Visueel systeem (neurofysiologie)
1. Het elektromagnetisch spectrum
= energie die varieert over een zeer breed golflengtebereik (licht klein deel ervan)
→ zichtbare lichtgolven: 400 (violet) -700nm (rood)
→ lichtgolven zelf zijn niet gekleurd
2. Ogen die licht capteren
→ oog kan een beeld vormen vd buitenwereld
1. cornea = hoornvlies
- transparant (zeer geordende reeks vezels)
- geen bloedvaten
- grote hoeveelheid transparante sensorische zenuwuiteinden (sluiten oog, tranen
productie, als hoornvlies gekrast raakt)
2. voorste oogkamer gevuld met vloeistof
- dit kamerwater: voorziet hoornvlies + lens van O2 en voedingsstoffen
3. lens
- volledig transparant
- geen bloedtoevoer
- vorm lens bepaald door ciliaire spieren (boller/platter maken)
4. pupil
- licht moet erdoor, gat in de iris (spierstructuur)
- pupilreflex: bepaalt hoeveel licht er binnenkomt dmv grootte pupil te regelen
5. achterste oogkamer = glasvochtkamer
- ruimte tss lens en netvlies
- glasvocht = gelachtig en transparant
6. retina (netvlies)
- waar het zien echt begint ⇒ lichtenergie omgezet in elektrische zenuwsignalen
(= transductie)
⇒ ciliaire spieren in contractie: lens is boller, ontspannen: lens is platter
1
,scherpstellen op een verre ster:
→ totale brekingsvermogen oog → perfect afstemmen op lengte oogbol
→ 4 componenten oog: hoornvlies (cornea) + kamerwater + lens + glasvocht
- hoornvlies
- sterk gebogen, hogere brekingsindex dan lucht
- krachtigste brekend opp. v/h oog (onveranderlijk brekingsverm)
- kamerwater en glasvocht
- helpen ook bij breking licht, hun brekingsvermogen is onveranderlijk
- gevolg: ze kunnen nt gebruikt worden om scherp te stellen op dichtbijzijnde objecten
- lens
- kan scherpstellen op ≠ afstanden
- brekingsvermogen lens: kan veranderen v vorm = accommodatie (dr samentrekking
ciliaris spier)
- lens is via kleine vezels verbonden met ciliarisspier = zonulae van Zinn
- ontspannen: lens plat, zonulae uitgerekt ⇒ verzien
- contractie: lens boller, zonulae ontspannen ⇒ dichtbij kijken
- hoe dikker de lens, hoe meer ‘power’ die heeft en hoe dichterbij je kunt
scherpstellen
accommodatie
→ zorgt ervoor dat: de sterkte (power) vd lens kan variëren
- P = 1/f in dioptrie (f = brandpunt in meter)
- ons vermogen om te accommoderen ↓ met leeftijd (ong 1 dioptrie per 5 jaar tot 30j, erna
meer)
- tussen 40-50j: mensen merken dat hun armen ‘te kort’ worden
→ komt omdat ze niet meer 2,5 dioptrie kunnen accommoderen
→ die nodig is om scherp te zien op 40 cm (1/0,4 = 2,5 dioptrie)
= presbyopie (onvermijdelijk), doordat lens harder wordt en kapsel errond elasticiteit verliest
cataract → normaal: ooglens transparant
→ cataract: vertroebeling lens
- congenitaal cataract: bij geboorte aanw, zeldzaam
- verworden cataract: prevalentie neemt toe met leeftijd, rond 70j: iedereen verlies v
transparantie
- behandeling: vervangen door implantaat
emmetropie
- wnr brekingsvermogen vd 4 optische componenten vh oog
perfect overeenkomen met lengte oogbol
myopie (bijziendheid)
- oogbol te lang ⇒ beeld valt vóór netvlies
- gevolg: verre ster gezien als wazige vlek
- correctie = neg. lens (platter), die divergeren stralen vh
sterrenlicht voordat ze het oog binnendringen
2
, hyperopie (verziendheid)
- oogbol te kort ⇒ beeld valt achter netvlies
- correctie: positieve lenzen ⇒ boller, convergeren de stralen vh
sterrenlicht voordat ze het oog binnendringen
vorm hoornvlies
- bij emmetroop:
- hoornvlies bolvormig (vgl. voetbal)
- kromming gelijk in alle richtingen
- astigmatisme
- hoornvlies vorm ve rugbybal (kromming verschilt in horizontale en verticale
meridiaan)
- hierdoor kunnen verticale lijnen iets vóór netvlies vallen, terwijl horizontale erachter
of omgekeerd
⇒ opl: lenzen met 2 brandpunten
vgl. visueel systeem met camera
→ visueel systeem omvat,net als een camera:
- een mechanisme om hoeveelheid licht te reguleren → dit gebeurt via de iris
- een lens om brandpuntafstand aan te passen
hierdoor: kunnen zowel dichtbijgelegen als verafgelegen objecten scherp op netvlies w vastgesteld
→ verschil met camera: mens moet dit beeld interpreteren via hersenen (verschil tss maken ve foto
en het zien ve foto!!)
fundusonderzoek
= oogarts via ophthalmoscoop kijken nr achterkant oog = fundus
→ witte cirkel in de fundus = de papil (optic disc), punt waar:
- slagaders en aders samenkomen
- axonen v ganglioncellen het oog verlaten
= blinde vlek = want bevat geen fotoreceptoren
→ fovea ligt niet opzij, maar zo goed als op ML!! (= vlekje van 1,5mm)
wrm zie je de blinde vlek niet?
- omdat de hersenen de ontbrekende info aanvullen
- we 2 ogen hebben en objecten waarvan de beelden id blinde vlek vallen vh ene oog, door
het andere oog gezien kunnen worden
dikte netvlies = helft van een creditcard dikte
OCT = optical coherence tomography
- niet-invasieve beeldvormingstechniek, gebruikmakend van licht
- laat de oogarts toe om de lagen vh netvlies in dwarsdoorsnede te zien
3
1. Het elektromagnetisch spectrum
= energie die varieert over een zeer breed golflengtebereik (licht klein deel ervan)
→ zichtbare lichtgolven: 400 (violet) -700nm (rood)
→ lichtgolven zelf zijn niet gekleurd
2. Ogen die licht capteren
→ oog kan een beeld vormen vd buitenwereld
1. cornea = hoornvlies
- transparant (zeer geordende reeks vezels)
- geen bloedvaten
- grote hoeveelheid transparante sensorische zenuwuiteinden (sluiten oog, tranen
productie, als hoornvlies gekrast raakt)
2. voorste oogkamer gevuld met vloeistof
- dit kamerwater: voorziet hoornvlies + lens van O2 en voedingsstoffen
3. lens
- volledig transparant
- geen bloedtoevoer
- vorm lens bepaald door ciliaire spieren (boller/platter maken)
4. pupil
- licht moet erdoor, gat in de iris (spierstructuur)
- pupilreflex: bepaalt hoeveel licht er binnenkomt dmv grootte pupil te regelen
5. achterste oogkamer = glasvochtkamer
- ruimte tss lens en netvlies
- glasvocht = gelachtig en transparant
6. retina (netvlies)
- waar het zien echt begint ⇒ lichtenergie omgezet in elektrische zenuwsignalen
(= transductie)
⇒ ciliaire spieren in contractie: lens is boller, ontspannen: lens is platter
1
,scherpstellen op een verre ster:
→ totale brekingsvermogen oog → perfect afstemmen op lengte oogbol
→ 4 componenten oog: hoornvlies (cornea) + kamerwater + lens + glasvocht
- hoornvlies
- sterk gebogen, hogere brekingsindex dan lucht
- krachtigste brekend opp. v/h oog (onveranderlijk brekingsverm)
- kamerwater en glasvocht
- helpen ook bij breking licht, hun brekingsvermogen is onveranderlijk
- gevolg: ze kunnen nt gebruikt worden om scherp te stellen op dichtbijzijnde objecten
- lens
- kan scherpstellen op ≠ afstanden
- brekingsvermogen lens: kan veranderen v vorm = accommodatie (dr samentrekking
ciliaris spier)
- lens is via kleine vezels verbonden met ciliarisspier = zonulae van Zinn
- ontspannen: lens plat, zonulae uitgerekt ⇒ verzien
- contractie: lens boller, zonulae ontspannen ⇒ dichtbij kijken
- hoe dikker de lens, hoe meer ‘power’ die heeft en hoe dichterbij je kunt
scherpstellen
accommodatie
→ zorgt ervoor dat: de sterkte (power) vd lens kan variëren
- P = 1/f in dioptrie (f = brandpunt in meter)
- ons vermogen om te accommoderen ↓ met leeftijd (ong 1 dioptrie per 5 jaar tot 30j, erna
meer)
- tussen 40-50j: mensen merken dat hun armen ‘te kort’ worden
→ komt omdat ze niet meer 2,5 dioptrie kunnen accommoderen
→ die nodig is om scherp te zien op 40 cm (1/0,4 = 2,5 dioptrie)
= presbyopie (onvermijdelijk), doordat lens harder wordt en kapsel errond elasticiteit verliest
cataract → normaal: ooglens transparant
→ cataract: vertroebeling lens
- congenitaal cataract: bij geboorte aanw, zeldzaam
- verworden cataract: prevalentie neemt toe met leeftijd, rond 70j: iedereen verlies v
transparantie
- behandeling: vervangen door implantaat
emmetropie
- wnr brekingsvermogen vd 4 optische componenten vh oog
perfect overeenkomen met lengte oogbol
myopie (bijziendheid)
- oogbol te lang ⇒ beeld valt vóór netvlies
- gevolg: verre ster gezien als wazige vlek
- correctie = neg. lens (platter), die divergeren stralen vh
sterrenlicht voordat ze het oog binnendringen
2
, hyperopie (verziendheid)
- oogbol te kort ⇒ beeld valt achter netvlies
- correctie: positieve lenzen ⇒ boller, convergeren de stralen vh
sterrenlicht voordat ze het oog binnendringen
vorm hoornvlies
- bij emmetroop:
- hoornvlies bolvormig (vgl. voetbal)
- kromming gelijk in alle richtingen
- astigmatisme
- hoornvlies vorm ve rugbybal (kromming verschilt in horizontale en verticale
meridiaan)
- hierdoor kunnen verticale lijnen iets vóór netvlies vallen, terwijl horizontale erachter
of omgekeerd
⇒ opl: lenzen met 2 brandpunten
vgl. visueel systeem met camera
→ visueel systeem omvat,net als een camera:
- een mechanisme om hoeveelheid licht te reguleren → dit gebeurt via de iris
- een lens om brandpuntafstand aan te passen
hierdoor: kunnen zowel dichtbijgelegen als verafgelegen objecten scherp op netvlies w vastgesteld
→ verschil met camera: mens moet dit beeld interpreteren via hersenen (verschil tss maken ve foto
en het zien ve foto!!)
fundusonderzoek
= oogarts via ophthalmoscoop kijken nr achterkant oog = fundus
→ witte cirkel in de fundus = de papil (optic disc), punt waar:
- slagaders en aders samenkomen
- axonen v ganglioncellen het oog verlaten
= blinde vlek = want bevat geen fotoreceptoren
→ fovea ligt niet opzij, maar zo goed als op ML!! (= vlekje van 1,5mm)
wrm zie je de blinde vlek niet?
- omdat de hersenen de ontbrekende info aanvullen
- we 2 ogen hebben en objecten waarvan de beelden id blinde vlek vallen vh ene oog, door
het andere oog gezien kunnen worden
dikte netvlies = helft van een creditcard dikte
OCT = optical coherence tomography
- niet-invasieve beeldvormingstechniek, gebruikmakend van licht
- laat de oogarts toe om de lagen vh netvlies in dwarsdoorsnede te zien
3