Methodisch handelen Samenvatting
Ga de relatie aan met de cliënt: Leading from one step behind.
Vragen: ‘’wat is er veranderd sinds dat je de afspraak hebt gemaakt?” ‘wat deed je toen?’ ‘Hoe is
dat gebeurd?’
Breng focus aan: Laat de cliënt doelen stellen, en onderscheid maken in wat belangrijk is.
Vragen: ‘wat wil je voor het probleem in de plaats?’ ‘waaraan zul je merken dat je niet meer terug
hoeft te komen?’ of stel de wondervraag
Lok uit: zoek naar uitzonderingen, stel de wondervraag, schaal in hoever de cliënt al is en wat er voor
nodig is verder te komen.
Vragen: ‘wanneer is de gewenste toekomst al een beetje aanwezig?’ ‘wanneer is het probleem er
niet of minder?’ ‘wat is er dan anders aan die momenten?’ stel schaalvragen: ‘als de gewenste
situatie een 10 is en het tegenovergestelde een 0, waar zit u nu dan?’ ‘wat maakt dat het niet lager
is?’ ‘hoe ziet een cijfer hoger er uit voor u?’ ‘wat heeft u daar voor nodig?’
Plan: laat de cliënt verwoorden wat de verandering zal zijn. Concretiseer, maak haalbaar, iedere
kleine verandering is er één!
Vragen: vat samen, herhaal bij de client of het goed is wat je hebt gehoord en bespreek eventueel
een huiswerk suggestie of vraag om een volgende afspraak in te plannen.
Bezoekertypische relatie
Gestuurd door een ander
Bezoeker vindt dat hij geen probleem heeft en heeft geen hulpvraag
Context scheppen waarin een hulpvraag mogelijk wordt, ‘Wat wil je zelf bereiken in relatie
met mij (professional)?’
Erkenning en complimenten, erken ook dat iemand er niet wilt zijn
Wat wil de cliënt nu deze er toch is? ‘wat denkt de verwijzer dat je anders moet doen?’
‘wanneer hoef je hier niet meer terug te komen?’ ‘Wat moet er vandaag op de agenda
komen om in ieder geval te zeggen: daar heb ik wat aan’
Van wie is het idee om hier te komen?
Wat is jouw idee over wat we hier vandaag moeten bespreken?
Ben je het eens met de zorgen die de verwijzer zich over je maakt?
Wat denkt de verwijzer dat je hier zult moeten doen?
Wat moet je doen om de verwijzer ervan te overtuigen dat je hier niet meer terug hoeft te
komen?
wat zeg je zelf dat je minimaal anders kunt doen?
Wanneer was de laatste keer dat je dat deed? Als je besluit dat weer te doen wat zal dan
de eerste kleine stap zijn die je zet?
Waar hoop je op? Welk verschil zal dat maken?
, Klaagtypische relatie
Ervaart een probleem, maar ziet zichzelf niet als deel van de oplossing van het probleem
Erkenning en complimenten ‘Hoe houd je het vol?’
Vragen naar uitzondering ‘Wanneer is het probleem er niet of minder?’
Vragen naar de wensen ‘Waar hoop je op?’ ‘je hebt verteld over wat je niet wilt, maar wat
wil je wel?
Hoe is dit een probleem voor jou?
Wat geeft je het idee dat dit probleem kan worden opgelost?
Wat mag er beslist niet veranderen?
Op welk terrein wil je de meeste verbetering zien?
Wat heb je wel eens overwogen om te doen maar nog niet geprobeerd?
Wat heeft ze er tot nu toe doorheen geholpen?
Stel dat je zelf wel iets zou willen veranderen wat is dat dan?
Wat wil je minimaal bereiken?
Wat moet ik vooral niet doen en wat juist wel in vergelijking met de vorige professionals?
Hoe kan ik het beste met je samenwerken?
Klanttypische relatie
Ervaart een probleem en Is zelf een deel van de oplossing, zijn bereid iets aan het probleem
te doen
Doelen stellen ‘wat wil je voor het probleem in de plaats?’ ‘waar aan al je merken dat je
niet meer terug hoeft te komen?’ of stel de wondervraag
Hulpbronnen achterhalen, wie kan er in de omgeving helpen
Haalbare stappen, dus kijken wat er voor de volgende afspraak al verbeterd kan worden
Wat en wie kan nuttig zijn om je doel inzicht te houden?
Op een schaal van 10 tot nul wanneer krijgt dit gesprek in 8?
Als het probleem is opgelost wat zal er dan anders zijn of beter gaan?
Wat wil je nog meer bereiken?
Hoe ziet de gewenste toekomst eruit?
Wat doe je nu niet wat je dan wel zult doen?
Wanneer ben je op je best? En hoe ziet dat er precies uit?
Wat zal in teken zijn dat het een klein beetje beter gaat?
Hoe hoop je dat ik nuttig kan zijn?
Op welke vraag zou je vandaag het eerste een antwoord willen vinden?
Ga de relatie aan met de cliënt: Leading from one step behind.
Vragen: ‘’wat is er veranderd sinds dat je de afspraak hebt gemaakt?” ‘wat deed je toen?’ ‘Hoe is
dat gebeurd?’
Breng focus aan: Laat de cliënt doelen stellen, en onderscheid maken in wat belangrijk is.
Vragen: ‘wat wil je voor het probleem in de plaats?’ ‘waaraan zul je merken dat je niet meer terug
hoeft te komen?’ of stel de wondervraag
Lok uit: zoek naar uitzonderingen, stel de wondervraag, schaal in hoever de cliënt al is en wat er voor
nodig is verder te komen.
Vragen: ‘wanneer is de gewenste toekomst al een beetje aanwezig?’ ‘wanneer is het probleem er
niet of minder?’ ‘wat is er dan anders aan die momenten?’ stel schaalvragen: ‘als de gewenste
situatie een 10 is en het tegenovergestelde een 0, waar zit u nu dan?’ ‘wat maakt dat het niet lager
is?’ ‘hoe ziet een cijfer hoger er uit voor u?’ ‘wat heeft u daar voor nodig?’
Plan: laat de cliënt verwoorden wat de verandering zal zijn. Concretiseer, maak haalbaar, iedere
kleine verandering is er één!
Vragen: vat samen, herhaal bij de client of het goed is wat je hebt gehoord en bespreek eventueel
een huiswerk suggestie of vraag om een volgende afspraak in te plannen.
Bezoekertypische relatie
Gestuurd door een ander
Bezoeker vindt dat hij geen probleem heeft en heeft geen hulpvraag
Context scheppen waarin een hulpvraag mogelijk wordt, ‘Wat wil je zelf bereiken in relatie
met mij (professional)?’
Erkenning en complimenten, erken ook dat iemand er niet wilt zijn
Wat wil de cliënt nu deze er toch is? ‘wat denkt de verwijzer dat je anders moet doen?’
‘wanneer hoef je hier niet meer terug te komen?’ ‘Wat moet er vandaag op de agenda
komen om in ieder geval te zeggen: daar heb ik wat aan’
Van wie is het idee om hier te komen?
Wat is jouw idee over wat we hier vandaag moeten bespreken?
Ben je het eens met de zorgen die de verwijzer zich over je maakt?
Wat denkt de verwijzer dat je hier zult moeten doen?
Wat moet je doen om de verwijzer ervan te overtuigen dat je hier niet meer terug hoeft te
komen?
wat zeg je zelf dat je minimaal anders kunt doen?
Wanneer was de laatste keer dat je dat deed? Als je besluit dat weer te doen wat zal dan
de eerste kleine stap zijn die je zet?
Waar hoop je op? Welk verschil zal dat maken?
, Klaagtypische relatie
Ervaart een probleem, maar ziet zichzelf niet als deel van de oplossing van het probleem
Erkenning en complimenten ‘Hoe houd je het vol?’
Vragen naar uitzondering ‘Wanneer is het probleem er niet of minder?’
Vragen naar de wensen ‘Waar hoop je op?’ ‘je hebt verteld over wat je niet wilt, maar wat
wil je wel?
Hoe is dit een probleem voor jou?
Wat geeft je het idee dat dit probleem kan worden opgelost?
Wat mag er beslist niet veranderen?
Op welk terrein wil je de meeste verbetering zien?
Wat heb je wel eens overwogen om te doen maar nog niet geprobeerd?
Wat heeft ze er tot nu toe doorheen geholpen?
Stel dat je zelf wel iets zou willen veranderen wat is dat dan?
Wat wil je minimaal bereiken?
Wat moet ik vooral niet doen en wat juist wel in vergelijking met de vorige professionals?
Hoe kan ik het beste met je samenwerken?
Klanttypische relatie
Ervaart een probleem en Is zelf een deel van de oplossing, zijn bereid iets aan het probleem
te doen
Doelen stellen ‘wat wil je voor het probleem in de plaats?’ ‘waar aan al je merken dat je
niet meer terug hoeft te komen?’ of stel de wondervraag
Hulpbronnen achterhalen, wie kan er in de omgeving helpen
Haalbare stappen, dus kijken wat er voor de volgende afspraak al verbeterd kan worden
Wat en wie kan nuttig zijn om je doel inzicht te houden?
Op een schaal van 10 tot nul wanneer krijgt dit gesprek in 8?
Als het probleem is opgelost wat zal er dan anders zijn of beter gaan?
Wat wil je nog meer bereiken?
Hoe ziet de gewenste toekomst eruit?
Wat doe je nu niet wat je dan wel zult doen?
Wanneer ben je op je best? En hoe ziet dat er precies uit?
Wat zal in teken zijn dat het een klein beetje beter gaat?
Hoe hoop je dat ik nuttig kan zijn?
Op welke vraag zou je vandaag het eerste een antwoord willen vinden?