week 1.................................................................................................................................... 2
week 2.................................................................................................................................... 8
week 3.................................................................................................................................. 17
week 4.................................................................................................................................. 26
week 5.................................................................................................................................. 34
week 6.................................................................................................................................. 43
week 7.................................................................................................................................. 51
,week 1
● Hoe komen overeenkomsten tot stand?
art. 3:33 BW → overeenstemmende wil en verklaring.
tweede partij moet dit aanbod aanvaarden met een overeenstemmende wil en verklaring.
die verklaringen en willen moeten met elkaar overeenstemmen → overeenstemming
art. 6:217 BW.
Als hier iets niet klopt, is er geen overeenkomst tot stand gekomen.
● Hoe ontstaat gebondenheid aan algemene voorwaarden?
- zodra vaststaat dat de algemene voorwaarden als geheel zijn aanvaard, is de
wederpartij van de gebruiker verbonden, ongeacht:
- of de wederpartij op dat moment alle individuele bedingen in de algemene
voorwaarden kende en
- of de gebruiker van de algemene voorwaarden wist of behoorde te weten
dat de wederpartij niet alle individuele bedingen kende.
- art. 6:232 BW
- ‘een wederpartij is ook dan aan de algemene voorwaarden gebonden als bij
het sluiten van de overeenkomst de gebruiker begreep of moest begrijpen dat
zij de inhoud daarvan niet kende’
sprake van gerechtvaardigd vertrouwen of vernietiging? art 3:35 Bw
- arrest Linthorst/Echoput
er is dus een snelle gebondenheid
zijn de algemene voorwaarden als geheel aanvaard?
,Stel: wil B komt niet overeen met zijn verklaring, dan kan hij een discussie beginnen of hij
gebonden is aan de algemene voorwaarden. maar A heeft gerechtvaardigd vertrouwen.
art. 3:35 BW erg belangrijk
● welke algemene voorwaarden zijn overeengekomen?
mogelijke oplossingen tegen the battle of forms
- er zijn geen algemene voorwaarden overeengekomen
- de voorwaarden van A zijn overeengekomen
- de voorwaarden van B zijn overeengekomen
- de voorwaarden van A en B zijn overeengekomen
- voor zover de door A en B gebruikte voorwaarden gelijklijdend zijn, zijn die
voorwaarden overeengekomen
- Voor het overige gelden noch de voorwaarden van A noch die van B en zullen
eventuele leemtes door de rechter moeten worden aangevuld.
in nederland staat de oplossing in de wet → art. 6:225 lid 3 BW
- de voorwaarden van A zijn overeengekomen, tenzij B bij de aanvaarding van het
aanbod van A zijn eigen algemene voorwaarden van toepassing heeft verklaard,
onder uitdrukkelijke verwerping van de voorwaarden van A
stel: B wijst de algemene voorwaarden van A uitdrukkelijk van de hand conform art. 6:225 lid
3 BW, hoe loopt het dan af?
- art 6:225 lid 1 BW
- B verwerpt daarmee het aanbod van A en doet zelf een nieuw aanbod
- er is met de ‘afwijkende aanvaarding’ door B dus nog geen overeenkomst tot stand
gekomen
‘’wie schrijft, die blijft’’ regel
- art. 6:225 lid 2 BW
, - in theorie zouden de voorwaarden slechts op ondergeschikte punten van elkaar
kunnen verschillen
- in dat geval zou een overeenkomst tot stand komen op basis van de voorwaarden
van B, tenzij A daar onverwijld bezwaar tegen zou maken
→ theoretische oplossing
● vernietigbaarheid van algemene voorwaarden
om een beroep te kunnen doen op de vernietigbaarheid van bedingen algemene
voorwaarden:
- moet vaststaan dat partijen gebondenheid aan de algemene voorwaarden zijn
overeengekomen
- anders kunnen we namelijk niet toekomen aan de vraag of een beding in die
algemene voorwaaren eventueel vernietigbaar is
- een beding in die algemene voorwaarden is vervolgens in twee gevallen
vernietigbaar, zie art. 6:233 BW
- omdat gebruiker zijn informatieplicht met betrekking tot die algemene
voorwaarden niet goed heeft nageleefd → zie art. 6:233 sub b juncto art. 6:234
BW
- omdat het beding onredelijk bezwarend is voor de wederpartij → zie art.
6:233 sub a juncto (eventueel) art. 6:236 en 6:237 BW
Welke wederpartijen van gebruikers van algemene voorwaarden kunnen eventueel op deze
vernietigingsgronden een beroep doen?
type wederpartijen
● consumenten
● ondernemingen
- ‘grote’ ondernemingen
- ‘kleine’ ondernemingen
stappenplan
1. is de wederpartij een consument (zie art. 6:236 en 6:237 BW)?
- indien ja, dan kan de wederpartij een beroep doen op alle artikelen ( art.
6:233, 6:234, 6:236 en 6:237 BW)
2. is de wederpartij een ‘grote’ onderneming (zie criteria art. 6:235 lid 1 BW)?
- indien ja, dan kan de wederpartij geen beroep doen op de bovenstaande
artikelen
- indien nee, dan is de wederpartij een ‘kleine’ onderneming en kan zij alleen
een beroep doen op art. 6:233 en 6:234 BW; daarnaast kan in het kader van
een beroep op art. 6:233 sub a BW eventueel ook nog reflexwerking
toekomen aan art. 6:236 en 6:237 BW
- behoudens het bepaalde in art. 6:235 lid 3 BW
week 2.................................................................................................................................... 8
week 3.................................................................................................................................. 17
week 4.................................................................................................................................. 26
week 5.................................................................................................................................. 34
week 6.................................................................................................................................. 43
week 7.................................................................................................................................. 51
,week 1
● Hoe komen overeenkomsten tot stand?
art. 3:33 BW → overeenstemmende wil en verklaring.
tweede partij moet dit aanbod aanvaarden met een overeenstemmende wil en verklaring.
die verklaringen en willen moeten met elkaar overeenstemmen → overeenstemming
art. 6:217 BW.
Als hier iets niet klopt, is er geen overeenkomst tot stand gekomen.
● Hoe ontstaat gebondenheid aan algemene voorwaarden?
- zodra vaststaat dat de algemene voorwaarden als geheel zijn aanvaard, is de
wederpartij van de gebruiker verbonden, ongeacht:
- of de wederpartij op dat moment alle individuele bedingen in de algemene
voorwaarden kende en
- of de gebruiker van de algemene voorwaarden wist of behoorde te weten
dat de wederpartij niet alle individuele bedingen kende.
- art. 6:232 BW
- ‘een wederpartij is ook dan aan de algemene voorwaarden gebonden als bij
het sluiten van de overeenkomst de gebruiker begreep of moest begrijpen dat
zij de inhoud daarvan niet kende’
sprake van gerechtvaardigd vertrouwen of vernietiging? art 3:35 Bw
- arrest Linthorst/Echoput
er is dus een snelle gebondenheid
zijn de algemene voorwaarden als geheel aanvaard?
,Stel: wil B komt niet overeen met zijn verklaring, dan kan hij een discussie beginnen of hij
gebonden is aan de algemene voorwaarden. maar A heeft gerechtvaardigd vertrouwen.
art. 3:35 BW erg belangrijk
● welke algemene voorwaarden zijn overeengekomen?
mogelijke oplossingen tegen the battle of forms
- er zijn geen algemene voorwaarden overeengekomen
- de voorwaarden van A zijn overeengekomen
- de voorwaarden van B zijn overeengekomen
- de voorwaarden van A en B zijn overeengekomen
- voor zover de door A en B gebruikte voorwaarden gelijklijdend zijn, zijn die
voorwaarden overeengekomen
- Voor het overige gelden noch de voorwaarden van A noch die van B en zullen
eventuele leemtes door de rechter moeten worden aangevuld.
in nederland staat de oplossing in de wet → art. 6:225 lid 3 BW
- de voorwaarden van A zijn overeengekomen, tenzij B bij de aanvaarding van het
aanbod van A zijn eigen algemene voorwaarden van toepassing heeft verklaard,
onder uitdrukkelijke verwerping van de voorwaarden van A
stel: B wijst de algemene voorwaarden van A uitdrukkelijk van de hand conform art. 6:225 lid
3 BW, hoe loopt het dan af?
- art 6:225 lid 1 BW
- B verwerpt daarmee het aanbod van A en doet zelf een nieuw aanbod
- er is met de ‘afwijkende aanvaarding’ door B dus nog geen overeenkomst tot stand
gekomen
‘’wie schrijft, die blijft’’ regel
- art. 6:225 lid 2 BW
, - in theorie zouden de voorwaarden slechts op ondergeschikte punten van elkaar
kunnen verschillen
- in dat geval zou een overeenkomst tot stand komen op basis van de voorwaarden
van B, tenzij A daar onverwijld bezwaar tegen zou maken
→ theoretische oplossing
● vernietigbaarheid van algemene voorwaarden
om een beroep te kunnen doen op de vernietigbaarheid van bedingen algemene
voorwaarden:
- moet vaststaan dat partijen gebondenheid aan de algemene voorwaarden zijn
overeengekomen
- anders kunnen we namelijk niet toekomen aan de vraag of een beding in die
algemene voorwaaren eventueel vernietigbaar is
- een beding in die algemene voorwaarden is vervolgens in twee gevallen
vernietigbaar, zie art. 6:233 BW
- omdat gebruiker zijn informatieplicht met betrekking tot die algemene
voorwaarden niet goed heeft nageleefd → zie art. 6:233 sub b juncto art. 6:234
BW
- omdat het beding onredelijk bezwarend is voor de wederpartij → zie art.
6:233 sub a juncto (eventueel) art. 6:236 en 6:237 BW
Welke wederpartijen van gebruikers van algemene voorwaarden kunnen eventueel op deze
vernietigingsgronden een beroep doen?
type wederpartijen
● consumenten
● ondernemingen
- ‘grote’ ondernemingen
- ‘kleine’ ondernemingen
stappenplan
1. is de wederpartij een consument (zie art. 6:236 en 6:237 BW)?
- indien ja, dan kan de wederpartij een beroep doen op alle artikelen ( art.
6:233, 6:234, 6:236 en 6:237 BW)
2. is de wederpartij een ‘grote’ onderneming (zie criteria art. 6:235 lid 1 BW)?
- indien ja, dan kan de wederpartij geen beroep doen op de bovenstaande
artikelen
- indien nee, dan is de wederpartij een ‘kleine’ onderneming en kan zij alleen
een beroep doen op art. 6:233 en 6:234 BW; daarnaast kan in het kader van
een beroep op art. 6:233 sub a BW eventueel ook nog reflexwerking
toekomen aan art. 6:236 en 6:237 BW
- behoudens het bepaalde in art. 6:235 lid 3 BW
