Samenvatting kennisclips: historische ontwikkeling van de testen

Kennisclips ‘Historische
ontwikkeling van het testen’
Kennisclip 1
Waarom historiek?

- Breder kader
- Weten hoe je ergens geraakt bent, biedt vaak oplossingen voor
vandaag
- Fouten uit het verleden niet herhalen



Testontwikkeling: 3 bepalende gebeurtenissen

1. Verschijnen vn de Binet-Simon test in 1905
2. Eerste WO 1914
3. Tweede WO1940

-> 6 afgebakende periodes:

0. Vroege voorlopers

1. Aanloop naar (18e eeuw- 1905)

2. Eerste ontwikkelingen (1905-1914)

Geboorte van de testen

3. Stroomversnellingen (1914-1940)

4. Consolidatie (1940-1965)

De tweede wereldoorlog heeft nog veel invloed. Testen gebruikt
voor oorlogstrauma’s. Er waren verdere ontwikkeling voor
bestaande teksten en de theorie breidt uit. Handboeken over testen
geschreven die nog tot in de jaren negentig gebruikt worden en nu soms
nog.

5. Recente geschiedenis (1965-2000)



Periode 0: Vroege voorlopers (voor 1700)
Chinese Oudheid: selectiesysteem

= Ambtenaren doen proeven om voor de keizer te mogen werken. Elke 3
jaar opnieuw.

, Examenplaats: kleine koten zodat examen afnemer de persoon niet
zag, en vaak achteraf ook nog overgeschreven zodat handschrift
niet herkend kan worden.
Examen waar je in een kleine groep doorgaat en dan opnieuw
testen moet doen. Dit gaat enkele keren door tot er uiteindelijk
maar een 3% effectief bij de Chinese keizer kan gaan werken.



- Tot in 20e eeuw
- Selecties qua prestaties in verschillende domeinen; later ook
schriftelijke examens.
- High stakes selectie
Examenplaats: kleine koten zodat examen afnemer de persoon niet
zag, en vaak achteraf ook nog overgeschreven zodat handschrift
niet herkend kan worden.
Examen waar je in een kleine groep doorgaat en dan opnieuw
testen moet doen. Dit gaat door tot er uiteindelijk maar een 3%
effectief bij de =chinese keizer kan gaan werken.


Oude Grieken

Typologie van de lichaamsvochten (hippocrates)

= 4 belangrijke vochten in een lichaam die de persoonlijkheid aangeven.
Een verschil in hoeveelheid van deze vochten resulteert ook in verschil in
totale persoonlijkheid.

Aristoteles: de ziel en het lichaam ‘sympathiseren’ met elkaar,
beïnvloeden elkaar.



Middeleeuwen en nieuwere tijd

Giambattista Della Porta: zoölogische methode, gebaseerd op
dierfysiognomie oude Grieken. Als je lijkt op een bepaald dier, ga je ook
innerlijk hierop lijken.

Vb: lijken op een ezel -> dom

Spits hoofd zoals een roofvogel -> brutaal en schaamteloos



Nieuwere tijd

Johan Kaspar Lavater : fysiognomiek

, Silhouet van het gelaat geeft ook bepaalde karaktertrekken aan.




Charles Darwin bijna niet geselecteerd door zijn
neus.

Franz Joseph Gall: frenologie

= Bepaalde delen onder de hersenen hadden specifieke plaat onder de
schedel. Bepaalde delen meer aanwezig -> meer persoonlijkheid van
dat gebied (talenknobbel, wiskundeknobbel)

Césare Lombroso: criminele fysiognomie

= Soorten en vorm gezicht typerend voor crimineel.

-> verspreiden posters van criminelen zodat gezichtsvormen herkend
kunnen worden.



Vroege voorlopers

Vorige theorieën vanaf begin 20e eeuw minder populair door ontstaan
psychologische test. Na een tijd zagen ze in dat een psychologische test
beter waren. (Ook ivm racisme gedachten van Duitsland, niet altijd te
linken aal lichaam)

Soms toch nog wel theorieën over link tussen lichamelijke kenmerken en
psychologische eigenschappen.

Chiromantie (handlijnkunde): wordt wel nog soms gebruikt. Uitgesproken
delen staan voor psychologische kenmerken.

Carl huter : psychofysiognomie gebaseerd op de kiembladentheorie

= afhankelijk van hoe je als embryo kiembladen ontwikkelt zal je er
anders gaan uit zien.



Periode 1: Aanloop (18e eeuw –1905)
Eerste stimulansen voor de eerste psychologische testen te gaan
ontwikkelen