Uitgebreide samenvatting(/college - aantekeningen)

VERBINTENISSENRECHT

Een contract is GEEN verbintenis !
 de relatie tussen contract en verbintenis = contract is één van de vele
bronnen van een verbintenis – geeft aanleiding tot een verbintenis !

Voorbeelden van verbintenissen:

- Spaarrekening openen
- Arbeidsovereenkomst sluiten
- Huwelijksovereenkomst
- Aannemingsovereenkomst, koopovereenkomst & huurovereenkomst.
- Sponsorovereenkomst
- schenkingsovereenkomst

 testament staat los van erfenis.

- Franchiseovereenkomst
 uitbater zelf krijgt recht om zelf het logo uit te dragen, om hamburgers te
maken en deze aan te bieden.

- Concessie van verkoop – exclusieve concessie van verkoop
 exclusief in een bepaalde regio bepaald merk verkopen etc.

- Bewaargevingsovereenkomst
 iemand een boek in bewaring geven, de detentor wordt met de taak belast om
dat boek in bewaring te nemen.

Verbintenissen en overeenkomsten zijn zeer abstracte begrippen.

 overeenkomst is niet hetzelfde als een contractueel document, leek zal
meestal deze beide gaan assimileren.
Overeenkomst = contract.
 kan ook mondeling zijn.
 wilsovereenstemming is uiterst belangrijk.

Verbintenis = een juridische band tussen twee of meerdere personen waarbij
de ene partij, de schuldenaar, ertoe gehouden is een prestatie te verrichten ten
aanzien van de schuldeiser, en die in rechte afdwingbaar is = vinculum iuris.

Bv. Als de huurder niet betaalt overeenkomstig de huurovereenkomst, zal men
meteen een aanmaning/ingebrekestelling sturen.

Ingebrekestelling = hierbij wordt er gevraagd om de verbintenis na te komen, u
verzoekt de schuldenaar zijn achterstallige huur te betalen in casu.
 als dit niet wordt gedaan dan kan je naar de rechter stappen en een vordering
instellen opdat de huurder betaalt.
 er kan ook een ontbinding volgen van het gedrag.

EEN VERBINTENIS MOET EEN GELDIGE OORZAAK HEBBEN !

,Bv. Biddit – online platform is geen partij bij de koop – verkoopovereenkomsten
die hier gesloten worden.

Eens een overeenkomst lezen en de algemene voorwaarden doornemen = zeer
interessant !


CURSUS

 iedere zin en ieder woord zijn zeer belangrijk !
 cases zijn zeer belangrijk doorheen de hoorcolleges ! zeer belangrijk om de
toepassing van de leerstof te gaan bevorderen.

2 uur de tijd voor het examen.
6 – 8 punten op theoretische vragen en voor de rest cases.

INHOUDSTAFEL VAN DE CURSUS


BCCT(A) OB ZWN
CTT



VERBINTENIS


RMV EWU OV WET




BCCT = Buitencontractuele verbintenissen dan wel buitencontractuele
aansprakelijkheid.
CTT = Contractuele verbintenissen.

Stel: ‘Proximus stort plots één miljoen euro op uw bankrekening, dan ontstaat er
in uw hoofd een verbintenis om dit terug te betalen = een onverschuldigde
betaling. Als je te kwader trouw bent dan dient u dit bedrag terug te vorderen en
daarboven op de alreeds verkregen interesten.

OB = Onverschuldigde betaling.
Drie mannen gingen op alpiene tocht en plots breekt iemand zijn benen en het is
ijskoud en er wordt beslist dat er één van hen terug naar beneden gaat en hulp
gaat zoeken. De ander blijft bij de gewonde en geeft hem warmte, de hulp komt
er maar diegene die erbij bleef moet zijn teen worden afgezet omdat hij door de

,kou dit op deed. Diegene wiens been is gebroken, is die gehouden tot een
verbintenis t.o.v. de persoon wiens teen is afgezet. Diegene met afgezette teen
heeft een daad van altruïsme verwezenlijkt. Je mag uzelf niet in gevaar brengen
natuurlijk. Schuldig hulpverzuim is enkel in omstandigheden wanneer u verplicht
bent om hulp te bieden. Het betreft niet echt een contractuele verbintenis om bij
de gewonde te blijven natuurlijk. Is er een extracontractuele fout gebeurd ? het
antwoord is niet echt.

Zaakwaarneming: ‘gewonde persoon is meester van het lichaam,
zaakwaarnemer is diegene die hulp verleent zonder dat daarvoor een
contractuele verbintenis voor bestaat. = ZWN.

EWU = eenzijdige wilsuiting.

RMV = Rechtmatig vertrouwen = voorbeeld is schijnmandaat.


OV = Ongerechtvaardigde verrijking = vermogensvermeerdering zonder oorzaak.
 als er verjaring is gebleken dan kan er geen beroep meer worden gedaan op
die ongerechtvaardigde verrijking. – NIET IN DE WET !




V - Levering K – Betaling
 begunstigde

€
E
BANKGARANTIE OP 1
VERZOEK (niet weigerbaar door bank)
 verbintenis staat daar los van !
BANK



Bankgarantie = Prijs die de koper betaalt voor het feit dat hij niet meteen
betaalt.



BANK BAKKER
= schijnlastgever



ZELFSTANDIG BANKAGENT (aannemer)
= schijnlasthebber

Zelfstandig bankagent = schijnlasthebber, doet alsof hij de bank
vertegenwoordigt en de baas is MAAR bank is schijnlastgever, heeft helemaal
geen opdracht gegeven aan zelfstandig bankagent – enige manier is om
creditovereenkomsten te sluiten.

, Stel: zelfstandig bankagent neemt 400 000 euro mee naar een eiland en
parkeert het daar en is er geen spoor meer van. Bakker kan zelfstandig
bankagent aanspreken op grond van art. 1382 maar dat zal niet veel opleveren,
hij zit ergens diep verscholen, hij heeft wel onrechtmatig gehandeld MAAR er kan
niets aan worden gedaan.

DUS kan de bakker de bank aanspreken op grond van art. 1382 – 1383 – NEEN,
er is geen contract gesloten tussen beide, hij heeft wel gedaan alsof hij de bank
kon verwittigen maar heeft die bevoegdheid niet gekregen, contractuele
aansprakelijkheid = forget it !
 komt ECA in aanmerking ? misschien heeft de bank een fout begaan en heeft
zich niet als bonus pater familias gedragen.
 je moet niet aantonen dat de bank een fout heeft begaan. – er moet
aangetoond worden dat er schijn werd opgewekt bij de bank. – aantonen: 1 =
Schijnvertegenwoordiging. Bakker mocht er rechtmatig van uit gaan dat de
lasthebber weldegelijk de rechtmatige lasthebber is of was. 2 = schijn moet op
een of andere manier toegerekend kunnen worden aan de gedragingen van de
bank.
 alleen aantonen dat die schijn is kunnen ontstaan door gedragingen van de
bank.

Structureren antwoord

1. TEGEN AGENT ONDERNEMEN ?
 BCA – ART. 1382 – 1383 BW

2. TEGEN BANK ?

a. Art. 1382 – 1383 BW fout aantonen – niet moeilijk ! – 400 000 euro
verlies !
b. Schijnleer.

ZEER BELANGRIJK !

1. TEGEN WIE ?
2. WAT ?
3. WAAROM ?
4. JURIDISCHE GRONDSLAGEN ?
 UITERST BELANGRIJK !!!!!!!


Gelijkenis tussen eenzijdige wilsuiting en een contract
= beide zijn rechtshandelingen.

Bv. Iemand gaat een tekening maken op andermans broek = GEEN
rechtshandeling, creëert wel rechtsgevolgen maar wordt niet gesteld om schade
te kunnen vergoeden.

Contract = meerzijdige rechtshandeling.
Schenking = meerzijdige rechtshandeling - bestaat niet zonder aanvaarding van
de andere partij. – animus donandi + corpus donandi.