We gaan in op 2 specifieke aspecten van taal:
1.Linguïstiek = taalkunde, taalregels, taalstructuur
- Taalregels en structuur
- Deelgebieden:
• fonologie
• morfologie
• syntax
• semantiek
• pragmatiek
- Voorbeelden:
• Taalevolutie
• Taalfamilies
2.Psycholinguïstiek = heeft betrekking op het gebruik van taal: hoe wordt taak gebruikt?
=> bv. 2 taligheid: ouders verschillende taal: goed idee kind meertalig op te voeden?
=> bv. sms gebruik effect op taalvermogen?
- Taalgebruik:
• taalbegrip
• taalverwerving
• spraakproductie
- Voorbeelden
• Taalontwikkeling
• Tweetaligheid
Taalkenmerken Clark & Clark (1977)
1) Communicatief aspect van taal
2) Arbitrair symbolisch aspect van taal
3) Hiërarchische structuur van taal
4) Generatief
5) Dynamisch
1) Communicatief
Taal is zinvol => waarom gebruiken we taal? om te communiceren met elkaar! taal is niet
zinloos, heeft bepaald doel! dit doel is een boodschap overbrengen, te communiceren met
elkaar!
=> Naarmate we hoger gaan in de kenmerken gaat ook de aard van taal complexer worden:
bv. dieren kunnen communiceren maar taal van de mens heeft een aantal extra eigenschappen
zoals de volgende:
2) Taal is arbitrair symbolisch
(we gebruiken symbool om aan te geven wat we willen communiceren, afh van welke taal je
gebruikt) bv. in onze taal deze symbolen: boom, maar in andere taal kan dit een andere
opeenvolging van klanken zijn die dit overbrengen, chinees gebruiken ander symbool,
gebarentaal ander => ene symbool niet slechter dan ander, allen evenwaardig: het is een
willekeurig verband tussen symbolen/woord/gebaren en wat je wil weergeven, de
betekenis! Tussen verschillende talen, of je nu tree of boom zegt het wijst allebei op een
boom en is allebei evenveel waard
boom
tree
arbre