ONDERNEMINGS-
FISCALITEIT
, 1 INLEIDING
1.1 INDELING VAN BELASTINGEN
1.1.1 DIRECTE BELASTINGEN (PERIODIEK)
= Een belasting is direct wanneer ze een voortdurende of permanente toestand treft en verschuldigd is voor een
bepaalde periode. Economisch standpunt: wanneer zij moet worden gedragen door de persoon die ze betaalt
Personenbelasting: enkel voor natuurlijke personen met woonplaats in België
o Onroerende inkomsten: uit roerende goederen
= terreinen en gebouwen, ook in buitenland
Berekend op basis van kadastraal inkomen -> 60% vd bruto jaarhuur in 1975
o Roerende inkomsten
Dividenden, interesten, auteursrechten,…
Worden bij de bron afgehouden
o Beroepsinkomsten
Bezoldigingen, pensioenen, winsten, baten,…
Winsten -> zelfstandige
Baten -> vrije beroepen
o Onroerende en roerende meerwaarden worden niet belast!
Vennootschapsbelasting: belasting op je resultaat en winst
o Boekhoudkundig resultaat bekijken
o Doel = winst
o Tarief is 25%
Rechtspersonenbelasting: belasting waaraan elke rp onderworpen is tenzij die valt onder de vennbel
o Niet elke verrichting belastbaar -> bv. niet belast op resultaat als vzw of andere vereniging zonder
winstoogmerk
UGent, Kind&Gezin, Stad Gent
o Geen rechtspersoonlijkheid -> personenbelasting
Belasting niet-inwoners (BNI): land waar winst wordt gemaakt is heffingsbevoegd
o Territorialiteitsbeginsel
o Kan zowel voor natuurlijke personen of rechtspersonen
o Uitzondering: niet fiscaal resident maar wel inkomsten in BE = dubbele belasting
Regeling afhankelijk van verdragen tussen landen
1.1.2 INDIRECTE BELASTINGEN (OP VERRICHTINGEN)
= Indirecte belastingen zijn belastingen op individuele handelingen of feiten. Wordt niet voor een bepaalde periode
geheven maar wordt verschuldigd telkens wanneer een belastbare handeling wordt gesteld.
Herhaald stellen van deze handeling = aanleiding tot evenveel maal verschuldigd zijn van de belasting
Belasting over toegevoegde waarde (BTW)
o Betaald door consument maar wel voorgefinancierd door bedrijven
o Verbruiksbelasting op goederen en diensten die gedragen wordt door finale consument
o Verschillende tarieven:
6%
12%
21%
o Koopt men iets in het buitenland -> factuur zonder btw
Vlaamse codex fiscaliteit
o Registratiebelastingen
1
, Oudste vorm van belasting
Als je iets laat registreren bij het registratiekantoor, dan moet je daarop belastingen betalen
Bv. bij verkoop onroerend goed, schenking
o Erfbelastingen
Hoort bij het overlijden
Douane en accijnzen: douane op buitenlandse goederen, accijnzen op drank en brandstof
o Vrije markt behouden adhv douane: extra kosten voor import uit lage kosten landen
Zorgt voor bescherming van de EU-markt
o Accijnzen beïnvloeden of trachten het gedrag van de consument te beïnvloeden
Bv. sigaretten
1.1.3 REGIONALISERING
Sinds de staatshervorming zijn de (in)directe belastingen geregionaliseerd
o Sommige stukken worden dus voor Vlaanderen, Bxl of Wallonië bestuurd
Fiscale gevolgen zijn enorm op vlak van wetgeving maar ook verdelen middelen
Geldt ook voor WIGB
1.2 FISCALE WETBOEKEN
Wetboek inkomstenbelastingen (WIB)
o Personenbelasting (zie hierboven)
Onroerende inkomsten
Roerende inkomsten
Beroepsinkomsten
Diverse inkomsten
o Vennootschapsbelasting
o Rechtspersonenbelasting
o Belasting niet-inwoners
Belasting over de toegevoegde waarde (BTW)
Vlaamse Codex Fiscaliteit
o Registratiebelasting
o Erfbelasting
Douane- en accijnzen
Wetboek van de met inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen (WIGB)
o Verkeersbelasting op autovoertuigen
o Belasting op spelen en weddenschappen
o Belasting op de automatische ontspanningstoestellen
o Belasting op de inverkeerstelling
o Belasting op de werknemersparticipatie in het kapitaal van de vennootschap en op de winstpremie
voor de werknemers
Internationale verdragen
o Niet gesloten met belastingsparadijzen
o Hangt samen met terrotarialiteitsbeginsel
o Gemaakt door OESO
Gaat fiscaliteit sturen
Strijden ook tegen het ontwijken van belastingen door multinationals (PEPS-programma)
o ‘Dubbele belastingsverdragen’: stel Belg woont met zijn gezin in Gent en werkt in FR; is fiscaal resident
in België
Persoon is belastbaar in zowel FR als BE -> verdragen gesloten om dit op te lossen
‘Afspraak’ tussen 2 landen over wie in dat geval belast
2
, 1.2.1 FISCALE EN PARAFISCALE ONTVANGSTEN PER SOORT OP FEDERAAL NIVEAU
Taks shift rapport
Grafiek 1 toont de globale belastingdruk
o De belastingdruk in ons land is bijna 50%, terwijl dat in Engeland bv maar 35% is
Grafiek 2 toont de verhouding tussen belastingen op kapitaal, arbeid en consumptie
o We zijn het land van minste belastingen op consumptie maar heel veel belastingen op arbeid
Te veel consumpties aan 6% btw
EU verbood België meer als 3 btw tarieven te hebben (vroeger hadden we er meer)
o Taxshift (advies door raad van financiën): belastingen op inkomen vervangen door meer
consumptie te belasten
1.3 VENNOOTSCHAPSBELASTING
Inkomstenjaar: periode waarin je verdient
Aanslagjaar: periode waarin belasting wordt gevestigd
o 31/12/2024 – 30/12/2025
Boekjaar: vrij te kiezen
Vennootschapsbelasting: art 179-219 quater
Primauteit boekhoudrecht
o Boekhoudrecht primeert op fiscaal recht
De belastbare winst wordt vastgesteld overeenkomstig de boekhoudkundige
verplichtingen van ondernemingen -> niet boeken = niet belastbaar
Primeert tenzij fiscaal recht ervan afwijkt
Tarieven in de vennootschapsbelasting
o Standaardtarief: 25%
o Verlaagd tarief:
Kleine vennootschappen: onder bepaalde voorwaarden tarief van 20% op de eerste schijf van
€100.000
o Er zijn een (zeer beperkt) aantal bestanddelen afzonderlijk belastbaar
2 AAN DE BELASTING OND ERWORPEN VENNOOTSCHAPPEN
2.1 ONDERWORPEN AAN DE VENNOOTSCHAPSBELASTING
Artikel 179
Aan de vennootschapsbelasting zijn de binnenlandse vennootschappen onderworpen:
Definitie van binnenlandse vennootschappen:
o Vennootschappen die in België hun voornaamste inrichting of hun zetel van bestuur of beheer
hebben en die niet van de vennootschapsbelasting zijn uitgesloten.
3
FISCALITEIT
, 1 INLEIDING
1.1 INDELING VAN BELASTINGEN
1.1.1 DIRECTE BELASTINGEN (PERIODIEK)
= Een belasting is direct wanneer ze een voortdurende of permanente toestand treft en verschuldigd is voor een
bepaalde periode. Economisch standpunt: wanneer zij moet worden gedragen door de persoon die ze betaalt
Personenbelasting: enkel voor natuurlijke personen met woonplaats in België
o Onroerende inkomsten: uit roerende goederen
= terreinen en gebouwen, ook in buitenland
Berekend op basis van kadastraal inkomen -> 60% vd bruto jaarhuur in 1975
o Roerende inkomsten
Dividenden, interesten, auteursrechten,…
Worden bij de bron afgehouden
o Beroepsinkomsten
Bezoldigingen, pensioenen, winsten, baten,…
Winsten -> zelfstandige
Baten -> vrije beroepen
o Onroerende en roerende meerwaarden worden niet belast!
Vennootschapsbelasting: belasting op je resultaat en winst
o Boekhoudkundig resultaat bekijken
o Doel = winst
o Tarief is 25%
Rechtspersonenbelasting: belasting waaraan elke rp onderworpen is tenzij die valt onder de vennbel
o Niet elke verrichting belastbaar -> bv. niet belast op resultaat als vzw of andere vereniging zonder
winstoogmerk
UGent, Kind&Gezin, Stad Gent
o Geen rechtspersoonlijkheid -> personenbelasting
Belasting niet-inwoners (BNI): land waar winst wordt gemaakt is heffingsbevoegd
o Territorialiteitsbeginsel
o Kan zowel voor natuurlijke personen of rechtspersonen
o Uitzondering: niet fiscaal resident maar wel inkomsten in BE = dubbele belasting
Regeling afhankelijk van verdragen tussen landen
1.1.2 INDIRECTE BELASTINGEN (OP VERRICHTINGEN)
= Indirecte belastingen zijn belastingen op individuele handelingen of feiten. Wordt niet voor een bepaalde periode
geheven maar wordt verschuldigd telkens wanneer een belastbare handeling wordt gesteld.
Herhaald stellen van deze handeling = aanleiding tot evenveel maal verschuldigd zijn van de belasting
Belasting over toegevoegde waarde (BTW)
o Betaald door consument maar wel voorgefinancierd door bedrijven
o Verbruiksbelasting op goederen en diensten die gedragen wordt door finale consument
o Verschillende tarieven:
6%
12%
21%
o Koopt men iets in het buitenland -> factuur zonder btw
Vlaamse codex fiscaliteit
o Registratiebelastingen
1
, Oudste vorm van belasting
Als je iets laat registreren bij het registratiekantoor, dan moet je daarop belastingen betalen
Bv. bij verkoop onroerend goed, schenking
o Erfbelastingen
Hoort bij het overlijden
Douane en accijnzen: douane op buitenlandse goederen, accijnzen op drank en brandstof
o Vrije markt behouden adhv douane: extra kosten voor import uit lage kosten landen
Zorgt voor bescherming van de EU-markt
o Accijnzen beïnvloeden of trachten het gedrag van de consument te beïnvloeden
Bv. sigaretten
1.1.3 REGIONALISERING
Sinds de staatshervorming zijn de (in)directe belastingen geregionaliseerd
o Sommige stukken worden dus voor Vlaanderen, Bxl of Wallonië bestuurd
Fiscale gevolgen zijn enorm op vlak van wetgeving maar ook verdelen middelen
Geldt ook voor WIGB
1.2 FISCALE WETBOEKEN
Wetboek inkomstenbelastingen (WIB)
o Personenbelasting (zie hierboven)
Onroerende inkomsten
Roerende inkomsten
Beroepsinkomsten
Diverse inkomsten
o Vennootschapsbelasting
o Rechtspersonenbelasting
o Belasting niet-inwoners
Belasting over de toegevoegde waarde (BTW)
Vlaamse Codex Fiscaliteit
o Registratiebelasting
o Erfbelasting
Douane- en accijnzen
Wetboek van de met inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen (WIGB)
o Verkeersbelasting op autovoertuigen
o Belasting op spelen en weddenschappen
o Belasting op de automatische ontspanningstoestellen
o Belasting op de inverkeerstelling
o Belasting op de werknemersparticipatie in het kapitaal van de vennootschap en op de winstpremie
voor de werknemers
Internationale verdragen
o Niet gesloten met belastingsparadijzen
o Hangt samen met terrotarialiteitsbeginsel
o Gemaakt door OESO
Gaat fiscaliteit sturen
Strijden ook tegen het ontwijken van belastingen door multinationals (PEPS-programma)
o ‘Dubbele belastingsverdragen’: stel Belg woont met zijn gezin in Gent en werkt in FR; is fiscaal resident
in België
Persoon is belastbaar in zowel FR als BE -> verdragen gesloten om dit op te lossen
‘Afspraak’ tussen 2 landen over wie in dat geval belast
2
, 1.2.1 FISCALE EN PARAFISCALE ONTVANGSTEN PER SOORT OP FEDERAAL NIVEAU
Taks shift rapport
Grafiek 1 toont de globale belastingdruk
o De belastingdruk in ons land is bijna 50%, terwijl dat in Engeland bv maar 35% is
Grafiek 2 toont de verhouding tussen belastingen op kapitaal, arbeid en consumptie
o We zijn het land van minste belastingen op consumptie maar heel veel belastingen op arbeid
Te veel consumpties aan 6% btw
EU verbood België meer als 3 btw tarieven te hebben (vroeger hadden we er meer)
o Taxshift (advies door raad van financiën): belastingen op inkomen vervangen door meer
consumptie te belasten
1.3 VENNOOTSCHAPSBELASTING
Inkomstenjaar: periode waarin je verdient
Aanslagjaar: periode waarin belasting wordt gevestigd
o 31/12/2024 – 30/12/2025
Boekjaar: vrij te kiezen
Vennootschapsbelasting: art 179-219 quater
Primauteit boekhoudrecht
o Boekhoudrecht primeert op fiscaal recht
De belastbare winst wordt vastgesteld overeenkomstig de boekhoudkundige
verplichtingen van ondernemingen -> niet boeken = niet belastbaar
Primeert tenzij fiscaal recht ervan afwijkt
Tarieven in de vennootschapsbelasting
o Standaardtarief: 25%
o Verlaagd tarief:
Kleine vennootschappen: onder bepaalde voorwaarden tarief van 20% op de eerste schijf van
€100.000
o Er zijn een (zeer beperkt) aantal bestanddelen afzonderlijk belastbaar
2 AAN DE BELASTING OND ERWORPEN VENNOOTSCHAPPEN
2.1 ONDERWORPEN AAN DE VENNOOTSCHAPSBELASTING
Artikel 179
Aan de vennootschapsbelasting zijn de binnenlandse vennootschappen onderworpen:
Definitie van binnenlandse vennootschappen:
o Vennootschappen die in België hun voornaamste inrichting of hun zetel van bestuur of beheer
hebben en die niet van de vennootschapsbelasting zijn uitgesloten.
3