Hoofdstuk 1
Karl Marx: Veranderingen in (on)gelijkheid tussen groepen mensen
Emile Durkheim: Veranderingen in de sociale orde
Max Weber: Mensen gaan steeds rationeler met elkaar en de wereld om
Emile Durkheim – Franse Socioloog – zelfdoding, komt door invloed van de
samenleving
- Mannen, protestanten, welvarende mensen en ongehuwden veel meer dan,
vrouwen, katholieken, joden, arme mensen en gehuwden.
Sociale intergratie: Mensen met veel sterke sociale banden doen veel minder
snel aan zelfdoding, dan individualistische mensen
- Mannen meer vrijheid > meer kans op sociaal isolement > grotere kans op
zelfdoding
- Durkheims analyse blijft in stand
- Modernisering gekenmerkt door,
Arbeidsverdeling: gespecialiseerde economisch activiteit
Vroeger veel dezelfde werkzaamheden, nu veel meer gespecialiseerde rollen
- “Hoe is sociale (wan)order mogelijk?”
- Structureel functionalisme
Karl Marx - Duitse socioloog
Moderne samenleving staat gelijk aan kapitalisme
3 aspecten van Tönnies, Durkheim en Weber die het mogelijk maken om het
kapitalisme volledig tot ontwikkelen kan komen:
- Moderniteit de rol van de kleine gemeenschappen verminderde (Tönnies)
- Moderniteit de arbeidsverdeling in de hand werkte (Durkheim)
- Moderniteit een rationeel wereldbeeld in de hand werkte (Weber)
- “Hoe is sociale (on)gelijkheid mogelijk?”
- Conflictsociologie
Max Weber – Duiste Socioloog
Moderniteit: Een traditioneel wereldbeeld werd vervangen door een rationele
denkwijze.
- Moderne mens: de waarheid is het resultaat van rationele processen
- Moderne samenleving is ‘onttoverd’. Het rationele denken heeft mensen aan
het twijfelen gebracht over vaststaande waarheden. De moderne samenleving
keert zich af van goden.
- “Hoe werkt het proces van rationalisering van de wereld?”
- Symbolisch interactionisme
Mondiaal/globaal perspectief:
Het bestuderen van de wereld in zijn geheel en de plaats die onze samenleving
daarin inneemt.
Hoge-inkomenslanden:
Landen met de hoogste algemene levensstandaard
- Ong. 50 landen:
Zweden, Noorwegen, Nederland, Amerika
,Middeninkomenslanden:
Landen met een levensstandaard, die we als we de wereld in zijn geheel bekijken,
gemiddeld kunnen noemen.
- Ong 80 landen
Oost-Europese landen, Afrikaanse landen, Latijns-Amerikaanse landen,
Aziatische landen
- Veel sociale ongelijkheid
Lage-inkomenslanden:
Landen met een lage levensstandaard, waarvan de meeste mensen arm zijn.
- Landen:
Afrika, Azië
- Hele grote sociale ongelijkheid
Vergelijke van rijk met arm:
1. Het leven dat we leiden wordt gevormd door het land waarin we leven
2. De contacten tussen samenlevingen zijn zeer sterk toegenomen
3. Veel sociale problemen waarmee de westerse wereld geconfronteerd wordt,
zijn elders veel erger (armoede)
4. Globaal denken helpt ons om meer inzicht in onszelf te krijgen
Sociologisch perspectief in de praktijk:
Sociologen dragen met hun sociale kennis heel veel manieren bij tot de ontwikkeling
van de overheid.
- Verminderen ongelijkheid tussen vrouwen en mannen
- Rechten voor gay marriage
Ontstaan van de sociologie
3 belangrijke gebeurtenissen
1. Industrialisatie
2. Groei van steden
3. Politieke veranderingen
Vroeger: morele verplichtingen naar God en de koning
Nu: De vrijheid en rechten van het individu
3 ontwikkelingsfases voor de term sociologie (Comte)
1. Theologische fase: middeleeuwen. (Gods wil)
2. Metafysische fase: Renaissance. De samenleving werd als natuurlijk en niet
boven natuurlijk beschouwd. Hobbes: Samenleving niet Gods volmaaktheid,
maar het menselijk tekort reflecteert
3. Wettenschappelijke fase
Positivisme:
Inzicht verwerven op basis van wettenschappelijk onderzoek
Moderniteit:
Sociale patronen die het resultaat zijn van industrialisering
Modernisering:
Het sociale veranderingsproces dat in gang is gezet door de industrialisering
, 4 kenmerken Peter Berger:
1. Het verdwijnen van kleine, traditionele gemeenschappen
2. De uitbreiding van persoonlijke keuzemogelijkheden
3. Grotere sociale diversiteit
4. Oriëntatie op de toekomst en een groeiend tijdsbewustzijn
Vroeger richten mensen zich op het verleden, nu richten mensen zich op de
toekomst: nieuwe ontwikkelingen zullen het leven beter maken
Ferdinand Tönnies – Duitse socioloog
Gemeinschaft en Gesellschaft:
- Gemeinschaft (de kleinere menselijke gemeenschappen) door modernisering
verdwenen. Iedereen kent elkaar. Veel vertrouwen.
- Gesellschaft ontstond doordat westerse mensen ontheemd gingen voelen,
omdat de meeste sociale betrekkingen tussen mensen op eigen belang zijn
gebaseerd. Vaak in grote steden, waar veel onbekend voor elkaar zijn. Weinig
vertrouwen
Karl Marx: Veranderingen in (on)gelijkheid tussen groepen mensen
Emile Durkheim: Veranderingen in de sociale orde
Max Weber: Mensen gaan steeds rationeler met elkaar en de wereld om
Emile Durkheim – Franse Socioloog – zelfdoding, komt door invloed van de
samenleving
- Mannen, protestanten, welvarende mensen en ongehuwden veel meer dan,
vrouwen, katholieken, joden, arme mensen en gehuwden.
Sociale intergratie: Mensen met veel sterke sociale banden doen veel minder
snel aan zelfdoding, dan individualistische mensen
- Mannen meer vrijheid > meer kans op sociaal isolement > grotere kans op
zelfdoding
- Durkheims analyse blijft in stand
- Modernisering gekenmerkt door,
Arbeidsverdeling: gespecialiseerde economisch activiteit
Vroeger veel dezelfde werkzaamheden, nu veel meer gespecialiseerde rollen
- “Hoe is sociale (wan)order mogelijk?”
- Structureel functionalisme
Karl Marx - Duitse socioloog
Moderne samenleving staat gelijk aan kapitalisme
3 aspecten van Tönnies, Durkheim en Weber die het mogelijk maken om het
kapitalisme volledig tot ontwikkelen kan komen:
- Moderniteit de rol van de kleine gemeenschappen verminderde (Tönnies)
- Moderniteit de arbeidsverdeling in de hand werkte (Durkheim)
- Moderniteit een rationeel wereldbeeld in de hand werkte (Weber)
- “Hoe is sociale (on)gelijkheid mogelijk?”
- Conflictsociologie
Max Weber – Duiste Socioloog
Moderniteit: Een traditioneel wereldbeeld werd vervangen door een rationele
denkwijze.
- Moderne mens: de waarheid is het resultaat van rationele processen
- Moderne samenleving is ‘onttoverd’. Het rationele denken heeft mensen aan
het twijfelen gebracht over vaststaande waarheden. De moderne samenleving
keert zich af van goden.
- “Hoe werkt het proces van rationalisering van de wereld?”
- Symbolisch interactionisme
Mondiaal/globaal perspectief:
Het bestuderen van de wereld in zijn geheel en de plaats die onze samenleving
daarin inneemt.
Hoge-inkomenslanden:
Landen met de hoogste algemene levensstandaard
- Ong. 50 landen:
Zweden, Noorwegen, Nederland, Amerika
,Middeninkomenslanden:
Landen met een levensstandaard, die we als we de wereld in zijn geheel bekijken,
gemiddeld kunnen noemen.
- Ong 80 landen
Oost-Europese landen, Afrikaanse landen, Latijns-Amerikaanse landen,
Aziatische landen
- Veel sociale ongelijkheid
Lage-inkomenslanden:
Landen met een lage levensstandaard, waarvan de meeste mensen arm zijn.
- Landen:
Afrika, Azië
- Hele grote sociale ongelijkheid
Vergelijke van rijk met arm:
1. Het leven dat we leiden wordt gevormd door het land waarin we leven
2. De contacten tussen samenlevingen zijn zeer sterk toegenomen
3. Veel sociale problemen waarmee de westerse wereld geconfronteerd wordt,
zijn elders veel erger (armoede)
4. Globaal denken helpt ons om meer inzicht in onszelf te krijgen
Sociologisch perspectief in de praktijk:
Sociologen dragen met hun sociale kennis heel veel manieren bij tot de ontwikkeling
van de overheid.
- Verminderen ongelijkheid tussen vrouwen en mannen
- Rechten voor gay marriage
Ontstaan van de sociologie
3 belangrijke gebeurtenissen
1. Industrialisatie
2. Groei van steden
3. Politieke veranderingen
Vroeger: morele verplichtingen naar God en de koning
Nu: De vrijheid en rechten van het individu
3 ontwikkelingsfases voor de term sociologie (Comte)
1. Theologische fase: middeleeuwen. (Gods wil)
2. Metafysische fase: Renaissance. De samenleving werd als natuurlijk en niet
boven natuurlijk beschouwd. Hobbes: Samenleving niet Gods volmaaktheid,
maar het menselijk tekort reflecteert
3. Wettenschappelijke fase
Positivisme:
Inzicht verwerven op basis van wettenschappelijk onderzoek
Moderniteit:
Sociale patronen die het resultaat zijn van industrialisering
Modernisering:
Het sociale veranderingsproces dat in gang is gezet door de industrialisering
, 4 kenmerken Peter Berger:
1. Het verdwijnen van kleine, traditionele gemeenschappen
2. De uitbreiding van persoonlijke keuzemogelijkheden
3. Grotere sociale diversiteit
4. Oriëntatie op de toekomst en een groeiend tijdsbewustzijn
Vroeger richten mensen zich op het verleden, nu richten mensen zich op de
toekomst: nieuwe ontwikkelingen zullen het leven beter maken
Ferdinand Tönnies – Duitse socioloog
Gemeinschaft en Gesellschaft:
- Gemeinschaft (de kleinere menselijke gemeenschappen) door modernisering
verdwenen. Iedereen kent elkaar. Veel vertrouwen.
- Gesellschaft ontstond doordat westerse mensen ontheemd gingen voelen,
omdat de meeste sociale betrekkingen tussen mensen op eigen belang zijn
gebaseerd. Vaak in grote steden, waar veel onbekend voor elkaar zijn. Weinig
vertrouwen