Recht
Deel 1: Basisbeginselen uit het recht
stellingen:
1) meisje van 13 jaar vraagt om voorbehoedsmiddelen à 13 & 14jarige mogen wettelijk geen seks
hebben
2) agressieve jongeren voor bepaalde tijd afzonderen à in bepaalde situaties, maar mag niet over
uren gaan en er moet direct gevaar zijn
3) heeft jongere recht op gratis advocaat à jongere heeft hier altijd recht op
rechtsregels:
- opgesteld in parlement
- niet naleven à sancties door openbaar ministerie/ parket
- niet alle regels gelden steeds voor iedereen en overal
- allemaal even rechtvaardig? nee, niet iedereen zal er steeds eens mee zijn
- dynamisch, veranderen vaak (bv. homohuwelijk, stemrecht vrouwen)
noodzakelijkheid regels:
mensen leven graag in voorspelbaarheid à veiliger gevoel
men ontwikkelt steeds regels om voorspelbaarheid te creëren
anders chaos, rebellie, anarchie
ontstaan & ontwikkeling van recht:
1) ongeschreven regels & gewoonterecht: geen duidelijke afspraken
2) veel verandering door uitvinding schrift (3500v.C.)
à makkelijker te verspreiden
à iedereen was mee met verwachtingen
3) wetteksten nationaal niveau
4) na WO 2 à nood aan mensenrechten (internationaal)
vroeger:
recht had goddelijke oorsprong, werd misbruikt door koningen
juridisering samenleving=
alle regels & wetteksten van samenleving voor bescherming & duidelijkheid
voordeel: rechtsbescherming & mogelijkheid tot emancipatie
nadeel: abstractie gemaakt van concrete omstandigheden
kennis juridisch systeem à empowerment
om cliënten te versterken
,verschil godsdienst & recht:
- religieuze regels willen samenleving organiseren, maar werden soms als enige norm gezien
- geseculariseerde samenleving: scheiding kerk & staat
- er zijn verschillende regels die religieus geïnspireerd zijn
(vb. zondag niet werken, er wordt geld uitgegeven aan religieuze instanties)
verschil tussen recht & moraal
- moraal= wat we zelf goed en slecht vinden, persoonlijk
- rechtsregels= afdwingbaar, geschreven, gelden algemeen, consensus (wat vindt de
meerderheid)
ethisch pluralisme=
veel verschillende meningen en verschillende morele waarden en normen binnen de samenleving
(bv. abortus, euthanasie)
recht=
geheel van bindende regels, opgesteld door samenleving, waardoor belangen van enkelingen
geordend worden
- bindend
geschreven, ongeschreven, nationale, internationale regels
formuleert gebod, verbod of laat handeling toe
- opgesteld door samenleving
àstemplicht: we moeten stemmen anders sanctie
àdemocratie: het volk heerst, wij verkiezen wie er in het parlement zetelt
- afdwingbaar
vroeger à Taliowet= wraak en weerwraak (escalatie van geweld)
we geven macht aan overheid om te oordelen
gerechtelijke instellingen België:
- wetgevende macht: parlementen
- uitvoerende macht: regeringen
- rechterlijke macht: hoven & rechtbanken
,Indeling van het recht
- privaat & publiek recht
- nationaal & internationaal recht
Privaat recht Publiek recht
Burgers onderling: Verhouding met en tussen overheid
Arbeidsrecht Strafrecht: handelingen die verboden zijn
Personen en familierecht Grondwettelijk recht: organisatie & werking
Verbintenissenrecht Staatsmachten
Handelsrecht Strafprocesrecht: regels voor bevoegden straf
proces
…. ….
Arbeidsrecht (soms beide) Arbeidsrecht ( soms beide)
oorsprong:
- nachtwakerstaat (staat hield zich vooral bezig met veiligheid en collectieve
basisvoorzieningen) à verzorgingsstaat (overheid gaat meer zaken regelen: welvaart…)
- nu sociale zekerheid, subsidiering, onderwijs
- overheid doet nu ook meer beroep op experts, meer impact door burgerbewegingen
Nationaal recht Internationaal recht
Privaat Publiek Privaat Publiek
(vb. je trouwt met iemand uit (vb. verdragen die worden
Spanje, welke nationaliteit krijgt gesloten om klimaatverandering
kindje) tegen te gaan)
Soevereiniteit= staat is zelf bevoegd op welke manier zij de orde in
hun gemeenschap besturen
manieren van samenwerking internationaal recht:
- intergouvernementele samenwerking (vb. VN, WHO)
verschillende verenigingen werken samen, ontwerpen verdragen, gaan in debat
àmogen kiezen hoe ze dit verdrag vorm geven
- supranationale samenwerking (vb. EU)
lidstaten staan deel van soevereiniteit afstaan, minder zeggenschap
bronnen van het recht:
- materiele bronnen à bepalen de inhoud, verschillende factoren bepalen deze inhoud
geschiedenis: verlichting, WOII
de politiek: parlement, regering, burgerbewegingen
economie : globalisering, crisissen
technologie: sexting
ideologie: euthanasie/ abortus
, 1) internationale rechtsbronnen
-bilaterale verdragen: slecht 2 of enkele verdragspartijen
-multilaterale verdragen: vele Staten zijn partij bij het verdrag
-directe/ rechtstreekse werking: hoogste in hiërarchie, sijpelen onmiddellijk door naar
nationaal recht
-niet-directe werking: (vb. kinderrechtenverdrag), bepalingen zijn te abstract, heeft eerst
omzetting nodig, niet erg duidelijk omschreven
2) de grondwet
geldt zowel federaal als voor deelgebieden
-TITEL I federaal België, zijn samenstelling & zijn grondgebied
-TITEL Ibis algemene beleidsdoelstellingen
-TITEL II de Belgen en hun rechten
-TITEL III de machten
3) bijzondere meerderheidswet
regels m.b.t. bevoegdheidsverdeling &begrenzing van taalgebieden & provincies
4) wetgevende akte: wet – decreet – ordonnantie
goedgekeurde regels door parlement van bevoegde overheid
federaal parlement: wetten
gemeenschappen & gewesten: decreten
Brussel Hoofdstedelijk gewest: ordonnantie
parlement geeft deel van bevoegdheid aan regering: volmachtenwet (in crisis)
5) koninklijke en ministeriële besluiten
wet die verder wordt uitgewerkt door uitvoerende macht
koninklijk besluit (KB)= besluiten van regering, koning is niet zelf verantwoordelijk
ministerieel besluit= regelgevende norm die door minister wordt uitgevaardigd
6) provinciale & gemeentelijke verordeningen
rechtsregels van gemeentes & provincies
7) rechtspraak
geheel van uitspraken van rechtbanken (vonnis) & gerechtshoven (arrest)
vonnis= uitspraak van rechtbank of vredegerecht
arrest= uitspraak van een Hof (“hogere” rechtbank)
8) rechtsleer
geheel van juridische teksten door juristen geschreven, niet bindend
9) de gewoonte
ontstaat vanuit samenleving, algemeen geldend gebruik
doorgedrongen in levenspatroon van het volk
10) algemene rechtsbeginselen
algemene opvattingen die in samenleving hard zijn doorgedrongen (niet geschreven)
(vb. recht op verdediging, proportionaliteitsbeginsel: wetten moet proportioneel zijn)
Deel 1: Basisbeginselen uit het recht
stellingen:
1) meisje van 13 jaar vraagt om voorbehoedsmiddelen à 13 & 14jarige mogen wettelijk geen seks
hebben
2) agressieve jongeren voor bepaalde tijd afzonderen à in bepaalde situaties, maar mag niet over
uren gaan en er moet direct gevaar zijn
3) heeft jongere recht op gratis advocaat à jongere heeft hier altijd recht op
rechtsregels:
- opgesteld in parlement
- niet naleven à sancties door openbaar ministerie/ parket
- niet alle regels gelden steeds voor iedereen en overal
- allemaal even rechtvaardig? nee, niet iedereen zal er steeds eens mee zijn
- dynamisch, veranderen vaak (bv. homohuwelijk, stemrecht vrouwen)
noodzakelijkheid regels:
mensen leven graag in voorspelbaarheid à veiliger gevoel
men ontwikkelt steeds regels om voorspelbaarheid te creëren
anders chaos, rebellie, anarchie
ontstaan & ontwikkeling van recht:
1) ongeschreven regels & gewoonterecht: geen duidelijke afspraken
2) veel verandering door uitvinding schrift (3500v.C.)
à makkelijker te verspreiden
à iedereen was mee met verwachtingen
3) wetteksten nationaal niveau
4) na WO 2 à nood aan mensenrechten (internationaal)
vroeger:
recht had goddelijke oorsprong, werd misbruikt door koningen
juridisering samenleving=
alle regels & wetteksten van samenleving voor bescherming & duidelijkheid
voordeel: rechtsbescherming & mogelijkheid tot emancipatie
nadeel: abstractie gemaakt van concrete omstandigheden
kennis juridisch systeem à empowerment
om cliënten te versterken
,verschil godsdienst & recht:
- religieuze regels willen samenleving organiseren, maar werden soms als enige norm gezien
- geseculariseerde samenleving: scheiding kerk & staat
- er zijn verschillende regels die religieus geïnspireerd zijn
(vb. zondag niet werken, er wordt geld uitgegeven aan religieuze instanties)
verschil tussen recht & moraal
- moraal= wat we zelf goed en slecht vinden, persoonlijk
- rechtsregels= afdwingbaar, geschreven, gelden algemeen, consensus (wat vindt de
meerderheid)
ethisch pluralisme=
veel verschillende meningen en verschillende morele waarden en normen binnen de samenleving
(bv. abortus, euthanasie)
recht=
geheel van bindende regels, opgesteld door samenleving, waardoor belangen van enkelingen
geordend worden
- bindend
geschreven, ongeschreven, nationale, internationale regels
formuleert gebod, verbod of laat handeling toe
- opgesteld door samenleving
àstemplicht: we moeten stemmen anders sanctie
àdemocratie: het volk heerst, wij verkiezen wie er in het parlement zetelt
- afdwingbaar
vroeger à Taliowet= wraak en weerwraak (escalatie van geweld)
we geven macht aan overheid om te oordelen
gerechtelijke instellingen België:
- wetgevende macht: parlementen
- uitvoerende macht: regeringen
- rechterlijke macht: hoven & rechtbanken
,Indeling van het recht
- privaat & publiek recht
- nationaal & internationaal recht
Privaat recht Publiek recht
Burgers onderling: Verhouding met en tussen overheid
Arbeidsrecht Strafrecht: handelingen die verboden zijn
Personen en familierecht Grondwettelijk recht: organisatie & werking
Verbintenissenrecht Staatsmachten
Handelsrecht Strafprocesrecht: regels voor bevoegden straf
proces
…. ….
Arbeidsrecht (soms beide) Arbeidsrecht ( soms beide)
oorsprong:
- nachtwakerstaat (staat hield zich vooral bezig met veiligheid en collectieve
basisvoorzieningen) à verzorgingsstaat (overheid gaat meer zaken regelen: welvaart…)
- nu sociale zekerheid, subsidiering, onderwijs
- overheid doet nu ook meer beroep op experts, meer impact door burgerbewegingen
Nationaal recht Internationaal recht
Privaat Publiek Privaat Publiek
(vb. je trouwt met iemand uit (vb. verdragen die worden
Spanje, welke nationaliteit krijgt gesloten om klimaatverandering
kindje) tegen te gaan)
Soevereiniteit= staat is zelf bevoegd op welke manier zij de orde in
hun gemeenschap besturen
manieren van samenwerking internationaal recht:
- intergouvernementele samenwerking (vb. VN, WHO)
verschillende verenigingen werken samen, ontwerpen verdragen, gaan in debat
àmogen kiezen hoe ze dit verdrag vorm geven
- supranationale samenwerking (vb. EU)
lidstaten staan deel van soevereiniteit afstaan, minder zeggenschap
bronnen van het recht:
- materiele bronnen à bepalen de inhoud, verschillende factoren bepalen deze inhoud
geschiedenis: verlichting, WOII
de politiek: parlement, regering, burgerbewegingen
economie : globalisering, crisissen
technologie: sexting
ideologie: euthanasie/ abortus
, 1) internationale rechtsbronnen
-bilaterale verdragen: slecht 2 of enkele verdragspartijen
-multilaterale verdragen: vele Staten zijn partij bij het verdrag
-directe/ rechtstreekse werking: hoogste in hiërarchie, sijpelen onmiddellijk door naar
nationaal recht
-niet-directe werking: (vb. kinderrechtenverdrag), bepalingen zijn te abstract, heeft eerst
omzetting nodig, niet erg duidelijk omschreven
2) de grondwet
geldt zowel federaal als voor deelgebieden
-TITEL I federaal België, zijn samenstelling & zijn grondgebied
-TITEL Ibis algemene beleidsdoelstellingen
-TITEL II de Belgen en hun rechten
-TITEL III de machten
3) bijzondere meerderheidswet
regels m.b.t. bevoegdheidsverdeling &begrenzing van taalgebieden & provincies
4) wetgevende akte: wet – decreet – ordonnantie
goedgekeurde regels door parlement van bevoegde overheid
federaal parlement: wetten
gemeenschappen & gewesten: decreten
Brussel Hoofdstedelijk gewest: ordonnantie
parlement geeft deel van bevoegdheid aan regering: volmachtenwet (in crisis)
5) koninklijke en ministeriële besluiten
wet die verder wordt uitgewerkt door uitvoerende macht
koninklijk besluit (KB)= besluiten van regering, koning is niet zelf verantwoordelijk
ministerieel besluit= regelgevende norm die door minister wordt uitgevaardigd
6) provinciale & gemeentelijke verordeningen
rechtsregels van gemeentes & provincies
7) rechtspraak
geheel van uitspraken van rechtbanken (vonnis) & gerechtshoven (arrest)
vonnis= uitspraak van rechtbank of vredegerecht
arrest= uitspraak van een Hof (“hogere” rechtbank)
8) rechtsleer
geheel van juridische teksten door juristen geschreven, niet bindend
9) de gewoonte
ontstaat vanuit samenleving, algemeen geldend gebruik
doorgedrongen in levenspatroon van het volk
10) algemene rechtsbeginselen
algemene opvattingen die in samenleving hard zijn doorgedrongen (niet geschreven)
(vb. recht op verdediging, proportionaliteitsbeginsel: wetten moet proportioneel zijn)