INDIVIDUELE OPDRACHT NEUROPSYCHOLOGIE
2021-2022
[Het tienerbrein – Jelle Jolles]
Paper
[Deceuninck Doro]
, LINK 1
Pagina’s en of titels Deel 2 de tiener: Hoofdstuk 9 de vroege en midden-adolescentie: van tien tot
boek gebruikt bij link zestien jaar blz 95 t.e.m. 103
Pagina’s en of titels Hoofdstuk X het puberbrein
syllabus gebruik bij link
Beschrijf de link en leg grondig uit:
De eerste link waarover ik zal spreken is de meest voor de hand liggende, namelijk over het
puberbrein. Zowel in het boek als in de syllabus wordt de adolescentie aangeduid met de leeftijd van
10 – 25 jaar. Het boek deelt de adolescentie op in 3 fasen. De vroege, midden- en late adolescentie.
In de syllabus lezen we dat de ontwikkeling op lichamelijk, sociaal-emotioneel en cognitief vlak bij elk
individu op zijn eigen tempo verloopt. Zo lezen we in het boek ‘er is dus niks aan de hand als de
zestienjarige Lotte nog steeds een chaotische planner is.’ De grote lijnen zowel in de syllabus als in
het boek zijn vooral: impulsiviteit, emoties, plannen, afleidbaarheid enzovoort.
Als we het hebben over de emoties van de adolescent lezen we in het boek dat vreugde, geluk en
boosheid zich snel afwisselen in een rap tempo en dat deze gevoelens veel extremer aanwezig zijn
dan bij de volwassene. Jonge tieners zijn geen ster in het bedwingen van die heftige emoties. Ook het
beoordelen van de emoties van een ander is niet zo gemakkelijk, maar hoe komt dit nu? Hiervoor
richten we ons naar de syllabus.
De gebieden in de hersenen die een rol spelen bij emoties waaronder amygdala rijpen al vroeg uit.
Dit zijn stimulerende systemen. Deze systemen zouden in evenwicht moeten gehouden worden door
de remmende systemen dat zich in de frontale lob bevindt. We hebben gezien dat eerst de primaire
en secundaire cortexgebieden en emotiegebieden zich ontwikkelen, daarna de tertiaire gebieden en
als laatste de prefrontale cortex. Met als logische gevolg dat de emoties een heel stuk vroeger tot
rijping komen dan de remmende systemen die zich in de prefrontale cortex bevinden.
Een voorbeeld uit het boek: ‘hij blijft als het ware automatisch reageren op Whatsapp-berichten en
kan zich maar niet losmaken van het gebeuren op het scherm van zijn game boy. Dit maakt dat
woordjes leren voor hem geen aanrader is als tegelijk de computer of tv aan staat.’ Ze zijn als het
ware erg gevoelig voor beloning (bv. de kans om te winnen op een spelletje), maar ze zijn ongevoelig
voor straf (bv. de kans dat ik niet slaag voor de toets van Franse woordjes). De adolescent kan zich
nog heel moeilijk inleven in anderen daar ze moeite hebben met het aflezen van emoties of hun in de
plaats stellen. Dit kan ook een oorzaak zijn van pestgedrag. Een voorbeeld uit het boek: ‘Wat denk je,
die Mirthe, van wie blote foto’s op het internet zijn gezet door jouw vriend Daan, hoe zou die zich
voelen?’ ‘Huh? Hoe kan ik dat nou weten?’
2
2021-2022
[Het tienerbrein – Jelle Jolles]
Paper
[Deceuninck Doro]
, LINK 1
Pagina’s en of titels Deel 2 de tiener: Hoofdstuk 9 de vroege en midden-adolescentie: van tien tot
boek gebruikt bij link zestien jaar blz 95 t.e.m. 103
Pagina’s en of titels Hoofdstuk X het puberbrein
syllabus gebruik bij link
Beschrijf de link en leg grondig uit:
De eerste link waarover ik zal spreken is de meest voor de hand liggende, namelijk over het
puberbrein. Zowel in het boek als in de syllabus wordt de adolescentie aangeduid met de leeftijd van
10 – 25 jaar. Het boek deelt de adolescentie op in 3 fasen. De vroege, midden- en late adolescentie.
In de syllabus lezen we dat de ontwikkeling op lichamelijk, sociaal-emotioneel en cognitief vlak bij elk
individu op zijn eigen tempo verloopt. Zo lezen we in het boek ‘er is dus niks aan de hand als de
zestienjarige Lotte nog steeds een chaotische planner is.’ De grote lijnen zowel in de syllabus als in
het boek zijn vooral: impulsiviteit, emoties, plannen, afleidbaarheid enzovoort.
Als we het hebben over de emoties van de adolescent lezen we in het boek dat vreugde, geluk en
boosheid zich snel afwisselen in een rap tempo en dat deze gevoelens veel extremer aanwezig zijn
dan bij de volwassene. Jonge tieners zijn geen ster in het bedwingen van die heftige emoties. Ook het
beoordelen van de emoties van een ander is niet zo gemakkelijk, maar hoe komt dit nu? Hiervoor
richten we ons naar de syllabus.
De gebieden in de hersenen die een rol spelen bij emoties waaronder amygdala rijpen al vroeg uit.
Dit zijn stimulerende systemen. Deze systemen zouden in evenwicht moeten gehouden worden door
de remmende systemen dat zich in de frontale lob bevindt. We hebben gezien dat eerst de primaire
en secundaire cortexgebieden en emotiegebieden zich ontwikkelen, daarna de tertiaire gebieden en
als laatste de prefrontale cortex. Met als logische gevolg dat de emoties een heel stuk vroeger tot
rijping komen dan de remmende systemen die zich in de prefrontale cortex bevinden.
Een voorbeeld uit het boek: ‘hij blijft als het ware automatisch reageren op Whatsapp-berichten en
kan zich maar niet losmaken van het gebeuren op het scherm van zijn game boy. Dit maakt dat
woordjes leren voor hem geen aanrader is als tegelijk de computer of tv aan staat.’ Ze zijn als het
ware erg gevoelig voor beloning (bv. de kans om te winnen op een spelletje), maar ze zijn ongevoelig
voor straf (bv. de kans dat ik niet slaag voor de toets van Franse woordjes). De adolescent kan zich
nog heel moeilijk inleven in anderen daar ze moeite hebben met het aflezen van emoties of hun in de
plaats stellen. Dit kan ook een oorzaak zijn van pestgedrag. Een voorbeeld uit het boek: ‘Wat denk je,
die Mirthe, van wie blote foto’s op het internet zijn gezet door jouw vriend Daan, hoe zou die zich
voelen?’ ‘Huh? Hoe kan ik dat nou weten?’
2