Integraal sociaal werk
Hoofdstuk: armoede op verschillende
levensdomeinen
1. Armoede en gezinssituatie
a. Intergenerationele overdracht
onderzoek intergenerationele overdracht (EU – SILC 2019 –
publicatie 2021).
respondenten tussen 25 tot 59 jaar →
levensomstandigheden +/- 14 jaar waren.
enkele resultaten → België (gewesten zie cursus): cijfers
niet van buiten leren (socio-economische positie ouders
bepalen dit)
o 3% → leefde in een huishouden met grote financiële
problemen op 14 - jarige leeftijd;
o 3,9% → niet beschikken over elementaire
schoolbenodigdheden (boekentas, pen) op 14 - jarige
leeftijd;
o op 14 - jarige leeftijd in een gezin met grote financiële
problemen (uitspraken doen over de situatie in de
toekomst)→ zelf in 2019 → 30,4% onder monetaire
armoedegrens;
o op 14 - jarige leeftijd in een financieel gezond gezin →
slechts 7,7% onder de monetaire armoedegrens.
o Sociaal economische afkomst bepaalt waar jij staat in
de toekomst
, b. Kansarmoede – index (opgroeien) (kind en gezin)
een alternatieve indicator → armoedesituatie bij kinderen
(eigenaardig gegeven, want kinderen gebonden aan kind,
dus kind kan eigenlijk niet in armoede leven) →
kansarmoede-index K&G (Opgroeien).
aan de hand van zes criteria (zie cursus) wordt
geregistreerd (door gezinsondersteuners en
verpleegkundigen) hoeveel van de kinderen die geboren
worden in Vlaanderen leven in een kansarm gezin.
de kansarmoede – index daalt licht: 2020 (13,65%) - 2021
(12,7%) - 2022 (12,65%) - . 2023 (12,1%). -> periode van 3
jaar
https://pers.opgroeien.be/kansarmoede-jonge-kinderen-in-
vlaanderen-licht-gedaald-in-2023
c. Onderwijs – interrelationele (binnen de enquête blijven)
35,5% (gezinnen die geen elementaire
schoolbenodigdheden hadden) versus 11,2% (gezinnen die
wel elementaire schoolspullen hadden) → armoederisico →
al of niet elementaire schoolbenodigdheden kunnen
veroorloven op 14 jarige leeftijd.
Hoofdstuk: armoede op verschillende
levensdomeinen
1. Armoede en gezinssituatie
a. Intergenerationele overdracht
onderzoek intergenerationele overdracht (EU – SILC 2019 –
publicatie 2021).
respondenten tussen 25 tot 59 jaar →
levensomstandigheden +/- 14 jaar waren.
enkele resultaten → België (gewesten zie cursus): cijfers
niet van buiten leren (socio-economische positie ouders
bepalen dit)
o 3% → leefde in een huishouden met grote financiële
problemen op 14 - jarige leeftijd;
o 3,9% → niet beschikken over elementaire
schoolbenodigdheden (boekentas, pen) op 14 - jarige
leeftijd;
o op 14 - jarige leeftijd in een gezin met grote financiële
problemen (uitspraken doen over de situatie in de
toekomst)→ zelf in 2019 → 30,4% onder monetaire
armoedegrens;
o op 14 - jarige leeftijd in een financieel gezond gezin →
slechts 7,7% onder de monetaire armoedegrens.
o Sociaal economische afkomst bepaalt waar jij staat in
de toekomst
, b. Kansarmoede – index (opgroeien) (kind en gezin)
een alternatieve indicator → armoedesituatie bij kinderen
(eigenaardig gegeven, want kinderen gebonden aan kind,
dus kind kan eigenlijk niet in armoede leven) →
kansarmoede-index K&G (Opgroeien).
aan de hand van zes criteria (zie cursus) wordt
geregistreerd (door gezinsondersteuners en
verpleegkundigen) hoeveel van de kinderen die geboren
worden in Vlaanderen leven in een kansarm gezin.
de kansarmoede – index daalt licht: 2020 (13,65%) - 2021
(12,7%) - 2022 (12,65%) - . 2023 (12,1%). -> periode van 3
jaar
https://pers.opgroeien.be/kansarmoede-jonge-kinderen-in-
vlaanderen-licht-gedaald-in-2023
c. Onderwijs – interrelationele (binnen de enquête blijven)
35,5% (gezinnen die geen elementaire
schoolbenodigdheden hadden) versus 11,2% (gezinnen die
wel elementaire schoolspullen hadden) → armoederisico →
al of niet elementaire schoolbenodigdheden kunnen
veroorloven op 14 jarige leeftijd.