SOCIAAL ONDERNEMEN
INTRODUCTIELES
ONDERNEMEN: INVLOED MAATSCHAPPIJ
EVOLUTIE VAN MANAGEMENTMODELLEN
De maatschappij wordt beïnvloed door wat er gebeurd, de waarden en normen op dat
moment
- Reductie van complexe werkelijkheid
- Afspiegeling van samenleving
- Constante vernieuwing
o Levenslang leren
1900-1925: RATIONEEL-DOELMODEL
Doel: WINST EN PRODUCTIVITEIT
Leider: harde bestuurder en producent
Symbool:
- Periode van uitbundige groei en voortuitgang, die leidde tot grote welvaart roaring
twenties. Productie werd gekenmerkt door overvloed aan productiemiddelen,
goedkope arbeidskrachten en economisch beleid gebaseerd op laissez-faire.
- Voor verkopers gunstige periode (konden meer verkopen), maar zwaar voor
gewone werkmens
- Technologische was er een tijd van uitvindingen en innovatie en werd enorme
vooruitgang geboekt in zowel landbouw als industrie.
- Veel financiële problemen.
- Arbeiders werden in de fabrieken vaak blootgesteld aan zware en primitieve
omstandigheden
- Nog nauwelijks tot geen vakbonden of beleid van overheid
Henry Ford: ontdekte de loopband
- Van 93 dagen om auto te maken naar 93 minuten
- In 6 jaar steeg het marktaandeel van nog geen 10% tot bijna 50%
- De wagens werden daardoor ook voor middenklasse beschikbaar
Het sociaal darwinisme, geloof in survival of the fittest, was in deze periode een
algemeen aanvaarde denkrichting. Er waren arbeiders in overvloed, dus enkel de
beste/meest productieve mochten blijven.
Er werd niet emotioneel beslist. Iemand werkt niet goed of heeft het moeilijk, is direct
buitensmijten. Er werd niet gedacht aan de mens erachter. Bij het nemen van
beslissingen worden het eindresultaat en de winst in overweging genomen.
Relationeel economisch klimaat
Periode wordt gekenmerkt door opkomst van grote individuele industriële leiders. Doel-
middelentheorie gaat uit van de overtuiging dat duidelijke leiding productieve resultaten
oplevert.
,Daarom voortdurend nadruk op processen als het verhelderen van doelen, rationele
analyse en handelend optreden.
1900-1925: INTERN PROCES MODEL
Doel: EFFICIËNTIE VAN DE WERKSTROOM
Leider: contoleur en coördinator
Mocht geen tijd verliezen aan twijfel of onduidelijkheid
Symbool:
Doel-middelentheorie is gebaseerd op overtuiging dat tot stand brengen van routines
leidt tot stabiliteit.
Nadruk wordt gelegd op processen zoals omschrijving van verantwoordelijkheden,
metingen, documentatie en het bijhouden van registratie.
Klimaat in organisatie: hiërarchisch + alle beslissingen weerspiegelen bestaande regels,
structuren en tradities
1926-1950: HUMAN-RELATIONSMODEL
Doel:
Leider: mentor en stimulator
Symbool:
Gigantische beurscrash (1929) en WOII hadden grote invloed op het leven.
Rijken waren hun geld kwijt, Enorm veel mensen hun job kwijt
Konden fabrieken niet meer onthouden, overal armoede
Mensen die toen in fabrieken werkten hadden een oorlog meegemaakt, ze waren
geen slaafjes meer. Ze hadden al iets voor het land gedaan.
Technologische vooruitgang zou verder gaan op alle gebieden, maar in bijzonder in de
sectoren landbouw, vervoer en consumentengoederen
In periode 1926-1950 werden aantal fundamentele veranderingen in structuur van
samenleving geleidelijk duidelijk. Vakbonden werden een belangrijke kracht.
- Ze richten zich op de hoogte vd lonen
- Zorgden ervoor dat arbeiders steeds meer geld naar huis konden nemen
Mannen gingen werken en vrouwen zorgden voor het huishouden en kinderen
IR zorgden voor arb(denk ontstaan stofzuiger, frigo, wasmachine…)
Vrouwen kregen plots tijd om ook nog anderen dingen te doen, ze droegen nog meer bij
tot de economie
= inzet, samenhang en moreel
Het was niet meer gewoon werken voor de centen, ook belangrijk om overeen te komen
met collega’s, aandacht van leidinggevende….
,Lichtexperiment: zowel met veel licht als weinig licht werd er beter gewerkt. Dit omdat er
naar hun dag werd gevraagd, naar hun mening over het licht etc.
Participatie- consensus- teamgerichtheid
Grote economische strijd tussen China en USA:
1969 landing op de maan, iedereen zat achter een televisie. Dat ze dit live konden volgen
was fenomenaal
In jaren ’70: olie embargo
Veel overheden moesten toen enorme schulden maken dat niet opnieuw alle fabrieken
moesten sluiten
Alles stond op losse schroeven
- In huiskamers werd televisie mogelijk
- Informatie werd beschikbaar
o Eerste laptop werd ontwikkeld
o We waren geen ongeleerde, onwetende en ongeletterde wezens meer
Vietnam oorlog: normaal als helden beschouwd, maar de horrors van de oorlog kwamen
nu tot in de huiskamers
Er werd meer geprotesteerd, opkomen voor rechten
1951-1975: OPEN-SYSTEEMMODEL
Er zijn zoveel verandering, dat we veel en snel gaan moeten schakelen
= aanpassingsvermogen & externe ondersteuning
Symbool: amoebes, micro organisme dat zich enorm snel aanpast
Je moest heel innovatief en flexibel zijn
Leidinggevende: innovator en bemiddelaar
- Bemiddelen tussen al die vernieuwingen en de noden van de mensen die er
werkten
Hiervoor: soviet regime
1989 valt de berlijnse muur
Er ontstond toenadering tussen oost en west
1991: Soviet rijk valt uit elkaar
Dragen we nog steeds gevolgen van
Verkiezingen in landen zoals orkraine zijn nog steeds zeer verhit
1976-HEDEN: EN/ÉN VOORONDERSTELLINGEN
Alle gezien modellen moet je gebruiken om in onze maatschappij voldoende te
ondernemen en ondersteunen
- Aantrekken, houden, ontwikkelen van mensen
- Je moet strategisch denken (waar spelen we op in, waarin niet?)
, - Innovatie
- Waarborgen prestatiegericht klimaat
- Verbeteren van klanttevredenheid
Evenwicht tussen alle modellen!
Heden:
Al deze elementen moeten in bedrijf, leidinggevende… aanwezig zijn
• Timemanagement en stressbeheersing
• Concurrentie voorblijven
• Leven en werk in balans houden
• Interne processen verbeteren
• Innovatie stimuleren
• Hybride werken
Alles samengevoegd in 1 persoon = ondernemende coachende manager
SAMENGEVAT
Rationeel doel Intern proces Human Open systemen
relations
Symbool $ ∆ ○
Criteria Productiviteit, Stabiliteit, Inzet, Aanpassingsvermo
voor winst continuïteit samenhang, gen, externe
effectivitei moreel ondersteuning
t
Doel- Duidelijke De overtuiging dat De Continue
middelen- richting leidt routines tot overtuiging aanpassing en
theorie tot productieve stabiliteit leiden dat innovatie leiden tot
resultaten betrokkenhe het verwerven en
id tot inzet onderhouden van
leidt externe middelen
Nadruk Verduidelijking Verantwoordelijkhe Participatie, Politieke
van doelen, den vastleggen, oplossen aanpassing,
rationele metingen, van creatieve
analyse en documentatie conflicten, probleem-
handelend consensus oplossing,
optreden bereiken innovatie,
management van
vernadering
Klimaat Rationele Hiërarchisch Teamgericht Innovatief, flexibel
economie: de
eindresultaten
Rol van Bestuurder en Controleur en Mentor en Innovator en
manager producent coördinator stimulator bemiddelaar
INTRODUCTIELES
ONDERNEMEN: INVLOED MAATSCHAPPIJ
EVOLUTIE VAN MANAGEMENTMODELLEN
De maatschappij wordt beïnvloed door wat er gebeurd, de waarden en normen op dat
moment
- Reductie van complexe werkelijkheid
- Afspiegeling van samenleving
- Constante vernieuwing
o Levenslang leren
1900-1925: RATIONEEL-DOELMODEL
Doel: WINST EN PRODUCTIVITEIT
Leider: harde bestuurder en producent
Symbool:
- Periode van uitbundige groei en voortuitgang, die leidde tot grote welvaart roaring
twenties. Productie werd gekenmerkt door overvloed aan productiemiddelen,
goedkope arbeidskrachten en economisch beleid gebaseerd op laissez-faire.
- Voor verkopers gunstige periode (konden meer verkopen), maar zwaar voor
gewone werkmens
- Technologische was er een tijd van uitvindingen en innovatie en werd enorme
vooruitgang geboekt in zowel landbouw als industrie.
- Veel financiële problemen.
- Arbeiders werden in de fabrieken vaak blootgesteld aan zware en primitieve
omstandigheden
- Nog nauwelijks tot geen vakbonden of beleid van overheid
Henry Ford: ontdekte de loopband
- Van 93 dagen om auto te maken naar 93 minuten
- In 6 jaar steeg het marktaandeel van nog geen 10% tot bijna 50%
- De wagens werden daardoor ook voor middenklasse beschikbaar
Het sociaal darwinisme, geloof in survival of the fittest, was in deze periode een
algemeen aanvaarde denkrichting. Er waren arbeiders in overvloed, dus enkel de
beste/meest productieve mochten blijven.
Er werd niet emotioneel beslist. Iemand werkt niet goed of heeft het moeilijk, is direct
buitensmijten. Er werd niet gedacht aan de mens erachter. Bij het nemen van
beslissingen worden het eindresultaat en de winst in overweging genomen.
Relationeel economisch klimaat
Periode wordt gekenmerkt door opkomst van grote individuele industriële leiders. Doel-
middelentheorie gaat uit van de overtuiging dat duidelijke leiding productieve resultaten
oplevert.
,Daarom voortdurend nadruk op processen als het verhelderen van doelen, rationele
analyse en handelend optreden.
1900-1925: INTERN PROCES MODEL
Doel: EFFICIËNTIE VAN DE WERKSTROOM
Leider: contoleur en coördinator
Mocht geen tijd verliezen aan twijfel of onduidelijkheid
Symbool:
Doel-middelentheorie is gebaseerd op overtuiging dat tot stand brengen van routines
leidt tot stabiliteit.
Nadruk wordt gelegd op processen zoals omschrijving van verantwoordelijkheden,
metingen, documentatie en het bijhouden van registratie.
Klimaat in organisatie: hiërarchisch + alle beslissingen weerspiegelen bestaande regels,
structuren en tradities
1926-1950: HUMAN-RELATIONSMODEL
Doel:
Leider: mentor en stimulator
Symbool:
Gigantische beurscrash (1929) en WOII hadden grote invloed op het leven.
Rijken waren hun geld kwijt, Enorm veel mensen hun job kwijt
Konden fabrieken niet meer onthouden, overal armoede
Mensen die toen in fabrieken werkten hadden een oorlog meegemaakt, ze waren
geen slaafjes meer. Ze hadden al iets voor het land gedaan.
Technologische vooruitgang zou verder gaan op alle gebieden, maar in bijzonder in de
sectoren landbouw, vervoer en consumentengoederen
In periode 1926-1950 werden aantal fundamentele veranderingen in structuur van
samenleving geleidelijk duidelijk. Vakbonden werden een belangrijke kracht.
- Ze richten zich op de hoogte vd lonen
- Zorgden ervoor dat arbeiders steeds meer geld naar huis konden nemen
Mannen gingen werken en vrouwen zorgden voor het huishouden en kinderen
IR zorgden voor arb(denk ontstaan stofzuiger, frigo, wasmachine…)
Vrouwen kregen plots tijd om ook nog anderen dingen te doen, ze droegen nog meer bij
tot de economie
= inzet, samenhang en moreel
Het was niet meer gewoon werken voor de centen, ook belangrijk om overeen te komen
met collega’s, aandacht van leidinggevende….
,Lichtexperiment: zowel met veel licht als weinig licht werd er beter gewerkt. Dit omdat er
naar hun dag werd gevraagd, naar hun mening over het licht etc.
Participatie- consensus- teamgerichtheid
Grote economische strijd tussen China en USA:
1969 landing op de maan, iedereen zat achter een televisie. Dat ze dit live konden volgen
was fenomenaal
In jaren ’70: olie embargo
Veel overheden moesten toen enorme schulden maken dat niet opnieuw alle fabrieken
moesten sluiten
Alles stond op losse schroeven
- In huiskamers werd televisie mogelijk
- Informatie werd beschikbaar
o Eerste laptop werd ontwikkeld
o We waren geen ongeleerde, onwetende en ongeletterde wezens meer
Vietnam oorlog: normaal als helden beschouwd, maar de horrors van de oorlog kwamen
nu tot in de huiskamers
Er werd meer geprotesteerd, opkomen voor rechten
1951-1975: OPEN-SYSTEEMMODEL
Er zijn zoveel verandering, dat we veel en snel gaan moeten schakelen
= aanpassingsvermogen & externe ondersteuning
Symbool: amoebes, micro organisme dat zich enorm snel aanpast
Je moest heel innovatief en flexibel zijn
Leidinggevende: innovator en bemiddelaar
- Bemiddelen tussen al die vernieuwingen en de noden van de mensen die er
werkten
Hiervoor: soviet regime
1989 valt de berlijnse muur
Er ontstond toenadering tussen oost en west
1991: Soviet rijk valt uit elkaar
Dragen we nog steeds gevolgen van
Verkiezingen in landen zoals orkraine zijn nog steeds zeer verhit
1976-HEDEN: EN/ÉN VOORONDERSTELLINGEN
Alle gezien modellen moet je gebruiken om in onze maatschappij voldoende te
ondernemen en ondersteunen
- Aantrekken, houden, ontwikkelen van mensen
- Je moet strategisch denken (waar spelen we op in, waarin niet?)
, - Innovatie
- Waarborgen prestatiegericht klimaat
- Verbeteren van klanttevredenheid
Evenwicht tussen alle modellen!
Heden:
Al deze elementen moeten in bedrijf, leidinggevende… aanwezig zijn
• Timemanagement en stressbeheersing
• Concurrentie voorblijven
• Leven en werk in balans houden
• Interne processen verbeteren
• Innovatie stimuleren
• Hybride werken
Alles samengevoegd in 1 persoon = ondernemende coachende manager
SAMENGEVAT
Rationeel doel Intern proces Human Open systemen
relations
Symbool $ ∆ ○
Criteria Productiviteit, Stabiliteit, Inzet, Aanpassingsvermo
voor winst continuïteit samenhang, gen, externe
effectivitei moreel ondersteuning
t
Doel- Duidelijke De overtuiging dat De Continue
middelen- richting leidt routines tot overtuiging aanpassing en
theorie tot productieve stabiliteit leiden dat innovatie leiden tot
resultaten betrokkenhe het verwerven en
id tot inzet onderhouden van
leidt externe middelen
Nadruk Verduidelijking Verantwoordelijkhe Participatie, Politieke
van doelen, den vastleggen, oplossen aanpassing,
rationele metingen, van creatieve
analyse en documentatie conflicten, probleem-
handelend consensus oplossing,
optreden bereiken innovatie,
management van
vernadering
Klimaat Rationele Hiërarchisch Teamgericht Innovatief, flexibel
economie: de
eindresultaten
Rol van Bestuurder en Controleur en Mentor en Innovator en
manager producent coördinator stimulator bemiddelaar