Samenvatting Overheidsfinanciën
Hoofdstuk 1. Overheidsfinanciën
De overheid bemoeien zich intensief met de gang van zaken in de economie. De hoofdreden hiervoor
is dat het prijsmechanisme – de werking van vraag en aanbod op markten – lang niet altijd
maatschappelijk optimale uitkomsten oplevert. Na elke periode van hoogconjunctuur volgt een
periode van laagconjunctuur. De overheid kan proberen de schommelingen in de conjunctuur te
dempen. Dit doen ze via regels, belastingen en uitkeringen (verdelingsfunctie). Door middel van
belastinginkomsten financiert de overheid haar uitgaven. De overheid geeft vaak meer uit dan dat er
binnenkomt. De tekorten worden gecompenseerd door leningen bij gezinnen, bedrijven of
buitenlandse beleggers. De uitgaven van de overheid bedragen in Nederland 43% van het bruto
binnenlands product (bbp).
De overheid bestaat uit:
1. De centrale overheid (het Rijk)
2. Decentrale overheid (provincies, gemeenten en waterschappen)
3. Instellingen sociale verzekeringen
De beslissingsmacht over uitgaven en belastingen ligt bij de volksvertegenwoordigers: het parlement,
de gemeenteraad, Provinciale Staten en het waterschapsbestuur. Zij stellen een budget samen dat
aangeeft hoeveel maximaal voor in de jaarlijkse begroting aangewezen bestemmingen mag worden
uitgegeven. Dit proces heet het budgetmechanisme.
De overheid grijpt in bij de economie van het land omdat uitkomsten van prijsmechanisme niet altijd
maatschappelijk aanvaardbaar zijn.
Rol van de Centrale Overheid:
1. Besturen van het land
2. Veiligheid
3. Regelgeving
4. Begroting
Belangrijkste functies samen zijn (overheidsfinanciën):
1. Allocatiefunctie: samenstelling productie. De allocatiefunctie houdt in dat de overheid
maatregelen neemt met gevolgen voor de samenstelling van de nationale productie en de
manier waarop die tot stand komt. Zonder overheidsingrijpen regeert op markten het
prijsmechanisme. Volgens het eerste theorema van de welvaartseconomie leidt het
prijsmechanisme in een ideale markteconomie tot een Pareto-efficiënte allocatie van
productiemiddelen. Bij Pareto-efficiëntie kan niemand er nog op vooruitgaan, zonder dat
iemand anders erop achteruitgaat (Pareto-optimum).
2. Stabilisatiefunctie: stabiele economie, evenwichtige ontwikkeling
Om te stabiliseren in perioden van hoogconjunctuur of laagconjunctuur heeft de overheid
een stabilisatiefunctie. De schommelingen worden dan gedempt. Daarvoor kan anticyclisch
, beleid begrotingsbeleid worden gevoerd. Een indicator voor de stand van het bbp is de
output gap. Dit is de kloof tussen de feitelijke omvang van het bbp en het structurele bbp.
3. Verdelingsfunctie: het verdelen van het geld uit de overheidsportemonnee. Hierdoor kan de
overheid invloed uitoefenen op de verdeling van inkomens en vermogens. Dit doen ze door
middel van regels, belastingen en uitkeringen.
Een ander motief voor overheidsbemoeienis met de productie van individuele goederen is dat politici
menen dat de burgers hun belang bij bepaalde voorzieningen onderschatten, ook wel paternalisme.
Dit paternalistische motief maakt sommige goederen tot bemoeigoederen.
De overheid verzamelt al het geld van de burgers. Dit geldt wordt door de overheid weer uitgegeven.
Hun pompen het weer de economie in, om waarde te creëren. Alle waarde toevoegingen die de
Nederlandse burgers bij elkaar verzamelen is het nationaal inkomen.
De overheid is onmisbaar voor collectieve goederen. Dit zijn de goederen die niet worden
geproduceerd, tenzij de overheid hierop aandringt. Collectieve goederen (zuiver) hebben twee
kenmerken:
Non-rivaliteit: het profijt wat de een ervan heeft, gaat niet ten koste van anderen
Non-exclusiviteit: onmogelijk om individuen uit te sluiten van het gebruik
De overheid bemoeit zich ook met private goederen (individuele goederen)
Overheidsingrijpen: voorzichtigheid geboden. De overheid kan zich namelijk niet met het
prijsmechanisme van alle markten bemoeien. Ook zijn er grenzen aan overheidsmacht:
Visies en belangen kunnen uiteenlopen
Kosten – baten afweging is lastig
Overheid kent geen concurrentiedruk
Algemene beginselen behoorlijk bestuur
Onafhankelijke rechters
Europa: regelgeving en beleidsconcurrentie
Hoofdstuk 2. Publieke sector
De omvang van de overheid wordt meestal gemeten via de collectieve-uitgavenquote. De
activiteiten van de publieke sector worden grotendeels collectief bekostigd. In percentage van het
bbp is de collectieve-uitgavenquote 43%. De internationalisering van de economie dwingt
belastingverlaging tot op zekere hoogte af. Toenemende beleidsconcurrentie dwingt Nederland min
of meer om de lasten te verlagen. Veel geld wordt uitgegeven aan sociale zekerheid. Ook veel andere
lidstaten van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) streven naar
belastingverlaging.
Hoogconjunctuur vs. laagconjunctuur: Conjunctuur zegt iets over de toestand van de economie.
Conjunctuur gaat ook over reële groei tegenover potentiële groei.
In tijd van laagconjunctuur blijft de reële groei achter bij de verwachting
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Jordy4x. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.