Fixed income and asset
management
DEEL 1: Obligaties (Fixed Income)
1 Uitgifte obligaties
Een obligatie is een lening
1.1 Motivatie emittent
Achtergrond emittenten qua geldbehoefte:
1.1.1 Overheid
- Mogelijkheid om belasting te heffen
- Ontlening via financiële markten
o KT: geldmarkt uitgifte SKC
o LT: kapitaalmarkt uitgifte OLO’s
1.1.2 Ondernemingen
- Kredietopname bij bank (VV)
- Ontlening via financiële markten (VV)
o KT: geldmarkt uitgifte thesauriebewijzen
o LT: kapitaalmarkt uitgifte bedrijfsobligaties
- Kapitaalverhoging (EV)
Hoe geef je als onderneming een obligatie uit? Bank is tussenpersoon zorgt voor bemiddeling
tussen onderneming en beleggers bank verdient daar ook geld op
Obligaties: VV onderneming heeft schuld aan obligatiehouders
Aandelen: EV
Obligaties zijn voor grote ondernemingen, KMO’s kunnen beter lenen bij de bank
1.2 Omschrijving
1.2.1 Definitie
- Bewijs van schuldvordering
o Relatie van emittent tov obligatiehouders
- Verbintenis van emittent
o Betaling van overeengekomen rente op vaste tijdstippen couponrente
o Terugbetaling van schuld ten laatste op vervaldag
Obligatiehouders kunnen hun obligaties doorverkopen, dit heeft geen effect op de onderneming
Couponrente wordt berekend op nominale waarde, ongeacht de obligatieprijs
Obligatieprijs (uitgifte)
- 100% aan pari
- > 100 boven pari meer betalen dan wat je terugkrijgt = lager rendement
, - < 100 onder pari minder betalen dan wat je terugkrijgt = hoger rendement
Secundaire obligatie: obligatie die al bestaat, die wordt doorverkocht
Coupure: minimumbedrag dat je moet kopen
1.2.2 Kenmerken
- Identiteit emittent
- Rentevoet (coupon)
- Terugbetalingsdatum (en dus looptijd)
- Emissiemunt
- Eventuele waarborgen (bv door overheid, moedermaatschappij)
- Totaalbedrag lening (emissiebedrag, omvang uitgifte)
- Coupurebedragen
- Coupondatum (jaarlijks, halfjaarlijks)
1.2.3 Obligatiekoers
- Betekenis
o Percentage van nominale waarde (bv 99,5)
- Evolutie
o Mogelijkheid dat koers tijdens de looptijd van de obligatie schommelt
o Op vervaldag alleszins terugbetaling aan de nominale waarde
- Pari
o Aan, boven of onder
1.2.4 Belang prospectus
- Wettelijk verplicht
- Overzicht van alle belangrijkste gegevens
o Gegevens emittent en obligatie
o Focus op mogelijke risico’s voor beleggers
- Sterk gedetailleerd
o Daarom vaak eerder samenvatting gebruiken
1.3 Emissie
1.3.1 Primaire versus secundaire markt
Primair Secundair (makkelijkst te vinden)
Nieuwe obligatie Bestaande
Transactie tussen emittent en belegger Transactie tussen beleggers
Vaste prijs Marktprijs (fluctuerend)
Beperkte periode (2w, soms vervroegd afsluiten) Verhandeling is altijd mogelijk
Geen beurstaks Wel beurstaks
Geen verlopen rente Meestal wel verlopen rente
Primair:
- Meestal via bankenconsortium
o Grote plaatsingscapaciteit (nationaal en internationaal)
o Verschillende rollen van banken
(joint) lead manager: organisatie van emissie, verzamelen orders van
beleggers
, Andere banken
o Soms voorbehouden voor professionele beleggers
1.3.2 Verlopen rente
- Betekenis
o Rente opgelopen sinds laatste coupondatum
- Berekening
o Rente op basis van aantal dagen tussen laatste coupondatum en
verhandelingsdatum
- Belang
o Automatische verrekening, geen impact op rendement
- Impact van RV
o Belegger betaalt netto verlopen rente (bruto – RV)
o Belegger ontvangt op coupondatum netto couponrente (bruto – RV)
- Verlopen rente krijg je op nominale waarde
1.3.3 Coupontypes
- Frequentie
o Meestal jaarlijks
o Alternatieven: halfjaarlijks, kwartaalbasis
- Bijzondere gevallen
o Eerste couponperiode niet gelijk aan volledig jaar
Indien > 1 jaar first long coupon
Indien < 1 jaar first short coupon
1.4 Fiscaliteit en kosten
1.4.1 RV
- 30% op couponrente
- Bevrijdend voor particulieren (niet verplicht aan te geven in PB)
1.4.2 Beurstaks
- Verschuldigd bij transacties op secundaire markt
- Tarief van 0,12% met maximumbedrag van 1.300€
1.4.3 Transactiekosten
- Makelaarsloon (bv 0,50% op transactiebedrag)
- Eventuele kosten bij wisselkoersverrichting
2 Soorten obligaties deel 1
2.1 Soorten volgens de emittent
2.1.1 Privé-obligaties
- Bedrijfsobligaties
o Emittent is niet-financiële onderneming
o Debiteurenrisico in te schatten via rating
- Financiële obligaties
o Emittent is financiële instelling
o Diverse categorieën, que voorrang van obligatiehouders
Niet-achtergesteld
management
DEEL 1: Obligaties (Fixed Income)
1 Uitgifte obligaties
Een obligatie is een lening
1.1 Motivatie emittent
Achtergrond emittenten qua geldbehoefte:
1.1.1 Overheid
- Mogelijkheid om belasting te heffen
- Ontlening via financiële markten
o KT: geldmarkt uitgifte SKC
o LT: kapitaalmarkt uitgifte OLO’s
1.1.2 Ondernemingen
- Kredietopname bij bank (VV)
- Ontlening via financiële markten (VV)
o KT: geldmarkt uitgifte thesauriebewijzen
o LT: kapitaalmarkt uitgifte bedrijfsobligaties
- Kapitaalverhoging (EV)
Hoe geef je als onderneming een obligatie uit? Bank is tussenpersoon zorgt voor bemiddeling
tussen onderneming en beleggers bank verdient daar ook geld op
Obligaties: VV onderneming heeft schuld aan obligatiehouders
Aandelen: EV
Obligaties zijn voor grote ondernemingen, KMO’s kunnen beter lenen bij de bank
1.2 Omschrijving
1.2.1 Definitie
- Bewijs van schuldvordering
o Relatie van emittent tov obligatiehouders
- Verbintenis van emittent
o Betaling van overeengekomen rente op vaste tijdstippen couponrente
o Terugbetaling van schuld ten laatste op vervaldag
Obligatiehouders kunnen hun obligaties doorverkopen, dit heeft geen effect op de onderneming
Couponrente wordt berekend op nominale waarde, ongeacht de obligatieprijs
Obligatieprijs (uitgifte)
- 100% aan pari
- > 100 boven pari meer betalen dan wat je terugkrijgt = lager rendement
, - < 100 onder pari minder betalen dan wat je terugkrijgt = hoger rendement
Secundaire obligatie: obligatie die al bestaat, die wordt doorverkocht
Coupure: minimumbedrag dat je moet kopen
1.2.2 Kenmerken
- Identiteit emittent
- Rentevoet (coupon)
- Terugbetalingsdatum (en dus looptijd)
- Emissiemunt
- Eventuele waarborgen (bv door overheid, moedermaatschappij)
- Totaalbedrag lening (emissiebedrag, omvang uitgifte)
- Coupurebedragen
- Coupondatum (jaarlijks, halfjaarlijks)
1.2.3 Obligatiekoers
- Betekenis
o Percentage van nominale waarde (bv 99,5)
- Evolutie
o Mogelijkheid dat koers tijdens de looptijd van de obligatie schommelt
o Op vervaldag alleszins terugbetaling aan de nominale waarde
- Pari
o Aan, boven of onder
1.2.4 Belang prospectus
- Wettelijk verplicht
- Overzicht van alle belangrijkste gegevens
o Gegevens emittent en obligatie
o Focus op mogelijke risico’s voor beleggers
- Sterk gedetailleerd
o Daarom vaak eerder samenvatting gebruiken
1.3 Emissie
1.3.1 Primaire versus secundaire markt
Primair Secundair (makkelijkst te vinden)
Nieuwe obligatie Bestaande
Transactie tussen emittent en belegger Transactie tussen beleggers
Vaste prijs Marktprijs (fluctuerend)
Beperkte periode (2w, soms vervroegd afsluiten) Verhandeling is altijd mogelijk
Geen beurstaks Wel beurstaks
Geen verlopen rente Meestal wel verlopen rente
Primair:
- Meestal via bankenconsortium
o Grote plaatsingscapaciteit (nationaal en internationaal)
o Verschillende rollen van banken
(joint) lead manager: organisatie van emissie, verzamelen orders van
beleggers
, Andere banken
o Soms voorbehouden voor professionele beleggers
1.3.2 Verlopen rente
- Betekenis
o Rente opgelopen sinds laatste coupondatum
- Berekening
o Rente op basis van aantal dagen tussen laatste coupondatum en
verhandelingsdatum
- Belang
o Automatische verrekening, geen impact op rendement
- Impact van RV
o Belegger betaalt netto verlopen rente (bruto – RV)
o Belegger ontvangt op coupondatum netto couponrente (bruto – RV)
- Verlopen rente krijg je op nominale waarde
1.3.3 Coupontypes
- Frequentie
o Meestal jaarlijks
o Alternatieven: halfjaarlijks, kwartaalbasis
- Bijzondere gevallen
o Eerste couponperiode niet gelijk aan volledig jaar
Indien > 1 jaar first long coupon
Indien < 1 jaar first short coupon
1.4 Fiscaliteit en kosten
1.4.1 RV
- 30% op couponrente
- Bevrijdend voor particulieren (niet verplicht aan te geven in PB)
1.4.2 Beurstaks
- Verschuldigd bij transacties op secundaire markt
- Tarief van 0,12% met maximumbedrag van 1.300€
1.4.3 Transactiekosten
- Makelaarsloon (bv 0,50% op transactiebedrag)
- Eventuele kosten bij wisselkoersverrichting
2 Soorten obligaties deel 1
2.1 Soorten volgens de emittent
2.1.1 Privé-obligaties
- Bedrijfsobligaties
o Emittent is niet-financiële onderneming
o Debiteurenrisico in te schatten via rating
- Financiële obligaties
o Emittent is financiële instelling
o Diverse categorieën, que voorrang van obligatiehouders
Niet-achtergesteld