INHOUD
Hoofdstuk 1: inleiding 2
Hoofdstuk 2: Onderworpen vennootschappen, vennootschapsbelasting 5
Hoofdstuk 3: Algemene bepalingen en winstbegrip 6
Hoofdstuk 4: Belastinggrondslag 8
Hoofdstuk 5: Vrijgestelde inkomsten 11
Hoofdstuk 6: Vaststelling van het netto-inkomen, personenbelasting 15
Hoofdstuk 7: Vaststelling van het netto-inkomen, vennootschapsbelasting 24
Hoofdstuk 8: Ontbinding en vereffening 34
Hoofdstuk 9: berekening van de belastingen 35
1
,Hoofdstuk 1: inleiding
1. Belangrijkste fiscale wetboeken
- Directe belastingen
o Periodebelasting: alle verdiensten belasten van in een vol jaar
o Onroerende inkomsten: alle huur van een bepaald jaar belasten
o Federaal en regionaal
o Wetboek: wetboek inkomensbelastingen
Personenbelasting:
Personen (fiscaal president)
Zijn belastbaar op persoonlijk inkomen in België
Onroerende inkomsten: inkomen verhuur onroerende goederen -
Kadastraal inkomen: elk ongebouwd en gebouwd goed, 60% van de
jaarhuur die het pand opbracht in 1975
Roerende inkomsten:
o Niet allemaal belastbaar, vb. verkopen na 5 jaar verhuur
o Dividenden en interesten, bemeubelde verhuur onroerend goed
Beroepsinkomsten – uit arbeid
o Wordt massaal belast in België
o Doordat het boek uit 1964 en niet echt is gemoderniseerd
o Bezoldigingen: bedrijfsleider (wel onder vennootschap) en
loontrekkenden
o Pensioenen: lagere belasting
o Winsten: andere zelfstandigen
o Baten: vrije beroepen vb. dokter, advocaat …
Diverse inkomsten: aparte verrichtingen
vb. onderhoudsgeld na scheiding of voor kind, verwerving van huis en
verkopen binnen 5 jaar
Vennootschapsbelastingen: ruimer dan alleen belasten van
vennootschappen, rechtspersonen die een winstgevend doel hebben
Rechtspersonenbelasting
Belasting niet-inwoners: belasting betalen in het land waar men winst
maakt vb. Nederlandse vennootschap in België
- Indirecte belastingen
o Belasten een verrichting
o Niet tijdsgebonden
o 1 Belasting over de toegevoegde waarde (BTW)
Verbruiksbelasting
Europees product: elk land moet een deel van de btw-opbrengsten afstaan
aan de Europese Unie, dit is één van hun belangrijkste inkomsten
Is nog steeds verschillend per land, en is heel complex
o 2 Vlaamse codex fiscaliteit
Heel erg uitgebreid
Registratiebelasting
Erfbelasting: belasting op de erfenis, door de erfgenamen
Schenkbelasting:
Iets lager als successierechten
Verschillende tarieven voor roerende en onroerende goederen
3% in rechte lijn, 7% door andere personen
Vlabel: Vlaamse belastingdienst, op site zijn ook alle belastingen terug te
vinden
2
, o 3 Douane en accijnzen
Accijnzen: op fossiele brandstoffen
Belangrijke bron van inkomsten voor de overheid
- Wetboek van de met inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen
o Belasting op de werknemersparticipatie is niet geregulariseerd – uitkeringen die
werkgevers kunnen doen aan werknemers vb.winstuitkering
o Verkeersbelasting op autovoertuigen
o Belasting op spelen en weddenschappen
o Belasting op de automatische ontspanningstoestellen
o Belasting op de inverkeerstelling
o Inkomensbelasting is extreem hoog bij ons, wat wordt gecompenseerd door
extra voordelen zoals auto, winstuitkering … omdat die minder belast worden
- Internationale verdragen
o Hangt samen met territorialiteitsbeginsel
o Land waar men werkt en land waar men woont wordt je allebei belast ->
afspreken welk land heffingsbevoegdheid heeft
o OESO bepaalt dit -> belangrijke organisatie tegen belastingontduiking
2. Adviezen van het HRF
- HRF: hoge raad van financiën
- 2 grote entiteiten: financieringsbehoeften overheid & fiscaliteit en parafiscaliteit
- Een taks shifting ten voordele van arbeid en bredere belastinggrondslagen
o Gebruikt door Michel I in regeringsvorming
o België is tweede land met hoogste belastingsdruk
o Hoger dan ons: Denemarken
o Probleem in België fiscaliteit: weinig inkomsten uit belasting op consumptie,
heel veel uit arbeid en kapitaal -> consumptie wordt te weinig belast, btw
schiet tekort
o Mogelijkheid om consumptie meer te belasten: dure auto’s meer belasten
- Verlaging van de lastendruk op arbeid en mogelijkheden voor de financiering ervan
o Grote politieke moed nodig om de structuur van de inkomensbelasting te
veranderen
o Kan niet anders op termijn door minder inkomensbelasting en meer andere
belastingen
o Vermogenswinstbelasting: wat je verdient met je vermogen belasten
vb. onroerende goederen, dividenden, interesten
o Meerwaarden op de verkoop van aandelen zouden bijna niets opbrengen en
mensen zouden ook minder daarin investeren
o Huishoudens betalen het meest belastingen
3. Primauteit boekhoudrecht en structuur vennootschapsbelasting
- Belastbare winst wordt vastgesteld overeenkomstig de Belgische wetgeving met
betrekking tot de boekhoudkundige verplichtingen van ondernemingen
- Boekhoudrecht primeert op het fiscaal recht tenzij het fiscaal recht ervan afwijkt
- Structuur samenstelling belastbare basis
o Fiscaal resultaat
Reservebeweging vertrekt van eigen vermogen in jaarrekening
Verworpen uitgaven
Dividenduitkering
o Resterend resultaat volgens oorsprong
Bij verdrag vrijgesteld
3
Hoofdstuk 1: inleiding 2
Hoofdstuk 2: Onderworpen vennootschappen, vennootschapsbelasting 5
Hoofdstuk 3: Algemene bepalingen en winstbegrip 6
Hoofdstuk 4: Belastinggrondslag 8
Hoofdstuk 5: Vrijgestelde inkomsten 11
Hoofdstuk 6: Vaststelling van het netto-inkomen, personenbelasting 15
Hoofdstuk 7: Vaststelling van het netto-inkomen, vennootschapsbelasting 24
Hoofdstuk 8: Ontbinding en vereffening 34
Hoofdstuk 9: berekening van de belastingen 35
1
,Hoofdstuk 1: inleiding
1. Belangrijkste fiscale wetboeken
- Directe belastingen
o Periodebelasting: alle verdiensten belasten van in een vol jaar
o Onroerende inkomsten: alle huur van een bepaald jaar belasten
o Federaal en regionaal
o Wetboek: wetboek inkomensbelastingen
Personenbelasting:
Personen (fiscaal president)
Zijn belastbaar op persoonlijk inkomen in België
Onroerende inkomsten: inkomen verhuur onroerende goederen -
Kadastraal inkomen: elk ongebouwd en gebouwd goed, 60% van de
jaarhuur die het pand opbracht in 1975
Roerende inkomsten:
o Niet allemaal belastbaar, vb. verkopen na 5 jaar verhuur
o Dividenden en interesten, bemeubelde verhuur onroerend goed
Beroepsinkomsten – uit arbeid
o Wordt massaal belast in België
o Doordat het boek uit 1964 en niet echt is gemoderniseerd
o Bezoldigingen: bedrijfsleider (wel onder vennootschap) en
loontrekkenden
o Pensioenen: lagere belasting
o Winsten: andere zelfstandigen
o Baten: vrije beroepen vb. dokter, advocaat …
Diverse inkomsten: aparte verrichtingen
vb. onderhoudsgeld na scheiding of voor kind, verwerving van huis en
verkopen binnen 5 jaar
Vennootschapsbelastingen: ruimer dan alleen belasten van
vennootschappen, rechtspersonen die een winstgevend doel hebben
Rechtspersonenbelasting
Belasting niet-inwoners: belasting betalen in het land waar men winst
maakt vb. Nederlandse vennootschap in België
- Indirecte belastingen
o Belasten een verrichting
o Niet tijdsgebonden
o 1 Belasting over de toegevoegde waarde (BTW)
Verbruiksbelasting
Europees product: elk land moet een deel van de btw-opbrengsten afstaan
aan de Europese Unie, dit is één van hun belangrijkste inkomsten
Is nog steeds verschillend per land, en is heel complex
o 2 Vlaamse codex fiscaliteit
Heel erg uitgebreid
Registratiebelasting
Erfbelasting: belasting op de erfenis, door de erfgenamen
Schenkbelasting:
Iets lager als successierechten
Verschillende tarieven voor roerende en onroerende goederen
3% in rechte lijn, 7% door andere personen
Vlabel: Vlaamse belastingdienst, op site zijn ook alle belastingen terug te
vinden
2
, o 3 Douane en accijnzen
Accijnzen: op fossiele brandstoffen
Belangrijke bron van inkomsten voor de overheid
- Wetboek van de met inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen
o Belasting op de werknemersparticipatie is niet geregulariseerd – uitkeringen die
werkgevers kunnen doen aan werknemers vb.winstuitkering
o Verkeersbelasting op autovoertuigen
o Belasting op spelen en weddenschappen
o Belasting op de automatische ontspanningstoestellen
o Belasting op de inverkeerstelling
o Inkomensbelasting is extreem hoog bij ons, wat wordt gecompenseerd door
extra voordelen zoals auto, winstuitkering … omdat die minder belast worden
- Internationale verdragen
o Hangt samen met territorialiteitsbeginsel
o Land waar men werkt en land waar men woont wordt je allebei belast ->
afspreken welk land heffingsbevoegdheid heeft
o OESO bepaalt dit -> belangrijke organisatie tegen belastingontduiking
2. Adviezen van het HRF
- HRF: hoge raad van financiën
- 2 grote entiteiten: financieringsbehoeften overheid & fiscaliteit en parafiscaliteit
- Een taks shifting ten voordele van arbeid en bredere belastinggrondslagen
o Gebruikt door Michel I in regeringsvorming
o België is tweede land met hoogste belastingsdruk
o Hoger dan ons: Denemarken
o Probleem in België fiscaliteit: weinig inkomsten uit belasting op consumptie,
heel veel uit arbeid en kapitaal -> consumptie wordt te weinig belast, btw
schiet tekort
o Mogelijkheid om consumptie meer te belasten: dure auto’s meer belasten
- Verlaging van de lastendruk op arbeid en mogelijkheden voor de financiering ervan
o Grote politieke moed nodig om de structuur van de inkomensbelasting te
veranderen
o Kan niet anders op termijn door minder inkomensbelasting en meer andere
belastingen
o Vermogenswinstbelasting: wat je verdient met je vermogen belasten
vb. onroerende goederen, dividenden, interesten
o Meerwaarden op de verkoop van aandelen zouden bijna niets opbrengen en
mensen zouden ook minder daarin investeren
o Huishoudens betalen het meest belastingen
3. Primauteit boekhoudrecht en structuur vennootschapsbelasting
- Belastbare winst wordt vastgesteld overeenkomstig de Belgische wetgeving met
betrekking tot de boekhoudkundige verplichtingen van ondernemingen
- Boekhoudrecht primeert op het fiscaal recht tenzij het fiscaal recht ervan afwijkt
- Structuur samenstelling belastbare basis
o Fiscaal resultaat
Reservebeweging vertrekt van eigen vermogen in jaarrekening
Verworpen uitgaven
Dividenduitkering
o Resterend resultaat volgens oorsprong
Bij verdrag vrijgesteld
3