwd uit lijnen en vectoren (Bézier-curven)
• Vergroten en verkleinen zonder kwaliteitsverlies
Pixelbeelden
• Opgebouwd uit pixels
• Bij vergroting: zaagtandeffect
• Resolutie-afhankelijk
• Bestandsgrootte wordt bepaald door afmetingen van beeld
Wat is er belangrijk aan de pixelbeelden?
• Het aantal pixels per eenheid van afstand (ppi of ppcm)
• Hoe hoger de resolutie, hoe meer detail en hoe beter de kwaliteit
Resolutie gebruikt op scherm/app/project: 72ppi of 96ppi
Resolutie gebruikt voor print: 150ppi à 200ppi
Resolutie gebruikt voor druk: 300ppi
De beeldresolutie is ook afhankelijk van de vergrotingsfactor!
Contrastgevoeligheidsfunctie van het oog
• Is afhankelijk van de spatiale resolutie (aantal lijnen per cm/mm)
• Grijs zien we pas vanaf 5 lijnen per mm/cm
• De contrastgevoeligheid is ongeveer gelijk aan 0 vanaf 5/mm
• 10 ppmm = 100ppcm = 250 ppi
Nieuwe pixels berekenen = Interpolatie
• Afvinken
2
, o Resolutie of afmetingen aanpassen MET BEHOUD van de huidige
pixels
o De kwaliteit van het beeld blijft hetzelfde
• Aanvinken
o Er worden nieuwe pixels toegevoegd of weggelaten
o De kwaliteit van het beeld kan hieronder lijden
3 soorten interpolatie
• Naaste buur
<- Exacte kopie naaste buur
• Bilineair
<- Mengeling van 4 omringende pixels
• Bicubisch
<- Mengeling van 8 omringende pixels
➔ Naaste buur = voor scherpe randen te behouden
➔ Bicubisch is de beste voor afbeeldingen, duurt het te lang schakel over naar
bilineair.
Toonresolutie
• Toonresolutie, bitdiepte, pixelresolutie (synoniemen)
o Bepaalt het aantal toonwaarden
o Een te lage toonresolutie zorgt voor toonsprongen (false contouring,
banding)
2^3e=8
2^4e=16
2^8e=256
Helderheidsadaptatie
= Het oog past zich aan aan de helderheid van de omgeving, eens aangepast aan de
omgeving kan het oog 100 tot 200 helderheden onderscheiden
3
, Kleurmodus van pixelbeelden
• RGB-beeld
o Image<Mode<RGB (gebruiken!)
▪ Bestaat uit 3 kleurkanalen, elk 256 tinten (3x8bits)
• CMYK-beeld
o Image<Mode<CMYK
▪ Bestaat uit 4 kleurkanalen, elk 256 tinten (4x8bits)
▪ Is 1/3e zwaarder dan een RGB beeld
• GRAYSCALE
o Image<Mode<Grayscale
▪ Bestaat nu enkel uit grijze pixels (1x8 bits)
• BITMAP
o Image<Mode<Bitmap
▪ Uitsluitend zwarte en witte pixels (1bit)
▪ Modus is enkel beschikbaar vanuit modus grayscale!
o Er zijn verschillende opties voor de omzetting van grijswaarden naar
bitmap
▪ Threshold, pattern, screen,…
• Screen (raster)
o Hiermee kan je een rasterpunt simuleren
• Threshold (drempelwaarde)
o Hier wordt 50% drempelwaarde toegepast
Geïnduxeerd kleurenbeeld
4
