100% de satisfacción garantizada Inmediatamente disponible después del pago Tanto en línea como en PDF No estas atado a nada 4.2 TrustPilot
logo-home
Resumen

Samenvatting Recht - blok 8

Puntuación
4.0
(1)
Vendido
7
Páginas
13
Subido en
03-06-2014
Escrito en
2013/2014

Tentamen rechten blok 8 voor Bedrijfskunde MER Avans Hogeschool

Institución
Grado









Ups! No podemos cargar tu documento ahora. Inténtalo de nuevo o contacta con soporte.

Libro relacionado

Escuela, estudio y materia

Institución
Estudio
Grado

Información del documento

¿Un libro?
No
¿Qué capítulos están resumidos?
Stof blok 8
Subido en
3 de junio de 2014
Número de páginas
13
Escrito en
2013/2014
Tipo
Resumen

Temas

Vista previa del contenido

Recht
Een internationale overeenkomst is een overeenkomst die met meerdere rechtstelsels verbonden is.
Partijen wonen/zijn gevestigd in verschillende landen.
Art. 3 lid 1 Rome I-VoPartijen mogen zelf bepalen welk rechtssysteem van toepassing is. Dit kan
uitdrukkelijk of stilzwijgend.

Als er geen duidelijke rechtskeuze is gemaakt. Er moet dan worden gekeken naar de kenmerkende
prestatie van de overeenkomst. Op grond hiervan wordt de rechtskeuze bepaald.

Europese verordening wettelijke regeling van de Europese unie die geldt voor ieder EU land.

Art. 9 lid 1 Rome I-Vo/Altani arrest als een internationale overeenkomst in aanraking komt met
Nederlands recht, dan moeten bepaalde dwingende bepalingen worden nageleefd als dit van belang
is voor het land. de Nederlandse rechter kan rekening houden met conflicterend dwingend recht van
het buiteland.

Art. 1 en 2 WkV het Weens koopverdrag is automatisch van toepassing tussen professionele
partijen die een koopovereenkomst sluiten.

Art. 8 lid 2 Rome I-Vo Bij een internationale arbeidsovereenkomst staat de rechtskeuze van de
partijen voorop. Als deze keuze niet gemaakt is, dan geldt de wet van het land waar de werknemer
zijn werk verricht. Als dit niet voldoet, dan wordt er gekeken waar de werkgever is gevestigd (lid 3).
Bij onvrijwillig ontslag krijgen artikel 6 en artikel 9 BBA voorrang op andere internationale regels.

Er zijn over het algemeen 4 rechtstelsels
 Common Law rechtsstelsel bestaat al, maar de rechter moet er achter zien te komen wat
het recht is volgens de mensen. Er wordt per situatie gekeken wat de maatschappij recht
vindt.
 Civil Law systeem gebaseerd op wetgeving
 Islamic Law gebaseerd op de koran
 Far-Eastern Law conflicten vermijden. Anders proberen er samen uit te komen.

Hoofdstuk 5
Europees recht het recht dat geldt voor alle EU lidstaten. Er wordt recht gesproken aan de hand
van verdragen, verordeningen, richtlijnen, beschikkingen en jurisprudentie.

verdragen
Het EU verdrag staat boven de wetten van de lidstaten. In het verdrag is bepaald dat lidstaten
bevoegdheden hebben gegeven aan de Europese Unie. Als het gemeenschapsrecht tegenstrijdig is
met het nationaal recht, dan geldt het gemeenschapsrecht. Het EU verdrag heeft een supranationaal
karakter.

Aan de hand van het arrest Van Gend en Loos heeft het Hof geformuleert dat EU-verdragen
rechtstreeks voor burgers gelden als de regels:
 Onvoorwaardelijk zijn geformuleerd
 De inhoud volledig is
 Juridisch perfect zijn en er geen handelingen van lidstaten meer nodig zijn

, Verordeningen
Europese verordeningen hebben dezelfde werking als de wet van een lidstaat. Verordeningen
hebben een algemene strekking die van toepassing is op alle lidstaten. Een verordening is een
verordening als hij gelijk is aan artikel 288 VwEU:
 Een verordening heeft een algemene strekking
 Een verordening verbindt in alle onderdelen
 Een verordening is van toepassing op iedere lidstaat

Een verordening bevat sancties om nakoming te verzekeringen. Een verordening heeft voorrang op
het nationaal recht.
Art. 67 jo. 81 VwEU de EU mag verordening uitvaardigen van privaatrecht. Deze verordeningen
gelden voor iedere lidstaat met uitzondering van Groot-Brittannië, Ierland en Denemarken

Richtlijnen
Handeling gericht op één of meerdere lidstaten. Zij krijgen een verplichting opgelegd. De richtlijn is
verbindend ten aanzien van de neergelegde verplichting (art. 288 VwEU). Alle overheidsinstanties
moeten meewerken (art. 4 lid 3 VwEU). Het doel is om de nationale wetgeving aan te passen tot
overeenstemming van de Europese Unie.

Beschikking
Op grond van algemene regels van de EU wordt een beslissing genomen. Het is verbindend voor de
lidstaat of burger tegen wie het uitdrukkelijk gericht is (art. 249 EG-verdrag).

Niet ieder land heeft de zelfde wetten. Bij oprichting van de EU kwamen er afspraken op dat gebied.
Bij de lidstaten ontstond de behoefte dat de EU verdragen getoetst moesten worden. De instantie
die dit moest doen was het Hof van Justitie. (art. 19 VwEU).
Het Hof van Justitie beslecht geschillen tussen de Europese unie, de lidstaten en de burgers.

Het Hof heeft 3 bevoegdheden:
 Berechting van geschillen Het Hof van Justitie is de hoofste rechtsinstantie. Er is geen
hoger beroep mogelijk. De nationale rechter moet het Europees recht toepassen en het
nationaal recht achterwegen laten daar waar conflicten ontstaan tussen de twee
rechtsregels. Nationale rechters mogen vragen voorleggen aan het Hof (art. 267 VwEU)
 Uitbrengen van bindend advies
 Geven van prejudiciële beslissingen handhaving van het recht (art. 267 VwEU). De vragen
die de nationale rechter heeft over het recht worden beantwoord. Dit antwoord is bindend
(blz. 70).

Het doel van het Hof van Justitie is dat het Hof en de nationale rechter samen werken aan een
beslissing waardoor de uniforme toepassing van het gemeenschapsrecht in alle lidstaten
gewaarborgd word.

Typerend aan de EU is dat er vrijheid is in:
 Verkeer van goederen (art.36-42 VwEU) kwantitatieve beperkingen van verkeer van
goederen tussen lidstaten is verboden. Ook de maatregelen die een gelijkwaardige werking
hebben zijn niet toegestaan.
 Verkeer van werknemers (art. 45 VwEU) werknemers mogen in een lidstaat werken
onder de zelfde voorwaarden als in hun eigen lidstaat.
 Vrijheid van vestiging (art. 49 VwEU) toegang tot werkzaamheden anders dan in
loondienst en uitoefening daarvan in een andere lidstaat
 Vrij verrichting van diensten (art. 56 VwEU) uitoefening anders dan loondienst waarvoor
tijdelijk verblijf in een andere lidstaat nodig is.
$4.22
Accede al documento completo:

100% de satisfacción garantizada
Inmediatamente disponible después del pago
Tanto en línea como en PDF
No estas atado a nada


Documento también disponible en un lote

Reseñas de compradores verificados

Se muestran los comentarios
8 año hace

4.0

1 reseñas

5
0
4
1
3
0
2
0
1
0
Reseñas confiables sobre Stuvia

Todas las reseñas las realizan usuarios reales de Stuvia después de compras verificadas.

Conoce al vendedor

Seller avatar
Los indicadores de reputación están sujetos a la cantidad de artículos vendidos por una tarifa y las reseñas que ha recibido por esos documentos. Hay tres niveles: Bronce, Plata y Oro. Cuanto mayor reputación, más podrás confiar en la calidad del trabajo del vendedor.
Japie Avans Hogeschool
Seguir Necesitas iniciar sesión para seguir a otros usuarios o asignaturas
Vendido
194
Miembro desde
13 año
Número de seguidores
69
Documentos
7
Última venta
2 año hace

3.7

26 reseñas

5
2
4
16
3
7
2
1
1
0

Recientemente visto por ti

Por qué los estudiantes eligen Stuvia

Creado por compañeros estudiantes, verificado por reseñas

Calidad en la que puedes confiar: escrito por estudiantes que aprobaron y evaluado por otros que han usado estos resúmenes.

¿No estás satisfecho? Elige otro documento

¡No te preocupes! Puedes elegir directamente otro documento que se ajuste mejor a lo que buscas.

Paga como quieras, empieza a estudiar al instante

Sin suscripción, sin compromisos. Paga como estés acostumbrado con tarjeta de crédito y descarga tu documento PDF inmediatamente.

Student with book image

“Comprado, descargado y aprobado. Así de fácil puede ser.”

Alisha Student

Preguntas frecuentes