Organisatie en ethiek
Week 1
Bedrijfsverkenning
Als inleiding:
- Wat voor type bedrijf is het?
- Welke strategie past het bedrijf toe?
Hard controls
Bij hard controls kun je maatregelen nemen die je kan afdwingen bij werknemers. De baas kan
aanwijzingen geven op ongewenst gedrag en diegene moet zich hieraan houden.
Aangeven wat de organisatiestructuur van het bedrijf is. Bijv. Business Unit structuur.
Of:
- F-indeling (functioneel)
- P-indeling (product)
- M-indeling (markt)
- G-indeling (geografisch)
Soft controls
Bij soft controls wordt een omgeving gecreëerd waarbij medewerkers uit zichzelf gaan tonen en
handeling gaan uitvoeren die in het belang zijn van de organisatie. Je kunt het niet afdwingen dus.
Soort organisatiecultuur en de elementen daarvan bespreken.
Vanaf hier over naar stijl van leidinggeven
, Ethiek en organisatie
Workshop week 2
Motivatie (onderdeel van soft control)
Motivatie kan intrinsiek of extrinsiek zijn, dus van binnen of van buitenaf komen.
Beloningen voor motivatie:
- Vast en variabel salaris
- Functiewaarde en functiesalaris. Hoe hoger/complexer de functie, hoe hoger de beloning.
- Cafetariamodel. Staat voor secundaire arbeidsvoorwaarden. Zoals iets meer vrije dagen, iets
meer loon.
- Individueel en groepsbeloning. Bijv. teambonussen als groepsbeloning.
Soorten beloningen:
- Intrinsiek
Participatie in besluitvorming
Interessanter werk
Mogelijkheden voor groei
- Extrinsiek
*Directe vergoeding
(Staan voorbeelden op dia’s)
Motivatietheorieën
- Theorie X van McGregor
De mens heeft een aangeboren afkeer van werken
De mens is liever lui dan moe
De mens dient daarom gecontroleerd en gestraft/beloond te worden
- Theorie Y van McGregor
Voor de mens is sociaal en werken even natuurlijk als spelen en rusten
De mens is bereid om verantwoordelijkheid te dragen
Behoeftepiramide van Maslow
Aanvulling van Herzberg:
Bespreken welke statisfiers aanwezig zijn en bespreken welke disstatisfiers er aanwezig zijn. Eerst
moeten de dissatisfiers vermeden worden, voordat hoger gekeken kan worden. Als er geen aanwezig
zijn, ook uitleggen waarom het goed is.
Week 1
Bedrijfsverkenning
Als inleiding:
- Wat voor type bedrijf is het?
- Welke strategie past het bedrijf toe?
Hard controls
Bij hard controls kun je maatregelen nemen die je kan afdwingen bij werknemers. De baas kan
aanwijzingen geven op ongewenst gedrag en diegene moet zich hieraan houden.
Aangeven wat de organisatiestructuur van het bedrijf is. Bijv. Business Unit structuur.
Of:
- F-indeling (functioneel)
- P-indeling (product)
- M-indeling (markt)
- G-indeling (geografisch)
Soft controls
Bij soft controls wordt een omgeving gecreëerd waarbij medewerkers uit zichzelf gaan tonen en
handeling gaan uitvoeren die in het belang zijn van de organisatie. Je kunt het niet afdwingen dus.
Soort organisatiecultuur en de elementen daarvan bespreken.
Vanaf hier over naar stijl van leidinggeven
, Ethiek en organisatie
Workshop week 2
Motivatie (onderdeel van soft control)
Motivatie kan intrinsiek of extrinsiek zijn, dus van binnen of van buitenaf komen.
Beloningen voor motivatie:
- Vast en variabel salaris
- Functiewaarde en functiesalaris. Hoe hoger/complexer de functie, hoe hoger de beloning.
- Cafetariamodel. Staat voor secundaire arbeidsvoorwaarden. Zoals iets meer vrije dagen, iets
meer loon.
- Individueel en groepsbeloning. Bijv. teambonussen als groepsbeloning.
Soorten beloningen:
- Intrinsiek
Participatie in besluitvorming
Interessanter werk
Mogelijkheden voor groei
- Extrinsiek
*Directe vergoeding
(Staan voorbeelden op dia’s)
Motivatietheorieën
- Theorie X van McGregor
De mens heeft een aangeboren afkeer van werken
De mens is liever lui dan moe
De mens dient daarom gecontroleerd en gestraft/beloond te worden
- Theorie Y van McGregor
Voor de mens is sociaal en werken even natuurlijk als spelen en rusten
De mens is bereid om verantwoordelijkheid te dragen
Behoeftepiramide van Maslow
Aanvulling van Herzberg:
Bespreken welke statisfiers aanwezig zijn en bespreken welke disstatisfiers er aanwezig zijn. Eerst
moeten de dissatisfiers vermeden worden, voordat hoger gekeken kan worden. Als er geen aanwezig
zijn, ook uitleggen waarom het goed is.
