H oofdstuk 1: Uitspraak en fonetiek
1 Inleiding
Frans
● Frans = nieuwe taal voor veel llng.
● Veel nieuwe klanken:
○ Soeur = ‘oe’ = /eu/
○ Croissant = ‘oi’ = /wa/
○ Bureau = ‘eau’ = /o/
➔ Gevolg: Als lkr sterk de nadruk leggen op de uitspraak v woorden.
➔ In de praktijk: Herhalen…. en nog eens herhalen vaak klassikaal).
● Frans = instructie- en voertaal in de klas.
● Uitspraak = belangrijk!
● Llng imiteren lkr.
Uitspraak van fonemen
● Niet evident voor llng om de Franse uitspraak te beheersen.
○ Specifieke klanken/combinaties (nasale klinkers/Franse ‘r’)
○ Foneem-grafeem is niet een-op-een.
■ Foneem (= hoe uitgesproeken?) vs. grafeem (= hoe geschreven?)
■ Versch grafemen → eenzelfde foneem (la mer, très, le maire…)
■ Eenzelfde grafeem → versch fonemen (citron, canard).
➔ Moeilijke taal voor dyslectici.Met behulp van het Internationaal Fonetisch Alfabet
(IPA) kunnen we de uitspraak van een woord visualiseren. In dit alfabet bestaat voor
elke klank een symbool.
1
,Franse accenten
● Een accent in het Frans w geschreven in functie vd uitspraak of is een overblijfsel v
een ouder Franse spelling.
● Er zijn 5 vaste accenten:
1. L’accent aigu: é (Céline, sérieux);
2. L’accent grave: è (très, planète);
3. L’accent circonflexe: ^ (l’hôpital, être) → vervangt ‘s’ in Latijn (castellum,
hospitalis);
4. Le tréma: ¨ (la coïncidence)
5. Le cédille: ç (le garçon, je m’efforçai)
2
,Prosodie
● = de klemtoon, het ritme en de intonatie bij het uitspreken van een zin of zinsdeel.
● De klemtoon
○ Frans: op de laatst uitgesproken klinker:
■ Bonjour - salut (←→ Nl: vuilbak - tafelkleed);
■ Café - café allongé
○ Doffe ‘e’: voegt geen extra lettergreep toe aan het woord (klemtoon op laatste
lettergreep).
■ Madame, mademoiselle, fille, chaise
● De intonatie
○ Drukt gemoedstoestand uit.
○ Jean part à l’école demain. ←→ Jean part à l’école demain?
3
, Verbindingen
● Fonetische woordgroepen (= woorden verbinden omdat ze tot dezelfde
betekenisgroep horen).
○ Respecteren niet altijd de woordgrenzen (grafeem).
● Drie soorten aaneenschakelingen:
1. L’enchainement vocalique
● Klinker-klinker achter elkaar: Een eindklinker en een beginklinker in
eenzelfde adem uitgesproken en in éénzelfde lettergreep.
➔ Tu as un ami [ty a oen ami]
2. L’enchainement consonantique
● Medeklinker-klinker achter elkaar: een uitgesproken medeklinker op
het einde van een woord en een uitgesproken beginklinker komen
samen in éénzelfde lettergreep.
➔ Il a froid [ila frwa]
3. La liaison
● Verbinding van medeklinker-klinker: sommige medeklinkers die
normaliter niet w uitgesproken kunnen in bepaalde gevallen worden
uitgesproken samen met de beginklinker (of h muet) van het woord
dat erop volgt.
➔ Ils écrivent [ilzecriv]
● Voor sommige medeklinkers verandert de uitspraak als ze deel
uitmaken van een verbinding:
4
1 Inleiding
Frans
● Frans = nieuwe taal voor veel llng.
● Veel nieuwe klanken:
○ Soeur = ‘oe’ = /eu/
○ Croissant = ‘oi’ = /wa/
○ Bureau = ‘eau’ = /o/
➔ Gevolg: Als lkr sterk de nadruk leggen op de uitspraak v woorden.
➔ In de praktijk: Herhalen…. en nog eens herhalen vaak klassikaal).
● Frans = instructie- en voertaal in de klas.
● Uitspraak = belangrijk!
● Llng imiteren lkr.
Uitspraak van fonemen
● Niet evident voor llng om de Franse uitspraak te beheersen.
○ Specifieke klanken/combinaties (nasale klinkers/Franse ‘r’)
○ Foneem-grafeem is niet een-op-een.
■ Foneem (= hoe uitgesproeken?) vs. grafeem (= hoe geschreven?)
■ Versch grafemen → eenzelfde foneem (la mer, très, le maire…)
■ Eenzelfde grafeem → versch fonemen (citron, canard).
➔ Moeilijke taal voor dyslectici.Met behulp van het Internationaal Fonetisch Alfabet
(IPA) kunnen we de uitspraak van een woord visualiseren. In dit alfabet bestaat voor
elke klank een symbool.
1
,Franse accenten
● Een accent in het Frans w geschreven in functie vd uitspraak of is een overblijfsel v
een ouder Franse spelling.
● Er zijn 5 vaste accenten:
1. L’accent aigu: é (Céline, sérieux);
2. L’accent grave: è (très, planète);
3. L’accent circonflexe: ^ (l’hôpital, être) → vervangt ‘s’ in Latijn (castellum,
hospitalis);
4. Le tréma: ¨ (la coïncidence)
5. Le cédille: ç (le garçon, je m’efforçai)
2
,Prosodie
● = de klemtoon, het ritme en de intonatie bij het uitspreken van een zin of zinsdeel.
● De klemtoon
○ Frans: op de laatst uitgesproken klinker:
■ Bonjour - salut (←→ Nl: vuilbak - tafelkleed);
■ Café - café allongé
○ Doffe ‘e’: voegt geen extra lettergreep toe aan het woord (klemtoon op laatste
lettergreep).
■ Madame, mademoiselle, fille, chaise
● De intonatie
○ Drukt gemoedstoestand uit.
○ Jean part à l’école demain. ←→ Jean part à l’école demain?
3
, Verbindingen
● Fonetische woordgroepen (= woorden verbinden omdat ze tot dezelfde
betekenisgroep horen).
○ Respecteren niet altijd de woordgrenzen (grafeem).
● Drie soorten aaneenschakelingen:
1. L’enchainement vocalique
● Klinker-klinker achter elkaar: Een eindklinker en een beginklinker in
eenzelfde adem uitgesproken en in éénzelfde lettergreep.
➔ Tu as un ami [ty a oen ami]
2. L’enchainement consonantique
● Medeklinker-klinker achter elkaar: een uitgesproken medeklinker op
het einde van een woord en een uitgesproken beginklinker komen
samen in éénzelfde lettergreep.
➔ Il a froid [ila frwa]
3. La liaison
● Verbinding van medeklinker-klinker: sommige medeklinkers die
normaliter niet w uitgesproken kunnen in bepaalde gevallen worden
uitgesproken samen met de beginklinker (of h muet) van het woord
dat erop volgt.
➔ Ils écrivent [ilzecriv]
● Voor sommige medeklinkers verandert de uitspraak als ze deel
uitmaken van een verbinding:
4