Theoretische orthopedagogiek
1
,INHOUDSOPGAVE
2
,1. Achtergrond informatie orthopedagogiek
1.1. Verschillende termen doorheen de geschiedenis
1.1.1. NAAM “THEORETISCHE ORTHOPEDAGOGIEK”
Heilopvoedkunde In Duitsland worden de pedagogen nog steeds heilpedagogen
genoemd
Pedologie: De pedologen waren de coördinerende artsen, stonden vanboven
Orthopedagogiek: deze term werd kort na WOII gebruikt.
Deze term kwam er na een congres in NDL met alle belangrijke
orthopedagogen van die tijd. Daar werd beslist om niet langer te spreken van
de heilpedagogiek, maar wel van de orthopedagogiek.Heil/helen sloeg op het
genezen en het was ook een soort zegening.
Deze term kwam nt zomaar uit de lucht vallen: de orthopsychiatrie bestond
wel en vandaar uit hebben die pedagogen op het congres beslist om de term
een stuk over te nemen.
Op dat congres was ook carp, een pedagoog, hij wou orthopedagogiek als
term om te beschrijven dat dit wou zeggen dat de meest kwetsbare
beschermd moesten worden tegen grote ideologieën
Het is een beroep/veld/discipline die internationaal weinig grond heef, weinig
equivalenten heeft
1.1.2. CONNOTATIES
Heilopvoedkunde
Speciale pedagogiek: de deelpedagogieken van de bijzondere doelgroepen.
Wordt de laatste jaren minder gebruikt, omdat we als (ortho) pedagogen minder
voorstander zijn van de verbijzondering/ van het in hokjes plaatsen. Er wordt zo
weinig mogelijk verbijzonderd/gespecialiseerd. (enkel wel een splitsing tss bv.
middelenmisbruik, gedragsstoornissen en disabilities studies).
Orthopedagogiek: weg van medische kennis, maar vooral het meenemen van
pedagogische kennis.
De naam van onze richting wordt vertaald naar het Engels als: special needs
education
3
, 1.1.3. DEFINITIE
Methodisch: wat we vandaag als evidence based practice benoemen. De
laatste jaren is er meer en meer aandacht voor methodieken, maar er is toch
ook wat erughoudendheid bij het gebruik van TE veel technieken.
Doelgericht : we werken naar doelen toe en we gaan dat goed expliciteren. (bv
handelingsplanning is hier een goed voorbeeld van)
Zinvol: doel is zinvol, doel waarvan je normatief kan veronderstellen dat het
eenverbetering zou moeten zijn.
Handelen : er moet echt gehandeld worden
Moeilijke opvoedingssituaties: meer dan enkel OPVOEDINGSsituaties
Vooral interesse in wat onderliggend aan het gedrag is, wat zit eronder (waarom
toont dat kind dat gedrag, wat willen ze dat wij vertonen van gedrag, en dan
kan uitkomen dat ze gwn iets nodig hebben zoals genegenheid)
Verschillende stromingen (psycho-analyse, gedragstherapie etc. hebben een
eigen visie over hoe handelen eruit zou moeten zien)
1.1.4. DIFFERENTIATIE
Organisatorische orthopedagogiek: hoe worden de zaken georganiseerd? (bv op
vandaag: grote zorgnetwerken etc.) hoe vanuit beleid het theoretische vormgeven
EN vanuit het theoretische het beleid beinvloeden.
Theoretische orthopedagogiek
Bijzondere orthopedagogiek: de deelorthopedagogieken, heel sterk aangestuurd
vanuit de Angelsaksische gebieden. Veel meer gericht op het toetsen van
methoden.
1.1.5. VERSCHILLENDE GEBIEDEN
IN VLAANDEREN: GENT
Nyssen Rene 34-45 – psychiater, zeer sterk gekant tegen de psycho-analyse Boek
over de heilpedagogiek, te midden de oorlogsjaren. Een boek over hoe met ‘moeilijke’
jongeren om te gaan.
de Busscher Jacques 46-66 psychiater = Franstalige gentenaar, Was arts/psychiater in
st. lucas in gent. Waren niet heel sterk thuis in de begeleiding van kinderen, daardoor
gingen ze al vrij snel maria wens als assistente aanwerven Is heel onverwacht
overleden, waardoor een gat kwam in de opleiding orthopedagogiek.
Daarom gingen de studenten zelf op studiebezoeken etc. zijn ‘leerstoel’ werd in drie
delen opgesplitst: psychiatrie, neurologie en orthopedagogiek. (Maria Wens heeft dit
laatste deel op zich genomen en was zo de eerste pedagoog in Gent)
4
1
,INHOUDSOPGAVE
2
,1. Achtergrond informatie orthopedagogiek
1.1. Verschillende termen doorheen de geschiedenis
1.1.1. NAAM “THEORETISCHE ORTHOPEDAGOGIEK”
Heilopvoedkunde In Duitsland worden de pedagogen nog steeds heilpedagogen
genoemd
Pedologie: De pedologen waren de coördinerende artsen, stonden vanboven
Orthopedagogiek: deze term werd kort na WOII gebruikt.
Deze term kwam er na een congres in NDL met alle belangrijke
orthopedagogen van die tijd. Daar werd beslist om niet langer te spreken van
de heilpedagogiek, maar wel van de orthopedagogiek.Heil/helen sloeg op het
genezen en het was ook een soort zegening.
Deze term kwam nt zomaar uit de lucht vallen: de orthopsychiatrie bestond
wel en vandaar uit hebben die pedagogen op het congres beslist om de term
een stuk over te nemen.
Op dat congres was ook carp, een pedagoog, hij wou orthopedagogiek als
term om te beschrijven dat dit wou zeggen dat de meest kwetsbare
beschermd moesten worden tegen grote ideologieën
Het is een beroep/veld/discipline die internationaal weinig grond heef, weinig
equivalenten heeft
1.1.2. CONNOTATIES
Heilopvoedkunde
Speciale pedagogiek: de deelpedagogieken van de bijzondere doelgroepen.
Wordt de laatste jaren minder gebruikt, omdat we als (ortho) pedagogen minder
voorstander zijn van de verbijzondering/ van het in hokjes plaatsen. Er wordt zo
weinig mogelijk verbijzonderd/gespecialiseerd. (enkel wel een splitsing tss bv.
middelenmisbruik, gedragsstoornissen en disabilities studies).
Orthopedagogiek: weg van medische kennis, maar vooral het meenemen van
pedagogische kennis.
De naam van onze richting wordt vertaald naar het Engels als: special needs
education
3
, 1.1.3. DEFINITIE
Methodisch: wat we vandaag als evidence based practice benoemen. De
laatste jaren is er meer en meer aandacht voor methodieken, maar er is toch
ook wat erughoudendheid bij het gebruik van TE veel technieken.
Doelgericht : we werken naar doelen toe en we gaan dat goed expliciteren. (bv
handelingsplanning is hier een goed voorbeeld van)
Zinvol: doel is zinvol, doel waarvan je normatief kan veronderstellen dat het
eenverbetering zou moeten zijn.
Handelen : er moet echt gehandeld worden
Moeilijke opvoedingssituaties: meer dan enkel OPVOEDINGSsituaties
Vooral interesse in wat onderliggend aan het gedrag is, wat zit eronder (waarom
toont dat kind dat gedrag, wat willen ze dat wij vertonen van gedrag, en dan
kan uitkomen dat ze gwn iets nodig hebben zoals genegenheid)
Verschillende stromingen (psycho-analyse, gedragstherapie etc. hebben een
eigen visie over hoe handelen eruit zou moeten zien)
1.1.4. DIFFERENTIATIE
Organisatorische orthopedagogiek: hoe worden de zaken georganiseerd? (bv op
vandaag: grote zorgnetwerken etc.) hoe vanuit beleid het theoretische vormgeven
EN vanuit het theoretische het beleid beinvloeden.
Theoretische orthopedagogiek
Bijzondere orthopedagogiek: de deelorthopedagogieken, heel sterk aangestuurd
vanuit de Angelsaksische gebieden. Veel meer gericht op het toetsen van
methoden.
1.1.5. VERSCHILLENDE GEBIEDEN
IN VLAANDEREN: GENT
Nyssen Rene 34-45 – psychiater, zeer sterk gekant tegen de psycho-analyse Boek
over de heilpedagogiek, te midden de oorlogsjaren. Een boek over hoe met ‘moeilijke’
jongeren om te gaan.
de Busscher Jacques 46-66 psychiater = Franstalige gentenaar, Was arts/psychiater in
st. lucas in gent. Waren niet heel sterk thuis in de begeleiding van kinderen, daardoor
gingen ze al vrij snel maria wens als assistente aanwerven Is heel onverwacht
overleden, waardoor een gat kwam in de opleiding orthopedagogiek.
Daarom gingen de studenten zelf op studiebezoeken etc. zijn ‘leerstoel’ werd in drie
delen opgesplitst: psychiatrie, neurologie en orthopedagogiek. (Maria Wens heeft dit
laatste deel op zich genomen en was zo de eerste pedagoog in Gent)
4