HOOFDSTUK 8: HANDHAVING VRCO
In het handboek is dit breeder uitgelegd, wij gaan in de lessen de nadruk leggen op enkele
hoofdzaken (en dus de zaken die best te kennen zijn voor het examen).
Algemeen
• Decreet van 25 april 2014 betreffende de handhaving van de omgevingsvergunning (in
werking vanaf 1 maart 2018): nieuw handhavingsluik in VCRO
o Geen uniforme handhaving binnen heel het omgevingsrecht (ondakns de titel
die doet denken dat het over heel de materie van de omgevingsvergunning gaat,
gaat het enkel over de materie van de stedenbouwkundige
inbreuke/misdrijven), wel onderscheid ruimtelijke ordening – milieubeleid –
onroerend erfgoed (heeft in zijn eigen decreet een handhavingsstelsel) à deze 3
handhavingsstelsels hebben we
o Wel veel overeenkomsten tussen deze drie beleidsdomeinen – op weg naar
uniforme handhaving van het omgevingsrecht?
o Evolutie naar meer bestuurlijke handhaving
• Milieubeleid: handhavingsluik in DABM
• Onroerend erfgoed: handhavingsluik in Onroerenderfgoeddecreet
• De plaats waar je deze handhaving vindt, zit dus in 3 verschillende decreten, wij gaan ons
concentreren op de ruimtelijke ordening (VCRO)
Stedenbouwkundige misdrijven en inbreuken
• Stedenbouwkundige misdrijven (strafrechtelijk en bestuurlijk sanctioneerbaar) en
inbreuken (alleen bestuurlijk sanctioneerbaar)
• Stedenbouwkundige misdrijven: o.m. uitvoeren of voortzetten van handelingen in strijd
met de vergunningsplichten of –voorwaarden, stedenbouwkundige voorschriften van
ruimtelijke uitvoeringsplannen niet naleven, plannen van aanleg of stedenbouwkundige
verordeningen, doorbreken van een stakingsbevel
• Stedenbouwkundige inbreuken: o.m. schending van de informatieverplichtingen,
instandhouding van de illegale gevolgen van stedenbouwkundige misdrijven in ruimtelijk
kwetsbare gebieden (vooral natuur- en bosgebieden) (= voortdurend misdrijf)
o Belangrijk praktisch gevolg: als koper van een illegaal bouwwerk nooit meer zelf
strafbaar voor de instandhouding (het is ‘maar’ een stedenbouwkundige
inbreuk (wel nog steeds bestuurlijk sanctioneerbaar) en dit dan nog enkel in
ruimtelijk kwetsbare gebieden)
• Overtreder kan zijn: bouwheer (opdrachtgever, veelal eigenaar), (onder)aannemer, en
architect
Toezicht en opsporing, voorkoming en vaststelling van sted. misdrijven en inbreuken
• Proces-verbaal van vaststelling of verslag van vaststelling à door toezichthouders (vb
politie of stedenbouwkundige inspecteurs, … die daar een bevoegdheid voor hebben)
• Aanmaning (adviezen om bepaalde dingen te doen, maar het negeren ervan is niet
sanctioneerbaar)
In het handboek is dit breeder uitgelegd, wij gaan in de lessen de nadruk leggen op enkele
hoofdzaken (en dus de zaken die best te kennen zijn voor het examen).
Algemeen
• Decreet van 25 april 2014 betreffende de handhaving van de omgevingsvergunning (in
werking vanaf 1 maart 2018): nieuw handhavingsluik in VCRO
o Geen uniforme handhaving binnen heel het omgevingsrecht (ondakns de titel
die doet denken dat het over heel de materie van de omgevingsvergunning gaat,
gaat het enkel over de materie van de stedenbouwkundige
inbreuke/misdrijven), wel onderscheid ruimtelijke ordening – milieubeleid –
onroerend erfgoed (heeft in zijn eigen decreet een handhavingsstelsel) à deze 3
handhavingsstelsels hebben we
o Wel veel overeenkomsten tussen deze drie beleidsdomeinen – op weg naar
uniforme handhaving van het omgevingsrecht?
o Evolutie naar meer bestuurlijke handhaving
• Milieubeleid: handhavingsluik in DABM
• Onroerend erfgoed: handhavingsluik in Onroerenderfgoeddecreet
• De plaats waar je deze handhaving vindt, zit dus in 3 verschillende decreten, wij gaan ons
concentreren op de ruimtelijke ordening (VCRO)
Stedenbouwkundige misdrijven en inbreuken
• Stedenbouwkundige misdrijven (strafrechtelijk en bestuurlijk sanctioneerbaar) en
inbreuken (alleen bestuurlijk sanctioneerbaar)
• Stedenbouwkundige misdrijven: o.m. uitvoeren of voortzetten van handelingen in strijd
met de vergunningsplichten of –voorwaarden, stedenbouwkundige voorschriften van
ruimtelijke uitvoeringsplannen niet naleven, plannen van aanleg of stedenbouwkundige
verordeningen, doorbreken van een stakingsbevel
• Stedenbouwkundige inbreuken: o.m. schending van de informatieverplichtingen,
instandhouding van de illegale gevolgen van stedenbouwkundige misdrijven in ruimtelijk
kwetsbare gebieden (vooral natuur- en bosgebieden) (= voortdurend misdrijf)
o Belangrijk praktisch gevolg: als koper van een illegaal bouwwerk nooit meer zelf
strafbaar voor de instandhouding (het is ‘maar’ een stedenbouwkundige
inbreuk (wel nog steeds bestuurlijk sanctioneerbaar) en dit dan nog enkel in
ruimtelijk kwetsbare gebieden)
• Overtreder kan zijn: bouwheer (opdrachtgever, veelal eigenaar), (onder)aannemer, en
architect
Toezicht en opsporing, voorkoming en vaststelling van sted. misdrijven en inbreuken
• Proces-verbaal van vaststelling of verslag van vaststelling à door toezichthouders (vb
politie of stedenbouwkundige inspecteurs, … die daar een bevoegdheid voor hebben)
• Aanmaning (adviezen om bepaalde dingen te doen, maar het negeren ervan is niet
sanctioneerbaar)