Personen- en familierecht
Hfst 1: Wat is persone- en familierecht
• Dat is burgerlijk recht
• Personenrecht:
- personen
- nationaliteit
- minderjarigen
- meerderjarig beschermde personen
• Familierecht
o Verwanten
- bloedverwanten
- aanverwanten
o Horizontale relaties
- huwelijk
- wettelijke samenwoning
- feitelijke samenwoning
o Verticale relaties
- afstamming
- adoptie
- opvoeders
Hfst 2: personen
Waarover gaat het?
• Personen (rechtssubjecten) worden van voorwerpen (rechtsobjecten) en dieren
onderscheid
• Je hebt natuurlijke personen en rechtspersonen
à rechtspersonen onderverdeelt in privaatrechtelijk en publiekrechtelijk
• Je hebt rechten en plichten tegen over andere rechtssubjecten maar ook tegenover
rechtsobjecten
bv tegenover een woning
Oefening: welke stelling is fout
1) Een rechtsobject kan voorwerp zijn van rechten en plichten van rechtssubject
à juist
2) Een rechtssubject kan het voorwerp zijn van rechten en plichten van een rechtsobject
à fout
, 3) Een rechtssubject kan het voorwerp zijn van rechten en plichten van een rechtssubject
à juist
4) Een rechtsobject kan het voorwerp zijn van rechten en plichten van een rechtsobject
à fout
Natuurlijke persoon
Rechtspersoonlijkheid (hebben van rechten en plichten à vanaf geboorte tot aan overlijden
Vanaf geboorte
A. Levende en levensvatbare geboorte
• Voorwaarden
o Geboorte: vastgesteld door arts
o Levend: teken van leven geven om levend te zijn à bv ademen, wenen, …
o Levensvatbaar: bij geboorte de noodzakelijke eigenschappen beschikken om
zelf in leven te blijven, op zelfstandige basis vastgesteld door arts
Ø juridische gebied: niet zelfstandig in leven kunnen blijven
à bv premature baby’s die kunstmatig in leven worden gehouden
à wettelijk levensvatbaarheidsgrens: 180 dagen na verwekking à
levensvatbaar beschouwd
à geboren na zwangerschap van minder dan 180 dagen à niet
levensvatbaar (weerlegbaar vermoeden)
à periode van verwekking: art 326 OBW
• akte
à gevolgen na geboorte: binnen 15 dagen na geboorte aangifte doen à akte
opgesteld
à art 42 OBW
B. doodgeboorte
• begrafenis of crematie
à onderscheid wettelijke levensvatbarheidsgrens (art 326 OBW) bereikt of niet
à dood vaststellen van dood op moment van bevalling door arts/vroedvrouw
(levenloos kind)
à verplicht voor kinderen die worden geboren na die 180 dagen van verzekking
(ervoor is niet verplicht)
• akte
à akte van levenloos kind (art 58 OBW): afhankelijk van zwangerschapsduur
à wel akte van levenlooskind: zie art 58 OBW
,C. nog geen geboorte
• Infans-conceptusregel: retroactive toekenning van rechtspersoonlijkheid aan
verwekte kind
o Voorwaarde van verwekking (art 326 OBW)
o Opschortende voorwaarde van levend en levensvatbare geboorte
o Beperkte toepassing in wetgeving en rechtspraak
à kind kan uitzonderlijk al rechtspersoonlijkheid krijgen, op voorwaarden
dat het levend en levensvatbaar werd geboren (retroactief)
à bv erfen, naam krijgen van persoon, schenking, ouderlijke band
vaststellen als vader
overlijdt tijdens zwangerschap à enkel als het in voordeel is van kind!
à moeder niet gehuwd: staat vaderschap niet vast à vader moet kind erkennen
vanaf verwekking, bewijs van zwangerschap
à vrouwelijke partner van moeder kind erkennen: mee-moeder
Tot aan overlijden
A. Overlijden
• Einde menselijk biologisch leven: einde rechtspersoonlijkheid
à uitzonderlijk rechtspersoonlijkheid na overlijden: bv persoonlijke auteursrechten, 6
maanden na overlijden nog worden failliet verklaard, …
à rechten en plichten worden overgedragen aan erfgenamen
• Voorwaarde: overlijden
• Akte: akte van overlijden (art 55 OBW)
• Overlijden moet worden vastgesteld voor men akte van overlijden kan opstellen
à uitzondering vermist persoon: moet er met zekerheid worden vastgesteld dat ze
overleden zijn ondanks er geen lichaam is
B. Afzewigheid (art 112-125 OBW)
• Situering: onzeker of iemand al dan niet in leven is
• 2 stappen:
1) Vermoeden van afwezigheid
2) Verklaring van afwezigheid
C. De gerechtelijke verklaring van overlijden (art 126-135 OBW)
• Situering: zekerheid omtrent overleden
• MAAR aangifte is onmogelijk bij gebrek aan (identificeerbaar) lijk
, Menselijke persoon en zijn persoonlijkheidsrechten
Waarover gaat het?
Fysieke persoon beschermen, persoonlijke recten (na overlijden worden deze niet overgdragen)
ßà overheid/ burgers
Bv recht op privacy, recht op briefgeheim, …
Juridische persoon en zijn staat
De staat
= het geheel van wat iemand heeft (vermogen), mag (deelnemen aan rechtsverkeer) en is
(persoonlijke eigenschappen)
Volgende categorien = staat
1. Staat van persoon in natie à element van staat
bv nationaliteit, verblijfsrechten
2. Staat van persoon als enkeling à element van staat
bv leeftijd, gezondheidstoestand (gessteszieken, invalide) à minderjarig en meerderjarige
beschermde
personen
3. Staat an persoon in de familie à verhouding van staat
bv getrouwheidsplicht (horizontaal), onderhoudsplicht (verticaal), …
De vorderingen van staat
= rechtsvorderingen om element van staat of verhouding van staat te doen vaststellen of
wijzigen
• Vaststellen à declaratieve vordering van staat (ex tunc)
Ø vordering tot inroeping van staat
bv erkenning vaderschap niet erkend door moeder
OF
Ø vordering tot betwisting van staat
bv kind geboren tijdens huwelijk (ontrouwheid à kind niet van echtgenoot)
misschien zal vader vaderschap betwisten
• wijzigen à constitutieve vordering van staat (ex nunc)
à verhouding wijzige van staat
à bvwijziging van geslacht, echtscheiding (werkt niet terug in de tijd)
Hfst 1: Wat is persone- en familierecht
• Dat is burgerlijk recht
• Personenrecht:
- personen
- nationaliteit
- minderjarigen
- meerderjarig beschermde personen
• Familierecht
o Verwanten
- bloedverwanten
- aanverwanten
o Horizontale relaties
- huwelijk
- wettelijke samenwoning
- feitelijke samenwoning
o Verticale relaties
- afstamming
- adoptie
- opvoeders
Hfst 2: personen
Waarover gaat het?
• Personen (rechtssubjecten) worden van voorwerpen (rechtsobjecten) en dieren
onderscheid
• Je hebt natuurlijke personen en rechtspersonen
à rechtspersonen onderverdeelt in privaatrechtelijk en publiekrechtelijk
• Je hebt rechten en plichten tegen over andere rechtssubjecten maar ook tegenover
rechtsobjecten
bv tegenover een woning
Oefening: welke stelling is fout
1) Een rechtsobject kan voorwerp zijn van rechten en plichten van rechtssubject
à juist
2) Een rechtssubject kan het voorwerp zijn van rechten en plichten van een rechtsobject
à fout
, 3) Een rechtssubject kan het voorwerp zijn van rechten en plichten van een rechtssubject
à juist
4) Een rechtsobject kan het voorwerp zijn van rechten en plichten van een rechtsobject
à fout
Natuurlijke persoon
Rechtspersoonlijkheid (hebben van rechten en plichten à vanaf geboorte tot aan overlijden
Vanaf geboorte
A. Levende en levensvatbare geboorte
• Voorwaarden
o Geboorte: vastgesteld door arts
o Levend: teken van leven geven om levend te zijn à bv ademen, wenen, …
o Levensvatbaar: bij geboorte de noodzakelijke eigenschappen beschikken om
zelf in leven te blijven, op zelfstandige basis vastgesteld door arts
Ø juridische gebied: niet zelfstandig in leven kunnen blijven
à bv premature baby’s die kunstmatig in leven worden gehouden
à wettelijk levensvatbaarheidsgrens: 180 dagen na verwekking à
levensvatbaar beschouwd
à geboren na zwangerschap van minder dan 180 dagen à niet
levensvatbaar (weerlegbaar vermoeden)
à periode van verwekking: art 326 OBW
• akte
à gevolgen na geboorte: binnen 15 dagen na geboorte aangifte doen à akte
opgesteld
à art 42 OBW
B. doodgeboorte
• begrafenis of crematie
à onderscheid wettelijke levensvatbarheidsgrens (art 326 OBW) bereikt of niet
à dood vaststellen van dood op moment van bevalling door arts/vroedvrouw
(levenloos kind)
à verplicht voor kinderen die worden geboren na die 180 dagen van verzekking
(ervoor is niet verplicht)
• akte
à akte van levenloos kind (art 58 OBW): afhankelijk van zwangerschapsduur
à wel akte van levenlooskind: zie art 58 OBW
,C. nog geen geboorte
• Infans-conceptusregel: retroactive toekenning van rechtspersoonlijkheid aan
verwekte kind
o Voorwaarde van verwekking (art 326 OBW)
o Opschortende voorwaarde van levend en levensvatbare geboorte
o Beperkte toepassing in wetgeving en rechtspraak
à kind kan uitzonderlijk al rechtspersoonlijkheid krijgen, op voorwaarden
dat het levend en levensvatbaar werd geboren (retroactief)
à bv erfen, naam krijgen van persoon, schenking, ouderlijke band
vaststellen als vader
overlijdt tijdens zwangerschap à enkel als het in voordeel is van kind!
à moeder niet gehuwd: staat vaderschap niet vast à vader moet kind erkennen
vanaf verwekking, bewijs van zwangerschap
à vrouwelijke partner van moeder kind erkennen: mee-moeder
Tot aan overlijden
A. Overlijden
• Einde menselijk biologisch leven: einde rechtspersoonlijkheid
à uitzonderlijk rechtspersoonlijkheid na overlijden: bv persoonlijke auteursrechten, 6
maanden na overlijden nog worden failliet verklaard, …
à rechten en plichten worden overgedragen aan erfgenamen
• Voorwaarde: overlijden
• Akte: akte van overlijden (art 55 OBW)
• Overlijden moet worden vastgesteld voor men akte van overlijden kan opstellen
à uitzondering vermist persoon: moet er met zekerheid worden vastgesteld dat ze
overleden zijn ondanks er geen lichaam is
B. Afzewigheid (art 112-125 OBW)
• Situering: onzeker of iemand al dan niet in leven is
• 2 stappen:
1) Vermoeden van afwezigheid
2) Verklaring van afwezigheid
C. De gerechtelijke verklaring van overlijden (art 126-135 OBW)
• Situering: zekerheid omtrent overleden
• MAAR aangifte is onmogelijk bij gebrek aan (identificeerbaar) lijk
, Menselijke persoon en zijn persoonlijkheidsrechten
Waarover gaat het?
Fysieke persoon beschermen, persoonlijke recten (na overlijden worden deze niet overgdragen)
ßà overheid/ burgers
Bv recht op privacy, recht op briefgeheim, …
Juridische persoon en zijn staat
De staat
= het geheel van wat iemand heeft (vermogen), mag (deelnemen aan rechtsverkeer) en is
(persoonlijke eigenschappen)
Volgende categorien = staat
1. Staat van persoon in natie à element van staat
bv nationaliteit, verblijfsrechten
2. Staat van persoon als enkeling à element van staat
bv leeftijd, gezondheidstoestand (gessteszieken, invalide) à minderjarig en meerderjarige
beschermde
personen
3. Staat an persoon in de familie à verhouding van staat
bv getrouwheidsplicht (horizontaal), onderhoudsplicht (verticaal), …
De vorderingen van staat
= rechtsvorderingen om element van staat of verhouding van staat te doen vaststellen of
wijzigen
• Vaststellen à declaratieve vordering van staat (ex tunc)
Ø vordering tot inroeping van staat
bv erkenning vaderschap niet erkend door moeder
OF
Ø vordering tot betwisting van staat
bv kind geboren tijdens huwelijk (ontrouwheid à kind niet van echtgenoot)
misschien zal vader vaderschap betwisten
• wijzigen à constitutieve vordering van staat (ex nunc)
à verhouding wijzige van staat
à bvwijziging van geslacht, echtscheiding (werkt niet terug in de tijd)