1. Systeemtheorie en oplossingsgericht denkkader
Wat is psychotherapie
• Meer dan een goed gesprek
• Meer dan éénmalig
• Doel is om een psychisch probleem aan te pakken volgens een
methodiek, volgens gesprekken. De manier waarop is afhankelijk van de
therapeutische stroming, de visie die de hulpverlener hanteert
• Eventueel om diagnose te stellen (bv DSM5)
• Individueel, als koppel, als gezin
• Meerdere therapeutische stromingen
• Een afdeling volgt vaak een bepaalde stroming
Welke stromingen? Hoe kijkt men naar een psychisch probleem?
• Psycho-analyse (psychodynamica)
• Cognitieve gedragstherapie (miv ACT)
• Systeemtherapie
• Oplossingsgerichte therapie
• Contextuele therapie
• Herstelvisie
• …
Visie (stroming) bepaalt de aanpak
• Mindfulness (DGT, ,ACT)
• EMDR
• Exposure (CGT)
• ECT
• Bekrachting
• 4-g schema (CGT)
• Groepstherapie
• …
Eclectisch denkkader
• Hulpverlener gebruikt technieken en begrippen uit verschillende
psychotherapeutische scholen (bv cognitief-gedragsmatige technieken)
• Geen absolute zekerheid over oorzaak van een probleem, niet één juiste
methode
• Wie heeft er gelijk? Welke stroming is het meest effectief?
Het DODO verdict: kritisch bekijken (iedere stroming heeft nut)
, Beïnvloedende factoren of stroming nut heeft:
• Relationele factoren (relatie hv en ptn)
• Hoop
• Extra therapeutische factoren (context,
financieel, tijd)
Systeem- en contextueel denkkader
• Meest gehanteerde benadering door hulpverleners
• Vooral bij kinderen en gezinnen zinvol en effectief
Psychotherapie in het Westen
• De interpersoonlijke problemen des leven die zich voordoen in elke
samenleving, worden herleid tot individuele aandoeningen en
stoornissen en als dusdanig behandeld
• Als mensen naar hulpverlener stappen, spreken zij meestal over
individuele klachten
Systeembenadering
• Oog voor de invloed van de sociale omgeving op mensen met problemen
• Focus van behandeling ligt bij een echtpaar of een gezin, niet bij het
individu (= intrapsychisch)
• Intrapsychische conflicten staan niet meer centraal, maar WEL de
interacties tussen mensen (gezin, relaties,…)
De context als complex geheel
• De kwaliteit van de ouder-kind relatie met daarin het belang van de
persoon van de ouder en de gehanteerde opvoedingsstijlen
• De relatie tussen de partners
• De relaties op gezinsniveau: gezinsstructuur, gezinscompetentie en
gezinsklimaat
• De relaties tussen de kinderen onderling
Binnen systeemvisie: 4 stromingen
A) De structurele stroming
,Inleiding:
• Salvador Minuchin: familietherapeut, +30 oktober 2017
• Systeemdenken: ontwikkelde de structurele gezinstherapie vanuit de
idee om problemen binnen een gezin aanpakt door de relaties tussen
gezinsleden of tussen subsets van familie in kaart te brengen
• Werkte met delinquente jongeren uit immigrantengezinnen
Sleutelbegrippen:
• Proces: focus van de therapie: wat er gezegd wordt is minder belangrijk
dan wat gebeurt in de zitting
• Structuur: basispatroon van met mekaar omgaan mbt functies bv hoe
gaan ouders om met seksualiteit?
• Functie: taken die een gezin heeft bv rond opvoeding, voorzien in
levensonderhoud, seksualiteit
• Visie: hoe denkt het gezin, gemeenschappelijke denkraam
Basisconcepten:
Gezinsstructuur:
• Hier gaan we naar op zoek > interactiepatroon van de gezinsleden
onderling
• Via opstellen van gezinskaartjes: 3 dimensies (= hulpmiddel)
• Grenzen: van gesloten tot open (onbestaande). Idealiter afgrenzing
tussen de generaties met voldoende betrokkenheid
- Continuüm kluwen en los-zand gezinnen
- Kluwen gezin: interne grenzen zijn vaag, geen eigenheid én externe
grenzen zijn strak. Verhoogd gevoel van samenhorigheid maar geen
autonomie
- Los-zand gezin: interne grenzen zijn strak, afwezigheid van
samenhorigheid
• Hiërarchie: Wie bepaalt wat? (symbolisch: hoofdletter is ‘baas’ en dan <)
• Conflicten:
, - Helse (of perverse) driehoek: kind wordt binnen generatie van
volwassene gebracht om probleem op te lossen
- Coalitie: 1 van de kinderen vormt samen met bv ma coalitie tegen pa
Perverse triade:
• Er zijn 3 mensen in een interactieproces verwikkeld, van wie er 2 behoren
tot dezelfde generatie en 1 tot een ‘lagere’ generatie
• Iemand van de hoogste generatie gaat een coalitie aan met iemand van
de lagere generatie, die gericht is tegen de generatiegenoot
• De coalitie tussen 2 personen wordt ontkend
Conflicten:
• Triangulatie: kind heeft goede band met beide ouders, maar wordt door
ouders gedwongen “kant” te kiezen (~ gespleten loyaliteit)
• “bliksemafleider”of “zondebok”: conflict tussen ouders, kind vertoont
(psychosomatische) klachten om conflict ouders op achtergrond te laten
- Kind dat betrokken raakt bij spanningen tussen de ouders
- Op deze zondebok worden alle bestaande gevoelens van ongenoegen
of frustratie gericht
- Vaak gezinnen die elke dreiging van verandering zullen tegengaan:
interveniëren niet makkelijk
- Belang van positieve connotatie: prijzen van de patiënt voor diens
opofferingen > hij zorgt ervoor, door patiënt te worden dat anderen
normaal kunnen functioneren
- Het probleemkind blijkt bij nader inzien vaak het gezondste familielid!
Diegene bij wie de gezinsproblemen het duidelijkst zichtbaar zijn!
Doel gezinstherapie volgens structurele benadering:
• Het bereiken van structurele veranderingen nodig om de verschillende
gezinsfuncties beter uit de voeren zodat het symptoomgedrag zijn
functie/betekenis verliest. Als de gezinsstructuur verandert, verandert
het leven van alle leden van het gezin.
• Gezinsproblemen blijken vaak te kunnen teruggevoerd tot moeilijkheden
tussen ouders
A) De strategische stroming
Wat is psychotherapie
• Meer dan een goed gesprek
• Meer dan éénmalig
• Doel is om een psychisch probleem aan te pakken volgens een
methodiek, volgens gesprekken. De manier waarop is afhankelijk van de
therapeutische stroming, de visie die de hulpverlener hanteert
• Eventueel om diagnose te stellen (bv DSM5)
• Individueel, als koppel, als gezin
• Meerdere therapeutische stromingen
• Een afdeling volgt vaak een bepaalde stroming
Welke stromingen? Hoe kijkt men naar een psychisch probleem?
• Psycho-analyse (psychodynamica)
• Cognitieve gedragstherapie (miv ACT)
• Systeemtherapie
• Oplossingsgerichte therapie
• Contextuele therapie
• Herstelvisie
• …
Visie (stroming) bepaalt de aanpak
• Mindfulness (DGT, ,ACT)
• EMDR
• Exposure (CGT)
• ECT
• Bekrachting
• 4-g schema (CGT)
• Groepstherapie
• …
Eclectisch denkkader
• Hulpverlener gebruikt technieken en begrippen uit verschillende
psychotherapeutische scholen (bv cognitief-gedragsmatige technieken)
• Geen absolute zekerheid over oorzaak van een probleem, niet één juiste
methode
• Wie heeft er gelijk? Welke stroming is het meest effectief?
Het DODO verdict: kritisch bekijken (iedere stroming heeft nut)
, Beïnvloedende factoren of stroming nut heeft:
• Relationele factoren (relatie hv en ptn)
• Hoop
• Extra therapeutische factoren (context,
financieel, tijd)
Systeem- en contextueel denkkader
• Meest gehanteerde benadering door hulpverleners
• Vooral bij kinderen en gezinnen zinvol en effectief
Psychotherapie in het Westen
• De interpersoonlijke problemen des leven die zich voordoen in elke
samenleving, worden herleid tot individuele aandoeningen en
stoornissen en als dusdanig behandeld
• Als mensen naar hulpverlener stappen, spreken zij meestal over
individuele klachten
Systeembenadering
• Oog voor de invloed van de sociale omgeving op mensen met problemen
• Focus van behandeling ligt bij een echtpaar of een gezin, niet bij het
individu (= intrapsychisch)
• Intrapsychische conflicten staan niet meer centraal, maar WEL de
interacties tussen mensen (gezin, relaties,…)
De context als complex geheel
• De kwaliteit van de ouder-kind relatie met daarin het belang van de
persoon van de ouder en de gehanteerde opvoedingsstijlen
• De relatie tussen de partners
• De relaties op gezinsniveau: gezinsstructuur, gezinscompetentie en
gezinsklimaat
• De relaties tussen de kinderen onderling
Binnen systeemvisie: 4 stromingen
A) De structurele stroming
,Inleiding:
• Salvador Minuchin: familietherapeut, +30 oktober 2017
• Systeemdenken: ontwikkelde de structurele gezinstherapie vanuit de
idee om problemen binnen een gezin aanpakt door de relaties tussen
gezinsleden of tussen subsets van familie in kaart te brengen
• Werkte met delinquente jongeren uit immigrantengezinnen
Sleutelbegrippen:
• Proces: focus van de therapie: wat er gezegd wordt is minder belangrijk
dan wat gebeurt in de zitting
• Structuur: basispatroon van met mekaar omgaan mbt functies bv hoe
gaan ouders om met seksualiteit?
• Functie: taken die een gezin heeft bv rond opvoeding, voorzien in
levensonderhoud, seksualiteit
• Visie: hoe denkt het gezin, gemeenschappelijke denkraam
Basisconcepten:
Gezinsstructuur:
• Hier gaan we naar op zoek > interactiepatroon van de gezinsleden
onderling
• Via opstellen van gezinskaartjes: 3 dimensies (= hulpmiddel)
• Grenzen: van gesloten tot open (onbestaande). Idealiter afgrenzing
tussen de generaties met voldoende betrokkenheid
- Continuüm kluwen en los-zand gezinnen
- Kluwen gezin: interne grenzen zijn vaag, geen eigenheid én externe
grenzen zijn strak. Verhoogd gevoel van samenhorigheid maar geen
autonomie
- Los-zand gezin: interne grenzen zijn strak, afwezigheid van
samenhorigheid
• Hiërarchie: Wie bepaalt wat? (symbolisch: hoofdletter is ‘baas’ en dan <)
• Conflicten:
, - Helse (of perverse) driehoek: kind wordt binnen generatie van
volwassene gebracht om probleem op te lossen
- Coalitie: 1 van de kinderen vormt samen met bv ma coalitie tegen pa
Perverse triade:
• Er zijn 3 mensen in een interactieproces verwikkeld, van wie er 2 behoren
tot dezelfde generatie en 1 tot een ‘lagere’ generatie
• Iemand van de hoogste generatie gaat een coalitie aan met iemand van
de lagere generatie, die gericht is tegen de generatiegenoot
• De coalitie tussen 2 personen wordt ontkend
Conflicten:
• Triangulatie: kind heeft goede band met beide ouders, maar wordt door
ouders gedwongen “kant” te kiezen (~ gespleten loyaliteit)
• “bliksemafleider”of “zondebok”: conflict tussen ouders, kind vertoont
(psychosomatische) klachten om conflict ouders op achtergrond te laten
- Kind dat betrokken raakt bij spanningen tussen de ouders
- Op deze zondebok worden alle bestaande gevoelens van ongenoegen
of frustratie gericht
- Vaak gezinnen die elke dreiging van verandering zullen tegengaan:
interveniëren niet makkelijk
- Belang van positieve connotatie: prijzen van de patiënt voor diens
opofferingen > hij zorgt ervoor, door patiënt te worden dat anderen
normaal kunnen functioneren
- Het probleemkind blijkt bij nader inzien vaak het gezondste familielid!
Diegene bij wie de gezinsproblemen het duidelijkst zichtbaar zijn!
Doel gezinstherapie volgens structurele benadering:
• Het bereiken van structurele veranderingen nodig om de verschillende
gezinsfuncties beter uit de voeren zodat het symptoomgedrag zijn
functie/betekenis verliest. Als de gezinsstructuur verandert, verandert
het leven van alle leden van het gezin.
• Gezinsproblemen blijken vaak te kunnen teruggevoerd tot moeilijkheden
tussen ouders
A) De strategische stroming