1
ZELFSTUDIEVRAGENLIJST : NIETZSCHE (P. 135-44)
1. Leg uit: Hinterweltler (Nietzsche).
De metafysici en moralisten van platoons-christelijke origine die ons het
bestaan van een betere en waarchtigere wereld voorhouden achter
(hinter) de ons vertrwoude wereld van de zintuigen.
2. Leg uit: onze begrippen zijn mummies van de werkelijkheid
(Nietzsche).
Het zijn statische reducties van de realiteit die de realiteit in hokjes
verdelen en zo netjes houden. We bakenen in de wereld vaste objecten af
door ze te benoemen. Zo creëren we houvast in de werkelijkheid, kunnen
we ons staande houden en de werkelijkheid ook naar onze hand zetten.
Begrippenmummies: We kunnen op 2 manieren naar werkelijkheid
kijken (statisch en dynamisch/ zijn en worden) -> filosofen kiezen
ervoor dat werkelijkheid gelijk blijft. Werkelijkheid is eigenlijk in
beweging volgens Nietschsze, filosofien proberen datgene wat
voorturend veranderd, stil te leggen in begrippen en abstracte
noties om iets te zeggen over realiteit. Zoals Egyptenaren:
werkelijkheid bevriezen en denken dat ze de werkelijkheid
vastgelegd hebben, maar beweging en verandering ontsnapt aan
dat beeld. Alle dingen eigen aan het leven (dood, voorplanting,
groei, …) , beschouwen filosofen als schijn. Omdat ze geen vat
krijgen op de realiteit zoeken ze naar de reden hiervan -> schijn
die ons belet om dingen waar te nemen = onze immorele zintuigen
(enkel plebs geloven in die zintuigen en filosofen zetten zich
hierboven)
=opsluiten van wat dat dynamisch is in abstracte begrippen ->
statisch, onveranderlijk beeld van de realiteit en dat beschouwen
als echt waarheid
3. Leg uit: kennis als leugen (Nietzsche).
Onze begrippelijke kennis van de wereld is onvermijdelijk illusoir: ze is
nooit zomaar een neutrale representatie van de werkelijkheid, door
onze wil naar macht. Waarheid is dus een gevolg van hoe wij de
werkelijkheid willen bemeesteren
Als kennis bestaat uit vormen van abstracte begrippen, stilleggen
van dynamische werkelijkheid. Dan is de kennis gebaseerd op de
abstractie van de wereld is leugen. Deze wereld bestaat enkel
maar in de hoofden van filosofen.
4. Leg uit: slaven- versus herenmoraal (Nietzsche).
Met de christen is de slavenopstand in de moraal begonnen. De
slavenmoraal draait de aristocratische equivalentie van goed
(=voornaam, gelukkig, mooi, …) en slecht (=minderwaardigen, zieken,
FW10morfol - 24/09/21
ZELFSTUDIEVRAGENLIJST : NIETZSCHE (P. 135-44)
1. Leg uit: Hinterweltler (Nietzsche).
De metafysici en moralisten van platoons-christelijke origine die ons het
bestaan van een betere en waarchtigere wereld voorhouden achter
(hinter) de ons vertrwoude wereld van de zintuigen.
2. Leg uit: onze begrippen zijn mummies van de werkelijkheid
(Nietzsche).
Het zijn statische reducties van de realiteit die de realiteit in hokjes
verdelen en zo netjes houden. We bakenen in de wereld vaste objecten af
door ze te benoemen. Zo creëren we houvast in de werkelijkheid, kunnen
we ons staande houden en de werkelijkheid ook naar onze hand zetten.
Begrippenmummies: We kunnen op 2 manieren naar werkelijkheid
kijken (statisch en dynamisch/ zijn en worden) -> filosofen kiezen
ervoor dat werkelijkheid gelijk blijft. Werkelijkheid is eigenlijk in
beweging volgens Nietschsze, filosofien proberen datgene wat
voorturend veranderd, stil te leggen in begrippen en abstracte
noties om iets te zeggen over realiteit. Zoals Egyptenaren:
werkelijkheid bevriezen en denken dat ze de werkelijkheid
vastgelegd hebben, maar beweging en verandering ontsnapt aan
dat beeld. Alle dingen eigen aan het leven (dood, voorplanting,
groei, …) , beschouwen filosofen als schijn. Omdat ze geen vat
krijgen op de realiteit zoeken ze naar de reden hiervan -> schijn
die ons belet om dingen waar te nemen = onze immorele zintuigen
(enkel plebs geloven in die zintuigen en filosofen zetten zich
hierboven)
=opsluiten van wat dat dynamisch is in abstracte begrippen ->
statisch, onveranderlijk beeld van de realiteit en dat beschouwen
als echt waarheid
3. Leg uit: kennis als leugen (Nietzsche).
Onze begrippelijke kennis van de wereld is onvermijdelijk illusoir: ze is
nooit zomaar een neutrale representatie van de werkelijkheid, door
onze wil naar macht. Waarheid is dus een gevolg van hoe wij de
werkelijkheid willen bemeesteren
Als kennis bestaat uit vormen van abstracte begrippen, stilleggen
van dynamische werkelijkheid. Dan is de kennis gebaseerd op de
abstractie van de wereld is leugen. Deze wereld bestaat enkel
maar in de hoofden van filosofen.
4. Leg uit: slaven- versus herenmoraal (Nietzsche).
Met de christen is de slavenopstand in de moraal begonnen. De
slavenmoraal draait de aristocratische equivalentie van goed
(=voornaam, gelukkig, mooi, …) en slecht (=minderwaardigen, zieken,
FW10morfol - 24/09/21