Elementen van kostprijsberekening
1
, Kostenconcepten
Kostprijsberekening = deel van management accounting, heeft als doel informatie te geven voor
internen ↔ terwijl boekhouden als doel heeft informatie te geven aan externen.
Kost van een product of dienst = opportuniteitskost
= de waarde van het meest waardevolle dat men niet meer kan doen omdat de middelen besteed
werden aan dit product of deze dienst.
4 soorten kosten:
Vaste directe kost Variabele directe kost
Vaste indirecte kost Variabele indirecte kost
Vaste kosten = blijft vast gedurende bepaalde tijd.
Variabele kosten = kunnen veranderen (stijgen of dalen).
Direct kosten = kunnen we direct linken aan een productieproces, bv arbeidskosten OF kan
rechtstreekt aan het eindproduct worden toegerekend.
Indirect kosten = kunnen we pas indirect linken aan een bepaald product, bv elektriciteit.
Totale kosten:
= vaste kost + variabele kost
=F+vxQ
Opbrengsten:
= prijs x hoeveelheid
=PxQ
H3: Verschillenanalyse
Terminologie
Verschillenanalyse = de actuele waarde (A) – de gebudgetteerde waarde (B)
Doel: de verschillen tussen de gebudgetteerde en gerealiseerde opbrengsten/kosten te analyseren
op een manier die tot bedrijfseconomisch zinvolle conclusies en acties kan leiden.
Het plan is altijd om het verschil te zoeken tussen de actuele waarde (A) en de gebudgetteerde
waarde (B) → A – B
Algemeen principe:
A–B Je gaat er altijd iets bijtellen en dan terug aftrekken
Je gaat de C zodanig kiezen dat het ene deel een bedrijfseconomische betekenis
A–C+C–B heeft en het andere een andere bedrijfseconomische betekenis heeft.
Zodanig dat de som van beide het totale verschil van A – B kan verklaren.
Dit algemeen principe kan je verder uitwerken met nog D, E, …
Berekenen a.d.h.v. kolommen
A C B
… … …
2
1
, Kostenconcepten
Kostprijsberekening = deel van management accounting, heeft als doel informatie te geven voor
internen ↔ terwijl boekhouden als doel heeft informatie te geven aan externen.
Kost van een product of dienst = opportuniteitskost
= de waarde van het meest waardevolle dat men niet meer kan doen omdat de middelen besteed
werden aan dit product of deze dienst.
4 soorten kosten:
Vaste directe kost Variabele directe kost
Vaste indirecte kost Variabele indirecte kost
Vaste kosten = blijft vast gedurende bepaalde tijd.
Variabele kosten = kunnen veranderen (stijgen of dalen).
Direct kosten = kunnen we direct linken aan een productieproces, bv arbeidskosten OF kan
rechtstreekt aan het eindproduct worden toegerekend.
Indirect kosten = kunnen we pas indirect linken aan een bepaald product, bv elektriciteit.
Totale kosten:
= vaste kost + variabele kost
=F+vxQ
Opbrengsten:
= prijs x hoeveelheid
=PxQ
H3: Verschillenanalyse
Terminologie
Verschillenanalyse = de actuele waarde (A) – de gebudgetteerde waarde (B)
Doel: de verschillen tussen de gebudgetteerde en gerealiseerde opbrengsten/kosten te analyseren
op een manier die tot bedrijfseconomisch zinvolle conclusies en acties kan leiden.
Het plan is altijd om het verschil te zoeken tussen de actuele waarde (A) en de gebudgetteerde
waarde (B) → A – B
Algemeen principe:
A–B Je gaat er altijd iets bijtellen en dan terug aftrekken
Je gaat de C zodanig kiezen dat het ene deel een bedrijfseconomische betekenis
A–C+C–B heeft en het andere een andere bedrijfseconomische betekenis heeft.
Zodanig dat de som van beide het totale verschil van A – B kan verklaren.
Dit algemeen principe kan je verder uitwerken met nog D, E, …
Berekenen a.d.h.v. kolommen
A C B
… … …
2