Levenslooppsychologie
2023-2024
Vak: levenslooppsychologie
Jaar: 2023-2024
Lector: Maithe
, LEVENSLOOPPSYCHOLOGIE
1. Het begin van het leven
We starten als één cel à
• Onze gene;sche code is opgeslagen in onze genen. Alle genen bestaan uit DNA, dat de aard van
elke cel in ons lichaam bepaalt
• 46 chromosomen (DNA-strengen) zijn georganiseerd in 23 paren
• zygote: bevruhcte cel, gevromd door het bevruch;ngsproces
• Spermacel ovum smelten
ð gameten: de geslachtcellen van de moeder en de vader, die een nieuwe cel vormen ;jdens de
bevruch;ng
Na een uur: zygote
2
, LEVENSLOOPPSYCHOLOGIE
1.1 Erfelijkheid
1.1.1 Genen en chromosomen: de code van het leven
Onze gene;sche code is opgeslagen in onze genen (25,000). Alle genen bestaan uit DNA, dat de aard van
elke cel in ons lichaam bepaalt.
• 46 chromosomen (DNA-strengen) zijn georganiseerd in 23 paren.
DNA (desoxyribonucleïnezuur) is lange, spiraalvormige dubbele helix (wenteltrap)
ð 2 complementaire strengen aan elkaar verbonden door paren van 4 basen moleculen (nl
adenine gekoppeld aan thymine of guanin gekoppeld aan cytosine)
ð Elk basenpaar door waterstoYurg aan elkaar
De basen volgen elkaar op één lange draad, met steeds een andere volgorde. Deze la,ge reeks
van basen bevat de unieke code voor onze erfelijke eigenschappen
Een gen
• Een verzameling DNA-basenparen in bepaalde volgorde
• Een verzameling van erfelijke eigenschappen zoals haarkleur, kleur van de ogen,…
• Verspreid over chromosomen en bevat de code voor reeks aminozuren die samen een eiwit
vormen
• Een volgorde van de verschillende aminozuren en bepaalt de eigenschappen van het eiwit (eiwiten
zorgen voor goed func;onereen van processen in ons lichaam)
• In vele variaten. Dit noemt men allelen vb. blauwe/bruine ogen
• Een fout in een gen à fout in het eiwit ( werkt niet goed) vb. muco
Meerlingen (< 3 %)
Monozygo.sche tweelingen: zijn gene;sch iden;ek en onstaan uit één bevruchte eicel, die is gesplitst in de
eerste twee weken
Dizygo.sche tweelingen: zijn verwekt doordat twee afzonderlijke eicellen ongeveer tegelijker;jd bevrucht
worden door twee afzonderlijke zaadcellen
3
, LEVENSLOOPPSYCHOLOGIE
Jongen of meisje?
Autosomale chromosomen = eerste 22 chromosomenparen
Geslachtschromosomen = 23e chromosomenpaar
Meisjes: het 23e chromosomenpaar bestaat uit XX (een X-chromosoom van de moeder én een X-
chromosoom van de vader).
Jongens: het 23e chromosomenpaar bestaat uit XY (een X-chromosoom van de moeder én een Y-
chromosoom van de vader).
Genotype XX komt 2 van de 4 keer voor: 50% kans op fenotype meisje
Genotype XY komt 2 van de 4 keer voor: 50% kans op fenotype jongen
Compleet kruisingschema
kruisingstabel X Y
X XX XY
X XX XY
1.1.2 De basisbeginselen van de gene;ca: het mengen en koppelen van eigenschappen
4
2023-2024
Vak: levenslooppsychologie
Jaar: 2023-2024
Lector: Maithe
, LEVENSLOOPPSYCHOLOGIE
1. Het begin van het leven
We starten als één cel à
• Onze gene;sche code is opgeslagen in onze genen. Alle genen bestaan uit DNA, dat de aard van
elke cel in ons lichaam bepaalt
• 46 chromosomen (DNA-strengen) zijn georganiseerd in 23 paren
• zygote: bevruhcte cel, gevromd door het bevruch;ngsproces
• Spermacel ovum smelten
ð gameten: de geslachtcellen van de moeder en de vader, die een nieuwe cel vormen ;jdens de
bevruch;ng
Na een uur: zygote
2
, LEVENSLOOPPSYCHOLOGIE
1.1 Erfelijkheid
1.1.1 Genen en chromosomen: de code van het leven
Onze gene;sche code is opgeslagen in onze genen (25,000). Alle genen bestaan uit DNA, dat de aard van
elke cel in ons lichaam bepaalt.
• 46 chromosomen (DNA-strengen) zijn georganiseerd in 23 paren.
DNA (desoxyribonucleïnezuur) is lange, spiraalvormige dubbele helix (wenteltrap)
ð 2 complementaire strengen aan elkaar verbonden door paren van 4 basen moleculen (nl
adenine gekoppeld aan thymine of guanin gekoppeld aan cytosine)
ð Elk basenpaar door waterstoYurg aan elkaar
De basen volgen elkaar op één lange draad, met steeds een andere volgorde. Deze la,ge reeks
van basen bevat de unieke code voor onze erfelijke eigenschappen
Een gen
• Een verzameling DNA-basenparen in bepaalde volgorde
• Een verzameling van erfelijke eigenschappen zoals haarkleur, kleur van de ogen,…
• Verspreid over chromosomen en bevat de code voor reeks aminozuren die samen een eiwit
vormen
• Een volgorde van de verschillende aminozuren en bepaalt de eigenschappen van het eiwit (eiwiten
zorgen voor goed func;onereen van processen in ons lichaam)
• In vele variaten. Dit noemt men allelen vb. blauwe/bruine ogen
• Een fout in een gen à fout in het eiwit ( werkt niet goed) vb. muco
Meerlingen (< 3 %)
Monozygo.sche tweelingen: zijn gene;sch iden;ek en onstaan uit één bevruchte eicel, die is gesplitst in de
eerste twee weken
Dizygo.sche tweelingen: zijn verwekt doordat twee afzonderlijke eicellen ongeveer tegelijker;jd bevrucht
worden door twee afzonderlijke zaadcellen
3
, LEVENSLOOPPSYCHOLOGIE
Jongen of meisje?
Autosomale chromosomen = eerste 22 chromosomenparen
Geslachtschromosomen = 23e chromosomenpaar
Meisjes: het 23e chromosomenpaar bestaat uit XX (een X-chromosoom van de moeder én een X-
chromosoom van de vader).
Jongens: het 23e chromosomenpaar bestaat uit XY (een X-chromosoom van de moeder én een Y-
chromosoom van de vader).
Genotype XX komt 2 van de 4 keer voor: 50% kans op fenotype meisje
Genotype XY komt 2 van de 4 keer voor: 50% kans op fenotype jongen
Compleet kruisingschema
kruisingstabel X Y
X XX XY
X XX XY
1.1.2 De basisbeginselen van de gene;ca: het mengen en koppelen van eigenschappen
4