Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting visies op de stad €6,99   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting visies op de stad

4 revues
 207 vues  22 fois vendu
  • Cours
  • Établissement
  • Book

Samenvatting van het boek visies op de stad, alle begrippen uit het boek zijn meegenomen. Zelf heb ik een 8 gehaald voor mijn tentamen.

Aperçu 4 sur 37  pages

  • Non
  • 1 t/m 4, 6, 7, 10 & 11
  • 10 octobre 2022
  • 37
  • 2022/2023
  • Resume

4  revues

review-writer-avatar

Par: mariamelb6 • 7 mois de cela

review-writer-avatar

Par: sharonmorsinkv • 10 mois de cela

review-writer-avatar

Par: coenh1 • 11 mois de cela

Traduit par Google

great

review-writer-avatar

Par: jolienemenger • 2 année de cela

avatar-seller
Hoofstuk 1: De stad is vele steden
Sinds enkele jaren woont de meerderheid van de wereldbevolking in steden. Er zijn meerdere
definities mogelijk van een stad.

1.2 wat maakt een stad een stad?
Een gangbare omschrijving van de stad is dat er veel mensen op een kluitje bij elkaar zitten. Vaak
wordt het inwoneraantal als maatstaf voor stedelijkheid genomen. Deze statische definitie van de
stad is echter afhankelijk van de tijd en plaats. Hoeveel inwoners een plaats nodig heeft om een stad
te mogen heten, hangt samen met de gemiddelde bevolkingsdichtheid in een land.

Behalve het inwonersaantal en het al dan niet hebben van stadsrechten hebben stadsgeografen ook
veel aandacht voor andere punten die een stad tot een stad maken, in het bijzonder economische
ruimtelijke en sociale criteria.

Economische criteria: in steden werkt het grootste deel van de beroepsbevolking in de (zakelijke)
dienstverlening, in mindere mate in de industrie en niet of nauwelijks in de landbouw.
Ruimtelijke criteria: steden zijn goed te onderscheiden van niet-steden door verticale bebouwing
zoals flats en kantoren, en horizontale bebouwing zoals pleinen en wijken. Dorpen zijn juist
kleinschalig.
Sociale criteria: De stedelijke samenleving kent een grote diversiteit aan culturen, leefstijlen en
huishoud vormen dan de dorpssamenleving. Een stad kent over het algemeen meer migranten,
dinky’s (double income, no kids yet) en eenpersoonshuishoudens dan een dorp.
Functie en ontwikkeling (criteria): de stad biedt de mogelijkheid om te wonen, werken, winkelen en
leren. De meeste steden hebben die functies niet alleen voor de bevolking zelf, maar ook voor
inwoners uit het ommeland.

Verstedelijking/urbanisatie= term om de absolute en relatieve groei van steden aan te duiden
Processen van groei en krimp laten zien dat de definitie van een stad nooit statisch is, maar door
allerlei interne en externe omstandigheden aan verandering onderhevig is.

De socioloog Wirth heeft een sociologische stadsdefinitie omschreven. Volgens Wirth zijn definities
die een stad aan de hand van statische, economische of ruimtelijke criteria omschrijven tot op
zekere hoogte arbitrair. Er bestaan namelijk grote verschillen tussen steden, terwijl er altijd wel een
stad te vinden is die niet aan de geformuleerde criteria voldoet. Een goede definitie van een stad
bevat daarom elementen die je in elke stad kunt terugvinden maar laat tegelijk voldoende ruimte
voor variatie tussen de ene en andere stad. Voor sociologische doeleinden kan een stad worden
gedefinieerd als=een relatief grote, dichtbevolkte en permanente nederzetting van een sociaal
gezien heterogene individuen.

Volgens Wirth heeft een stad een hoge bevolkingsomvang en -dichtheid. Volgens hem hebben alle
steden gemeen, dat veel mensen op een kleine oppervlakte in structurele zin met elkaar
samenleven. anonimiteit van de stad maakt het mogelijk dat mensen zich telkens in andere kringen
kunnen begeven zonder dat iemand het merkt. Het stadsleven vraagt om een nonchalante omgang
met vreemden; de banden zijn vrijblijvend en vluchtig. Ook is er volgens Wirth veel
heterogeniteit/diversiteit in de stad. Die diversiteit leidt soms tot multiculturele problemen, maar
zorgt er ook voor dat je in de stad vaak de wereld in het klein vindt. Een overvloed aan tradities,
leefstijlen en mogelijkheden.

,1.3 stad-land: een continuüm
Door technologische ontwikkelingen, in het bijzonder de opkomst van de auto en de media, is het
platteland steeds meer de invloedsfeer van de stad geworden. Tegelijkertijd beginnen bepaalde
delen van de stad(buitenwijken) in toenemende mate, trekken van het platteland te vertonen. De
tegenstelling van stad-platteland is er niet meer. In plaats daarvan is het beter om te spreken van
stedelijke en landelijke gemeenschappen: lokale samenlevingen waarin de stedelijke levenswijze al
dan niet is doorgedrongen.

Objectief gezien wordt de actieradius van het platteland groter, waardoor de betekenis van het dorp
voor de dagelijkse terugkerende activiteiten afneemt. De stad met haar diversiteit aan voorzieningen
en de moderne stedelijke levenswijze zouden het traditionele plattelandsleven onder druk zetten.
De circulatie tussen land en stad en tussen steden onderling is enorm gestegen.

Daily urban system= Ons dagelijks leven beperkt zich niet meer tot onze woonplaats, maar strekt zich
uit over een regio.

De stad zag er altijd eeuwenlang uit als een hardgekookt ei, maar ontwikkelde zicht door
toenemende stad-landrelaties tot een gebakken ei. Als gevolg van de industrialisatie breidde de stad
zich verder uit ten koste van het platteland. Met de toename van de mobiliteit is ruimtelijke
concentratie nergens meer vanzelfsprekend: mensen kunnen buitenaf wonen, naar hun werk
pendelen en winkelen wanneer het hen uitkomt. De grenzen tussen stad en land zijn opgelost- de
stad is en stadsregio geworden, een agglomeratie die lijkt op een roerei.




Wie op de landkaart van Europa kijkt, ziet overal stadregio’s ontstaan. De stedenbouwkundigen
hebben het al langer over de opkomst van de metapolis, Zwischenstadt, Poly-nucear city en post-
urban city. De kerngedachte hierachter is dat de stad en land aangroeien in een soort ‘tussenstad’
waarin centrum en periferie hun betekenis verliezen. Overal in West-Europa geldt dat stad en land
op regionale schaal steeds meer met elkaar verweven zijn. Stad en land gaan op in een roerei-achtige
tussenstad.

Sinds de millenniumwisseling vinden we kenmerken die van oudsher aan het plattenland worden
toegeschreven. Denk aan natuur en sportieve activiteiten, steeds meer in stedelijke context.

Met urban farming=stadslandbouw, guerilla gardening=wild tuinieren en het houden van bijen in de
stad lijkt het platteland in toenemende mate in de stad te komen.

Allerlei fenomenen die je traditioneel op het platteland zou verwachten, winnen juist in de stedelijke
ruimte aan belang, zonder dat de typische stedelijke levenswijze waar Wirth het over had verloren
gaat. Door al deze ontwikkelingen is het steeds moeilijker de grenzen tussen stad en land te trekken.

,Er is sprake van een paradox: de stad is weliswaar in opmars, maar tegelijkertijd is het platteland
sterk aan het verstedelijken.

Global local paradox= Het gaat om de uniekheid/uniciteit van de regionale situatie terwijl er
mondiaal gesproken steeds meer sprake is van uniformiteit.

, Hoofdstuk 2: denken over de stad
2.1 Inleiding:
Als gevolg van technologische vooruitgang en toenemende mobiliteit is urbanisatie een mondiaal
fenomeen geworden. We zien dat in de 21ste eeuw het merendeel van de stadsbevolking bestaat uit
migranten, vastgoedontwikkeling het domein is van mondiale ondernemingen en een politieke elite
enorm veel invloed uitoefent op stedelijke samenleving. Vandaar de behoefte aan nieuwe manieren
om de stad te bestuderen en daarmee een antwoord te vinden op wat Merrifield the new urban
question noemt: “De vraag welke betekenis de stad heeft in het tijdperk van globalisering en welke
rol de stad speelt als plek waar de sociale, economische, politieke orde wordt gereproduceerd.” Pas
als we weten welke functies steden in de wereld hebben, komen we erachter hoe we meer leefbare,
humane en rechtvaardige steden kunnen maken. Deze bijdrage wil duidelijk maken dat onze visies
op de stad altijd gekleurd is door onze verwachtingen, voordoordelen en eigen ervaringen.

2.2 industriële visies: de schok van het nieuwe
De industriesteden die in de negentiende eeuw opkwamen plaatsten wetenschappers voor
problemen: hoe moesten ze deze steden beschrijven? Vanwege hun grootte, morfologie en
complexiteit beschouwden ze de industriesteden als een nieuwe ‘soort’ die geclassificeerd,
gecatalogiseerd en gediagnosticeerd moest worden. Voorbeeld: Manchester en Chicago waren shock
cities.

Shock cities=plaatsen waar de gevolgen van de snelle stedelijke groei voor de omgeving en
maatschappij zowel ontzag als verwondering opriepen.
Het waren steden in transformatie, waar de nieuwe ideeën, technologieën en praktijken die er
voortdurend ontstonden belangrijke gevolgen hadden voor de relaties tussen mensen. Leidend was
het idee dat steden groter, drukker en heterogener waren dan plattelandskernen- ze kenden een
minder coherente en meer geïndividualiseerde sociale structuur.

In dat kader maakte Ferdinand Tonnies een onderscheid tussen:
Gemeinschaft= een gemeenschap van mensen die zich samen inspannen voor het algemeen nut.
(Pre-industrie of platteland.)
Geschellschaft= een samenleving gekenmerkt door een algemeen heersend individualisme
en een daarmee gepaard gaand gebrek aan maatschappelijke samenhang. (Industriële samenleving
of stad)

Het idee dat sociale cohesie en gemeenschapszin minder evident is in een stad dan op het platteland
zou de leidraad vormen voor veel onderzoek naar het moderne stadsleven. Niet alle wetenschappers
waren het daar echter mee eens. Emile Durkheim was van mening dat het traditionele, landelijke
leven werd gekenmerkt door mechanische solidariteit=waarbij sociale banden gebaseerd zijn op
gemeenschappelijke geloofsovertuigingen, gewoonten, rituelen en symbolen. Volgens durkheim
zorgde de opkomst van de stad voor een verschuiving van mechanisme naar organische solidariteit=
waarbij banden gebaseerd zijn op specialisatie en onderlinge onafhankelijkheid. Anders dan het
platteland moedigde de stad de co-existente van sociale verschillen aan, zodat er een complexe
arbeidsverdeling ontstond. Maar die diversiteit leidde, zo betoogde Durkheim, ook tot grote vrijheid
en meer keuzemogelijkheden voor inwoners van de stad.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur BrittHoogenboom. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

79271 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!

Récemment vu par vous


€6,99  22x  vendu
  • (4)
  Ajouter