Meetkunde:
1 Herhaling brede kijk 1:
Achtergrond informatie
1.1 Ruimtelijke oriëntatie:
1.1.1 Horizontaal:
Lijn // aan de horizon = waterpas
Is wat plat ligt en precies van links naar rechts gaat
"Recht van links naar rechts, evenwijdig aan de horizon” = waterpas --> woordenboek
betekenis
1.1.2 Verticaal:
"Recht van boven naar beneden” = loodrecht --> woordenboek betekenis
Verticaal is dus iets dat rechtop staat en precies van boven naar beneden loopt
1.1.3 Diagonaal:
(meetkunde) lijn die in een veelhoek twee niet opeenvolgende hoekpunten verbindt
als een diagonaal = schuin, overdwars
1
, 1.2 Meetkundige objecten:
1.2.1 Een punt:
Een punt in de meetkunde stellen we voor door een stip (we benoemen een punt
altijd met een hoofdletter)
1.2.2 Een rechte:
Een rechte:
= een oneindige verzameling van punten
Een rechte loopt oneindig ver door en stopt nooit
We tekenen slechts een beperkt stuk van een rechte
Een rechte benoemen we door een kleine letter of door twee punten
(hoofdletter) op de rechte te plaatsen
Een halfrechte:
Stopt aan een kant
Is dus een deel van een rechte die aan één kant begrensd is en aan de
andere kant onbegrensd
Een lijnstuk:
beide kanten zijn begrensd
Dit is een deel van een rechte die aan beide kanten begrensd zijn
1.2.3 Een vlak:
Een vlak is een oneindige verzameling punten
Ter inspiratie:
In het Pointillisme (schildertechniek) worden stippen geplaatst --> zo worden
vlakken gecreëerd
1.2.4 Een hoek:
(meetkunde) = ruimte tussen lijnen of vlakken die elkaar snijden --> woordenboek
betekenis
Scherpe hoek: < 90°
Rechte hoek: is precies 90°
Stompe hoek: > 90°
Gestrekte hoek: is precies 180°
Volle hoek: is precies 360°
2
1 Herhaling brede kijk 1:
Achtergrond informatie
1.1 Ruimtelijke oriëntatie:
1.1.1 Horizontaal:
Lijn // aan de horizon = waterpas
Is wat plat ligt en precies van links naar rechts gaat
"Recht van links naar rechts, evenwijdig aan de horizon” = waterpas --> woordenboek
betekenis
1.1.2 Verticaal:
"Recht van boven naar beneden” = loodrecht --> woordenboek betekenis
Verticaal is dus iets dat rechtop staat en precies van boven naar beneden loopt
1.1.3 Diagonaal:
(meetkunde) lijn die in een veelhoek twee niet opeenvolgende hoekpunten verbindt
als een diagonaal = schuin, overdwars
1
, 1.2 Meetkundige objecten:
1.2.1 Een punt:
Een punt in de meetkunde stellen we voor door een stip (we benoemen een punt
altijd met een hoofdletter)
1.2.2 Een rechte:
Een rechte:
= een oneindige verzameling van punten
Een rechte loopt oneindig ver door en stopt nooit
We tekenen slechts een beperkt stuk van een rechte
Een rechte benoemen we door een kleine letter of door twee punten
(hoofdletter) op de rechte te plaatsen
Een halfrechte:
Stopt aan een kant
Is dus een deel van een rechte die aan één kant begrensd is en aan de
andere kant onbegrensd
Een lijnstuk:
beide kanten zijn begrensd
Dit is een deel van een rechte die aan beide kanten begrensd zijn
1.2.3 Een vlak:
Een vlak is een oneindige verzameling punten
Ter inspiratie:
In het Pointillisme (schildertechniek) worden stippen geplaatst --> zo worden
vlakken gecreëerd
1.2.4 Een hoek:
(meetkunde) = ruimte tussen lijnen of vlakken die elkaar snijden --> woordenboek
betekenis
Scherpe hoek: < 90°
Rechte hoek: is precies 90°
Stompe hoek: > 90°
Gestrekte hoek: is precies 180°
Volle hoek: is precies 360°
2