*** Inleiding in de filosofie – De kalme zonneschijn van de geest, Ba 2 RECHTEN – 2024 – 2025 ***
Studiewijzer bij Hoofdstuk II. Premoderne filosofie
I. Studeervragen
1. Wat is het belang van de axiale periode voor de geschiedenis van de Mensheid?
800-300 v.C. Het is een scharnierperiode in het leven van de mens. Bloei van
wijsheidsleren, religieuze doctrines en rationele stelsels die antwoorden geven op de
vragen wat is de mens, hoe zit de natuur in elkaar, wat is een God? De bewegingen
hebben grote invloed gehad, specifiek op de westerse cultuur. Ontstaan van diverse
filosofieën, ook in China en India.
Zekere graad van beschaving vereist een schrift, centrale politieke samenleving,
landbouw, handel, klasse van priesters of geleerden (vrije tijd!)
De westerse filosofie kent een traditie met een eigen identiteit. Dit kan ons helpen
andere tradities te begrijpen, eventuele invloeden enzovoort… De westerse filosofie
werd sinds 17e eeuw dominant op mondiaal vlak.
Niet de religieuze openbaring maar de rede geeft hier maat aan de vernieuwing van het
denken. Nieuw verklaringsmodel van mens-zijn en wereld door pre-socratici vanaf
600 v.Chr. Niet langer mythische denken en religie maar beroep op natuurlijke
beginselen (archè) en rationele principes als bron van verklaring van de werkelijkheid
en wijsheidsleer. Voorheen vooral verhaalcultuur van Homeros en theogonie van
Hesiodos.
2. Welke vernieuwing brengen de eerste Griekse filosofen in de Griekse cultuur?
Leg uit aan de hand van 1 Pre-socratische filosoof.
- Mensen werden zich bewuster van scheiding van Goden en mensen.
- De rede werd erkend als bron van de waarheid en zingeving.
- De natuur als kosmos vertoont harmonie en samenhang
- De rede kan in de oorsprong (archè) van de natuur doordringen
- Kosmos blijft Goddelijke aanzien en religie bleef cruciaal tot in de moderne tijd
Bv. Thales van Milete (624-545 v.C.) Water is de archè van alle dingen. Natuurlijke
beginsel water is dus de verklaring van de werkelijkheid, de archè van alle dingen. De
aarde drijft op water. Via de kennis van natuur kan men spirituele verheffing
nastreven. Die archè (water) vormt de verklaring voor alle bestaan, de samenhang in
de natuur.
3. Hoe ziet Plato de indeling van de ideale staat? Waarom is de filosofie hier zo
belangrijk?
In Politeia, metafysica van het Goede, een omvattend mens-wereldbeeld + theorie van
de Ideale Staat.
Kritiek op democratie want
- ruimte voor macht en willekeur en zelfs tirannie
- niet gebaseerd op waarheid en het inzicht in het goede maar op macht en retoriek.
(tegen de sofisten).
1
, *** Inleiding in de filosofie – De kalme zonneschijn van de geest, Ba 2 RECHTEN – 2024 – 2025 ***
Een ideale staat bevat 3 standen met elk een deugd.
1. Boeren en werklieden: behoeftes bevredigen (gematigdheid)
2. Wachter of helpers: beschermen van de polis (moed) en
3. leiders of bestuurders: bestuur vd Staat (wijsheid).
De allesomvattende deugd, de harmonie tussen die drie delen leidt tot de
rechtvaardigheid (diakosunè = rechtvaardigheid).
(egalitair, eugenetica en meritocratie)
Leiders: algemeen belang nastreven, door kennis van het ware en het goede. Hiervoor
is harde en veeleisende opvoeding van de wachter vereist.(eugenetica) hij meent ook
dat vrouwen indien zij de capaciteit hebben de staat mogen leiden. + meritocratie:
verdienste telt en niet je afkomst. Filosofie is essentieel omdat alleen wijsheid en
kennis de juiste leiding kunnen bieden aan de staat en ervoor zorgen dat het goede
leven wordt bereikt
4. In de Politeia verdedigt Plato dat de menselijke ziel of psuchè bepaald wordt door
3 krachten. Leg uit. Wat leert ons dit over zijn visie op de rol van de rede en de
filosofie in het menselijk bestaan?
- Behoefte en genot (to epithumètikon)
- Streven naar eer (to thumoeidès)
- Rede (to logistikon)
Strijd tussen de drie krachten weerspiegelt de onrust van de menselijke natuur.
Pas wanneer de drie krachten in de ziel in harmonie samenwerken is de individuele
mens ook rechtvaardig en echt deugdzaam. De ziel van de individuele mens moet in
harmonie worden gebracht met de structuur van de staat. Het is de rede die de teugels
in handen moet hebben.
Indien dit niet zo is ontsporen de politieke structuren.
De rede moet dus in evenwicht zijn met de andere 2 krachten. Anders zal de politeke
structuur ontsporen.
(zie ook mythe van de wagenmenner).
De filosofie is een oefening van de rede die uiteindelijk de ziel doet verlangen naar het
Ware en Goede – de mens zodoende naar boven trekt … ‘aan de goden gelijk maakt’.
De rede zorgt voor inzicht in het bestaan van het Goede en Rechtvaardigheid. Het kan
een dam opwerpen tegen hypocrischie, schijn, machtslust, leugen en onwaarheid in de
samenleving.
5. Wat leert ons de mythe van de wagenmenner over de rol van de filosofie volgens
Plato?
Ziel is als een strijdwagen bestaande uit een menner en een span paarden.
Bij de goden zijn menner en paarden als het ware één.
De ziel van Goden kent slechts het streven naar het ware en het goede.
2
Studiewijzer bij Hoofdstuk II. Premoderne filosofie
I. Studeervragen
1. Wat is het belang van de axiale periode voor de geschiedenis van de Mensheid?
800-300 v.C. Het is een scharnierperiode in het leven van de mens. Bloei van
wijsheidsleren, religieuze doctrines en rationele stelsels die antwoorden geven op de
vragen wat is de mens, hoe zit de natuur in elkaar, wat is een God? De bewegingen
hebben grote invloed gehad, specifiek op de westerse cultuur. Ontstaan van diverse
filosofieën, ook in China en India.
Zekere graad van beschaving vereist een schrift, centrale politieke samenleving,
landbouw, handel, klasse van priesters of geleerden (vrije tijd!)
De westerse filosofie kent een traditie met een eigen identiteit. Dit kan ons helpen
andere tradities te begrijpen, eventuele invloeden enzovoort… De westerse filosofie
werd sinds 17e eeuw dominant op mondiaal vlak.
Niet de religieuze openbaring maar de rede geeft hier maat aan de vernieuwing van het
denken. Nieuw verklaringsmodel van mens-zijn en wereld door pre-socratici vanaf
600 v.Chr. Niet langer mythische denken en religie maar beroep op natuurlijke
beginselen (archè) en rationele principes als bron van verklaring van de werkelijkheid
en wijsheidsleer. Voorheen vooral verhaalcultuur van Homeros en theogonie van
Hesiodos.
2. Welke vernieuwing brengen de eerste Griekse filosofen in de Griekse cultuur?
Leg uit aan de hand van 1 Pre-socratische filosoof.
- Mensen werden zich bewuster van scheiding van Goden en mensen.
- De rede werd erkend als bron van de waarheid en zingeving.
- De natuur als kosmos vertoont harmonie en samenhang
- De rede kan in de oorsprong (archè) van de natuur doordringen
- Kosmos blijft Goddelijke aanzien en religie bleef cruciaal tot in de moderne tijd
Bv. Thales van Milete (624-545 v.C.) Water is de archè van alle dingen. Natuurlijke
beginsel water is dus de verklaring van de werkelijkheid, de archè van alle dingen. De
aarde drijft op water. Via de kennis van natuur kan men spirituele verheffing
nastreven. Die archè (water) vormt de verklaring voor alle bestaan, de samenhang in
de natuur.
3. Hoe ziet Plato de indeling van de ideale staat? Waarom is de filosofie hier zo
belangrijk?
In Politeia, metafysica van het Goede, een omvattend mens-wereldbeeld + theorie van
de Ideale Staat.
Kritiek op democratie want
- ruimte voor macht en willekeur en zelfs tirannie
- niet gebaseerd op waarheid en het inzicht in het goede maar op macht en retoriek.
(tegen de sofisten).
1
, *** Inleiding in de filosofie – De kalme zonneschijn van de geest, Ba 2 RECHTEN – 2024 – 2025 ***
Een ideale staat bevat 3 standen met elk een deugd.
1. Boeren en werklieden: behoeftes bevredigen (gematigdheid)
2. Wachter of helpers: beschermen van de polis (moed) en
3. leiders of bestuurders: bestuur vd Staat (wijsheid).
De allesomvattende deugd, de harmonie tussen die drie delen leidt tot de
rechtvaardigheid (diakosunè = rechtvaardigheid).
(egalitair, eugenetica en meritocratie)
Leiders: algemeen belang nastreven, door kennis van het ware en het goede. Hiervoor
is harde en veeleisende opvoeding van de wachter vereist.(eugenetica) hij meent ook
dat vrouwen indien zij de capaciteit hebben de staat mogen leiden. + meritocratie:
verdienste telt en niet je afkomst. Filosofie is essentieel omdat alleen wijsheid en
kennis de juiste leiding kunnen bieden aan de staat en ervoor zorgen dat het goede
leven wordt bereikt
4. In de Politeia verdedigt Plato dat de menselijke ziel of psuchè bepaald wordt door
3 krachten. Leg uit. Wat leert ons dit over zijn visie op de rol van de rede en de
filosofie in het menselijk bestaan?
- Behoefte en genot (to epithumètikon)
- Streven naar eer (to thumoeidès)
- Rede (to logistikon)
Strijd tussen de drie krachten weerspiegelt de onrust van de menselijke natuur.
Pas wanneer de drie krachten in de ziel in harmonie samenwerken is de individuele
mens ook rechtvaardig en echt deugdzaam. De ziel van de individuele mens moet in
harmonie worden gebracht met de structuur van de staat. Het is de rede die de teugels
in handen moet hebben.
Indien dit niet zo is ontsporen de politieke structuren.
De rede moet dus in evenwicht zijn met de andere 2 krachten. Anders zal de politeke
structuur ontsporen.
(zie ook mythe van de wagenmenner).
De filosofie is een oefening van de rede die uiteindelijk de ziel doet verlangen naar het
Ware en Goede – de mens zodoende naar boven trekt … ‘aan de goden gelijk maakt’.
De rede zorgt voor inzicht in het bestaan van het Goede en Rechtvaardigheid. Het kan
een dam opwerpen tegen hypocrischie, schijn, machtslust, leugen en onwaarheid in de
samenleving.
5. Wat leert ons de mythe van de wagenmenner over de rol van de filosofie volgens
Plato?
Ziel is als een strijdwagen bestaande uit een menner en een span paarden.
Bij de goden zijn menner en paarden als het ware één.
De ziel van Goden kent slechts het streven naar het ware en het goede.
2