Samenvatting Hoofdstuk 3: Basis - Fundamentals of Programming Boek

FUNDAMENTALS OF PROGRAMMING: CURSUS
BASIS

PROGRAMMEERSTIJL: IDENTATIE EN CODEBLOKKEN

 Programmeercode bestaat uit een combinatie van basis-structuren
 Om structureel verband tussen programmeercomponenten visueel te
benadrukken  identatie & codeblokken
CODEBLOK = groep van programmeeropdrachten, omgeven door accolades
 i.p.v. alle opdrachten rechtlijnig onder elkaar te schrijven laten we elke regel
code inspringen t.o.v. het omvattende codeblok
 NEXT-LINE STIJL
 END OF LINE STIJL

BASISTRUCTUREN

SEQUENTIE = bij een sequentie worden opeenvolgende opdrachten van boven
naar onder na elkaar uitgevoerd  volgorde van opdrachten = belangrijk
SELECTIE
 EENZIJDIGE SELECTIE (if-statement) : bijhorende blok van opdrachten
wordt enkel uitgevoerd als resultaat van selectievoorwaarde TRUE is, anders
gebeurt er niets
 TWEEZIJDIGE SLECTIE (if-else statement) : bijhorende blok opdrachten voor
het ELSE statement wordt enkel uitgevoerd als de selectievoorwaarde TRUE is,
anders wordt de code na het ELSE-statement uitgevoerd
 CONDITIONELE OPERATOR (verkorte if-else notatie) :
 bv.  return score >= 10 ? “geslaagd” :”niet geslaagd”;  (meestal
niet gebruikt)
 GENESTE SELECTIE-STRUCTUREN : meer dan 2 geveallen onderscheiden 
plaatsen van selectie binnen een andere selectie
HERHALING