Aantekeningen ICT
management:
Les 1:
9 vlaksmodel (Maes): Legt positie als
bedrijfskundige is.
3 domeinen:
- Bedrijf (activiteiten)
- Informatie (informatie laag)
- Technologie (voorzieningen
van informatie)
Deze 3 domeinen zijn op 3
verschillende niveaus.
- Strategie/richten (CEO)
- Structuur/inrichten
(managers)
- Uitvoering/verrichten
(medewerkers)
Deze verschillende domeinen en niveaus moeten samen tot een resultaat komen.
Het bedrijf heeft behoefte aan informatie maar vindt het lastig om aan informatie te komen hierom is
er het technologische domein die dit maakt.
KPI: kritische prestatie indicatoren
Indicatoren die laten zien of een doel behaald wordt of niet. Bijv gemiddeld cijfer voor een tentamen
of ziekte verzuim. Goede KPI is SMART (specifiek, meetbaar, aanvaardbaar, realistisch, tijdgebonden).
Iets verbeteren heeft een 0 meting nodig en een eind meting om te kijken of het beter is.
Informatie ladder:
Feiten: pure data
Gegevens: vastgestelde feiten
Informatie: feiten met een betekenis voor een persoon
Kennis: veredelde informatie
Competenties: wat iemand met kennis doet
Sensoren: leveren pure data (hoeveelheid licht bijv.)
Netwerk: via waar de data wordt vervoerd
Edge: verzamelt alle uitzonderlijke data dus als er
een verandering is in de data die wordt verzamelt.
Storage: alle data die wordt opgeslagen
(uitzonderlijke data)
Data abstraction: na denken over welke data je
nodig heb voor iets wat je wil doen. (hoe de data te
gebruiken)
Applicatie: een soort dashboard om data inzichtelijk
te maken.
, Integratie in bedrijf: vergaarde data doorvoeren
Informatie speelt een cruciale rol bij waarde creatie en de ontwikkeling versnellen. Alle bedrijven
maken er gebruik van
management:
Les 1:
9 vlaksmodel (Maes): Legt positie als
bedrijfskundige is.
3 domeinen:
- Bedrijf (activiteiten)
- Informatie (informatie laag)
- Technologie (voorzieningen
van informatie)
Deze 3 domeinen zijn op 3
verschillende niveaus.
- Strategie/richten (CEO)
- Structuur/inrichten
(managers)
- Uitvoering/verrichten
(medewerkers)
Deze verschillende domeinen en niveaus moeten samen tot een resultaat komen.
Het bedrijf heeft behoefte aan informatie maar vindt het lastig om aan informatie te komen hierom is
er het technologische domein die dit maakt.
KPI: kritische prestatie indicatoren
Indicatoren die laten zien of een doel behaald wordt of niet. Bijv gemiddeld cijfer voor een tentamen
of ziekte verzuim. Goede KPI is SMART (specifiek, meetbaar, aanvaardbaar, realistisch, tijdgebonden).
Iets verbeteren heeft een 0 meting nodig en een eind meting om te kijken of het beter is.
Informatie ladder:
Feiten: pure data
Gegevens: vastgestelde feiten
Informatie: feiten met een betekenis voor een persoon
Kennis: veredelde informatie
Competenties: wat iemand met kennis doet
Sensoren: leveren pure data (hoeveelheid licht bijv.)
Netwerk: via waar de data wordt vervoerd
Edge: verzamelt alle uitzonderlijke data dus als er
een verandering is in de data die wordt verzamelt.
Storage: alle data die wordt opgeslagen
(uitzonderlijke data)
Data abstraction: na denken over welke data je
nodig heb voor iets wat je wil doen. (hoe de data te
gebruiken)
Applicatie: een soort dashboard om data inzichtelijk
te maken.
, Integratie in bedrijf: vergaarde data doorvoeren
Informatie speelt een cruciale rol bij waarde creatie en de ontwikkeling versnellen. Alle bedrijven
maken er gebruik van