1. inleiding
Probleemstelling
→ Het gebruikte, maar ook het schone regenwater moet kunnen afgevoerd worden.
3 soorten van vloeibare afvalstoffen
- sanitair afvalwater
vb douche
- fecaal water= afvalwater van toiletten
vb toilet
- regenwater (opvangen én afvoeren)
Vraagstelling
→ Op welke wijze kan men afvalwater verzamelen en afvoeren?
● huisriolering (= riolering op privaat domein)
○ ontvangsttoestellen
○ leidingen
○ lozingsplaats
● openbare riolering (= riolering op openbaar domein)
→ Waarom moeten we regenwater apart afvoeren? problemen en oplossingen
- hergebruik
- overstroming tegengaan + overbelasting van regenwater tegen gaan
- grotere waterput (want we hebben te veel verharde grond)
- droogte (te weinig water kan in de grond trekken door verharding)
- infiltratieput= water op eigen perceel laten weglopen
+ de waterput overstroomt en door gebruik te maken van de
infiltratieput, kan het water in de grond lopen.
2. terminologie
→ zie samenvatting terminologie
3. richtlijnen voor het ontwerpen en uitvoeren
→ eisen en aandachtspunten
- een vlotte afvoer
- toegankelijkheid
vb. toezichtputten of controleputten om te ontstoppen
- aanvullingsgrond
- zuivere grond! zodat buizen NIET beschadigd worden
- vorstvrij
- vorstvrije diepte = 80 cm
- helling (kelder?)
- dezelfde helling over de gehele lengte → straatriolering
- diameter
- 110 of 125 mm
+ onderkant heeft kleinere diameter, zodat vaste bestanddelen niet
blijven hangen of liggen. = EI-vormig
- inwendig glad: materiaal?
- materiaal: polypropyleen
- waterdicht (lekken die tot verzakking, … vermijden)
- hinderlijke geuren
- reukslot = sifon = waterslot (water houdt geuren tegen)
- bereikbaar
- ondersteund (verzakking vermijden, niet in aanvulgrond= geroerde grond leggen)
1