IMC:
wat is het verschil in boodschap nespresso en douwe egberts?
wat is het verschil in boodschap Evian en contrex?
IMC kernidee: combineren van diverse communicatiemiddelen op consistente wijze
→ resultaat: naadloze/homogene communicatie
→ verandert constant
→ kan op merk en product niveau
voordeel:
- consistente boodschap alle doelgroepen
communicatieproces:
synergie voorbeelden:
- direct mail: effectiever als voorbereid door kennisverhogende reclamecampagne
- PR, sponsoring: positieve invloed op bedrijfsimago
- websites: vaker bezocht als meer via massamedia onder aandacht wordt gebracht
- verkopers: makkelijker als product al goed bekend is
direct mail POS
belangrijkste redenen IMC:
- fragmentatie media
- noodzaak meer rentabiliteit
- laag niveau merkdifferentiatie
- overlappende doelgroepen
→ consumenten, leveranciers,..
- technologische ontwikkelingen
1
,DEEL 2
STP
‘niet iedereen is je customer’
markt bestaat uit:
1. verschillende groepen klanten
2. met verschillende behoeften en wensen
3. beïnvloed door trends
relevant zijn voor de klant → ULTIEME DOEL
doe je door:
- gevoelige snaar raken
- relatie opbouwen met juiste klanten
→ juiste boodschap
→ juiste media
→ vooropgestelde doelstellingen behalen
marketing VS communicatie doelgroep
segmentatie: markt indelen in afzonderlijke klantgroepen, elk van deze groepen heeft
verschillende behoeften/kenmerken/gedragingen
→ segmenten
homogeen binnen de groep:
= leden reageren op gelijkewijze op marketingstimuli
heterogeen tussen de groep:
= leden reageren anders dan leden van andere subgroepen op marketingstimuli
2
,segmentatiecriteria:
objectief: eenvoudige en objectieve wijze gemeten
vb: leeftijd, inkomen, geslacht,...
subjectief: eerst te definiëren en dan pas mensen in bepaalde groepen indelen
vb: levensstijl, sociale klasse, persoonlijkheid
algemeen: gelden in alle omstandigheden
vb: geslacht, leeftijd,...
specifiek: afhankelijk van product of koopsituatie
vb: loyaliteit, koopbereidheid,...
voorbeeld: algemeen - objectief; geografisch
→ continenten, landen, regio's,...
socio demografisch: generaties
firmographics: algemeen - objectief
→ bedrijfskarakteristieken: sector, bedrijfsgrootte, locatie,...
→ rol/job binnen bedrijf = DMU
DMU: Decision Making Unit
3
, algemeen - subjectief:
= psychografisch
- sociale klasse
- persoonlijkheid
- levensstijl
8 Roper levensstijl groepen:
specifiek - objectief:
= indeling obv merk/product voorkeuren of obv betrokkenheid
- gebruiksmoment: vb: ochtend/avond
- loyaliteit: vb: merkwisselaar/trouw
- gebruikersstatus: vb: eerste gebruiker/ potentiële gebruiker/ ex gebruiker/…
- mate van gebruik: light, medium, heavy users
4