Political Change and Opposition ((SOWSOB2040))
Tous les documents sur ce sujet (1)
5
revues
Par: leviwijnhoven • 6 mois de cela
Par: Farzanahjaan • 1 année de cela
Par: kasrapstok • 1 année de cela
Par: yei900 • 1 année de cela
Par: woutvanheck • 2 année de cela
Vendeur
S'abonner
myrthe1008
Avis reçus
Aperçu du contenu
Ronald Inglehart – Modernization and Postmodernization
Introductie:
Volgens de democratic theory zijn vier dingen belangrijk voor de stabiliteit en consolidatie van
de democratie:
- Mass participation
- Interpersonal trust
- Tolerance of minority groups
- Free speech
De verandering van Modernisatie naar Postmodernisatie wordt beschreven als een grote
generatie verschillen binnen vrijwel alle normen en waarden (worldview), dit heeft
plaatsgevonden tussen 1981 en 1990. Deze verandering is het best gedocumenteerd maar
niet per se het meest belangrijk. Er is sprake van vergaande veranderingen plaatsvinden
binnen de basisbeginselen van mensen zowel in geïndustrialiseerde als industrie landen.
Deze veranderingen zijn gelinkt met intergenerationele veranderingsprocessen binnen de
populatie, deze veranderingen gaan geleidelijk (per generatie) maar zijn wel belangrijk voor
de lange termijn.
Volgens het boek zijn economische, sociale en politieke verandering in mate te voorspellen in
volgens de Modernisatie theorie. Echter, deze theorie is niet lineair. In sterk ontwikkelde
industriële samenlevingen is de mate en richting van verandering veranderd en dit is dusdanig
fundamenteel dat er gesproken kan worden van postmodernisatie. Het belangrijkste proces
van de modernisatie theorie is industrialisatie, economische groei wordt het belangrijkste doel
en ‘achievement motivation’ wordt het dominante doel voor individuen.
Modernisatie is een proces waarbij de economische en politieke capaciteiten van een
samenleving toenemen. De economische capaciteiten nemen toe door industrialisatie en de
politieke capaciteiten nemen toe door de bureaucratie. Modernisatie is zeer populair doordat
een land veranderd van arm naar rijk. Echter, na modernisatie komt postmodernisatie, waarbij
deze normen en waarden de overhand krijgen. Dit leidt tot verdere maatschappelijke
veranderingen.
Hoofdstuk 1 – Value Systems: The subjective aspect of politics and economics.
Modernisatie en Postmodernisatie
De algemene claim van de modernisatietheorie: economische, culturele en politieke
veranderingen gaan hand in hand in samenhangende patronen, welke de wereld veranderen
op een voorspelbare manier. We kunnen niet precies voorspellen wat er op welk moment
gebeurt, maar er zijn wel duidelijke trends te onderscheiden en zullen er bepaalde
karakteristieken optreden in de lange termijn. Voorbeeld: industrialisatie leidt tot een toename
van de urbanisatiegraad, meer banen specialisatie en een hoger niveau van onderwijs. Dit
zijn de kernelementen van modernisatie. Dit leidt ook tot minder zichtbare, maar even
belangrijke gevolgen zoals een hogere politieke participatiegraad. Dus, we kunnen niet
zeggen wanneer deze gevolgen gaan plaatsvinden maar wel dat het voor het een
gemoderniseerd land sneller zal plaatsvinden dat voor een niet gemoderniseerd land.
Sociale verandering is niet lineair.
Modernisatie bereikt op een gegeven moment een punt van dalende opbrengsten. In de
afgelopen decennia hebben gevorderde industriële maatschappijen een keerpunt bereikt
1
,waarbij ze een nieuw traject beginnen, postmodernisatie. Postmodernisatie is een nieuwe kijk
op de wereld die geleidelijk de oude kijk vervangt die dominant was sinds de Industriële
Revolutie. De shift reflecteert een verandering in de dingen die mensen uit het leven willen
halen. Concluderend, economische ontwikkeling heeft twee gevolgen, modernisatie en
postmodernisatie. Postmodernisatie representeert een later moment van ontwikkeling, welke
gelinkt is met andere overtuigingen dan die van modernisatie. Bij postmodernisatie zijn de
veranderingen niet alleen een gevolg van economische of sociale veranderingen, maar zijn
veranderingen in socio-economische condities ook een gevolg van postmodernisme, ze
beïnvloeden elkaar.
Modernization theory: the linkages between culture, economics and politics
De centrale claim van de modernisatie theorie is dat industrialisatie gelinkt is met processen
van socio-politieke verandering. Deze theorie is zo populair omdat er enige voorspellende
kracht zou zijn, wanneer een land het traject van industrialisatie begon, zullen er verschillende
culturele en politieke veranderingen plaatsvinden zoals minder geboortes, hogere
levensverwachting, meer inspraak van de regering, start van een democratiseringsproces.
Verschillende onderzoekers stellen dat technische en economische veranderingen gelinkt zijn
aan samenhangende en voorspelbare patronen van culturele en politieke veranderingen.
Maar er is een debat over de causaliteit van de link: leidt economische verandering tot
culturele en politieke verandering, of leidt culturele en politieke verandering tot economische
verandering?
- Marx legt de nadruk op economisch determinisme. Het technische niveau van
een maatschappij vormt het economische systeem, welke weer de culturele en
politieke karakteristieken bepaald
- Weber legt de nadruk op de impact van cultuur. Cultuur kan economisch gedrag
beïnvloeden maar cultuur kan ook beïnvloed worden door het economisch gedrag.
De normen en waarden (beliefs system) beïnvloedt de economie en politiek en de
economie en politiek beïnvloeden de normen en waarden
- Lenin legt de nadruk op de impact van ideologie en cultuur. De arbeiders zouden
zelf nooit voldoende in klassen denken om tot een revolutie te komen, ze moeten
geleid worden door ideologie en professionele revolutionairen.
- Mao legt de nadruk op de kracht van revolutionair denken. Op het moment dat er
een sterke ideologie is zal er een revolutie komen, ondanks de agrarische
maatschappij
- Bell legt de nadruk op de structuur van de beroepsbevolking als de leidende
drijfveer achter culturele verandering. Een belangrijk punt in het bereiken van een
postindustriële maatschappij is wanneer het grootste deel van de
beroepsbevolking in de dienstensector werkt. Dit leidt tot meer onderwijs, omdat
er meer vraag is naar vaardige en gespecialiseerde banen
- Lerner and Inkeles and Smith leggen de nadruk op educatie als de belangrijkste
factor voor het vormen van een moderne worldview
Leidt modernisatie tot democratie? Volgens Rostow (1961) leidt economische ontwikkeling
inherent was aan democratisering, maar de meeste waren sceptisch. Autoritaire regimes lijken
een permanent onderdeel van de wereld, industrialisatie kan leiden tot democratisering of
dictatorschap.
Verschillen van het boek met de modernisatie theorie:
2
, 1. Verandering is niet lineair. De verandering beweegt niet in een richting, het bereikt
een keerpunt waarna het in een andere richting beweegt
2. Voorgaande versies van de modernisatie theorie waren deterministisch (Marx
was cultureel deterministisch en Weber was cultureel deterministisch). Volgens het
boek is de relatie tussen economie, culture, en politiek elkaar ondersteunen.
Economisch determinisme, cultureel determinisme en politiek determinisme
worden allemaal over gesimplificeerd: de causale verbanden zijn allemaal
wederkerig. Zonder dat de systemen elkaar ondersteunen kunnen ze niet
overleven.
3. Het boek verwerpt het etnocentrisch perspectief van degene die modernisatie
gelijkstelde met ‘westernisatie’. Vroeger was modernisatie wel gericht op het
westen, maar vandaag is het een globaal proces
4. Democratie is niet inherent binnen het modernisatie proces. Er zijn ook andere
alternatieven van modernisatie zoals fascisme en communisme. Echter,
democratie wordt wel steeds aannemelijker wanneer modernisatie beweegt naar
postmodernisatie, waarbij er op den duur kosten verbonden zijn aan andere
vormen dan democratie
Socioeconomic change is not linear
De dominante richting van verandering is dusdanig veranderd in de laatste 25 jaar, en deze
verandering is zo onderscheidend dat er sprake is van postmodernisatie. Postmodernisatie
geeft aan dat modernisatie niet langer up to date is, en dat sociale verandering in een andere
richting beweegt. Onder postmodernisme distantieert zich van de nadruk op economische
efficiëntie, bureaucratische autoriteit en wetenschappelijke rationaliteit welke modernisatie
karakteriseerde, en richt zich op een meer mensgerichte samenleving met meer ruimte voor
individuele autonomie, diversiteit en zelfexpressie.
Neither cultural determinism nor economic determinism
Volgens het postmodernisme ziet iedereen de wereld door een cultureel filter, bestaande uit
normen en waarden en vooroordelen. Deze culturele factoren worden steeds belangrijker in
de manier waarop we dingen ervaren binnen een samenleving waarin mensen de omgeving
bepalen, waardoor er meer ruimte is voor individuele keuzes. Echter is cultuur niet het enige
wat de menselijke ervaring beïnvloedt. Er is ook een objectieve realiteit (deze bestaat altijd en
is onafhankelijk van hun werkelijkheid en vooroordelen), welke van toepassing is op sociale
relaties en natuurwetenschappen (waar wereldwijde consensus over bestaat). Menselijk
gedrag wordt beïnvloed door de cultuur van de persoon, maar objectieve factoren geven een
limiet.
Functional analysis and predictable syndromes of change
Weber en Marx waren het eens dat economische, culturele en politieke verandering samen
gaan in samenhangende patronen. Ze waren het niet eens met waarom economische,
culturele en politieke verandering samen gaan. Marx vindt dat economische en technologische
verandering politieke en culturele verandering bepalen. Weber vindt dat cultuur, economie en
politiek bepalen. Volgens het boek beïnvloedt de economie de cultuur en politiek en andersom
(wedekerige relatie, een kan niet zonder het ander overleven).
Cultuur is een systeem bestaande uit attitudes, waarden, normen en kennis die breed gedeeld
zijn binnen een gemeenschap en welke worden overgebracht van generatie op generatie.
3
, Cultuur wordt aangeleerd en verschilt per gemeenschap. Deze kenmerken van cultuur kunnen
moeilijk worden veranderd, bovendien leidt dit tot onzekerheid en stress. Wanneer er sprake
is van een socio-economische verandering kunnen delen van een cultuur veranderen maar
dit zal intergenerationeel gebeuren. Binnen cultuur is er een subjectief aspect: normen,
waarden, kennis en skills welke geïnternaliseerd zijn door de mensen van de gemeenschap.
Iedere stabiele economisch of politiek systeem heeft een ondersteunend en verenigbaar
cultureel systeem, welke het economisch of politiek systeem legitimeert. Mensen binnen de
maatschappij hebben een set aan normen, waarden en regels geïnternaliseerd. Zonder deze
set zouden de machthebbers medewerking van de burgers kunnen eisen door dwang, wat
duur is en onzeker. Om effectief een systeem te legitimeren, stellen culturen limieten aan de
elite en de overige bevolking. Dit zorgt ervoor dat de cultuur de politiek en economie vormt en
andersom. Evolutionair perspectief in hoe culturen en instituties ontwikkelen: specifieke
karakteristieken overleven en verspreiden omdat ze functionele voordelen hebben binnen een
omgeving. Een soort van loop, culturen elimineren regels, normen, waarden, skills, kennis die
niet nuttig zijn en worden vervangen door andere die wel nuttig zijn. Hierdoor kan het ook
voorkomen dat sommige culturen ophouden te bestaan (kan ook door te lang niet aanpassen).
Dit geldt ook voor politieke instituties, hierbij komt een proces van natuurlijke selectie kijken
en politieke instituties die overleven passen zich aan. Politieke instituties initiëren niet veel
wetten meer maar vervullen wel een legitimerende functie. Wetgevers kiezen niet zelf een
legitimerende functie te vervullen, maar het feit dat ze deze functie vervullen is een belangrijke
reden waarom ze overleven en zich verspreiden. Landen die een politiek systeem hebben met
wetgevers een grotere kans hebben op legitimiteit en om te overleven dan landen zonder.
Is the modernization concept ethnocentric?
Een veel voorkomend kritiekpunt is dat de modernisatie theorie etnocentrisch (gericht op het
westen) en/of teleologisch is. Vroegere versies van de modernisatie theorie vergeleek de
theorie wel met het worden van moreel superieur en zoals het westen. Tegenwoordig zouden
weinigen morele superioriteit aan het westen verbinden en tegenwoordig is Oost-Azië het
voorbeeld of modernisatie. Maar er is niks etnocentrisch aan het concept dat sociale
verandering neigt naar samenhangende, in grote lijnen voorspelbaar, traject. Door deze
modernisatie beginnen landen meer op elkaar te lijken, maar dat wil niet zeggen dat alle
maatschappijen identiek aan elkaar zijn. Ze hebben verschillende culturen en instituties maar
hebben allemaal gebruik van wetenschap en technologie, bureaucratisering, afhankelijkheid
van de wettelijke macht, hoge sociale mobiliteit, etc. Minder efficiënte manieren van leven
(jagen en verzamelen) verdwijnen niet maar zijn niet langer dominant. Het proces van culturele
evolutie is nog steeds bezig, en zal ook altijd verder gaan. Eerst werd ervan uitgegaan dat
culturele interpretaties van de maatschappij inherent conservatief waren, dit is gedeeltelijk
waar. De linkse Marxisten legde de nadruk op culturele factoren als conservatief, maar
recenter is de linkse postmoderne legde de nadruk op de belangrijke rol van subjectieve
percepties en culturele waarden. Cultuur op zichzelf heeft een conservatief element omdat de
reacties van mensen afhankelijk zijn van hun subjectieve mening en deze verschillen
reflecteren sociale ervaringen, welke het moeilijk maken het af te leren. Hierdoor worden
wellicht verouderde normen en waarden in stand gehouden, wat conservatief is. Verandering
vindt niet binnen een dag plaats en het is aannemelijk dat de veranderingen sneller worden
geaccepteerd door jongere generaties (minder tijd om de sociale normen te internaliseren),
dit leidt tot intergenerationele verschillen. Linkse marxisten zagen culturele factoren als
verdovende middelen in de vorm van valse bewustheid waardoor er niet naar het echte
probleem werd gekeken, welke economisch waren. Ze waren van mening wanneer de juiste
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur myrthe1008. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €8,29. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.