, 1. psychosociale ontwikkeling van de jong volwassene
de psychosociale ontwikkeling volgens Erik Erikson
jongvolwassene: 20 à 24 tot 40 jaar
o idiografische ontwikkeling: meer persoonlijke of individuele stijl
inidviduele verschillen tussen mensen
identiteit
eigen wending aan leven door eigen keuzes
uiteindelijke gedrag minder voorspelbaar
o idiosyncratische ontwikkeling: meer en meer persoonlijk met met individuele gevoeligheden
verschillen tussen volwassenen groter en meer afhankelijk van gemaakte keuzes
intimiteit tegenover isolement
o stevige identiteit nodig om jezelf te kunnen overgeven aan een ander
o sociale netwerk breid uit met mensen die je graag hebt
o behoefte meer intense band neemt toe
o intimiteit: mogelijkheid om je als persoon ten volle open te stellen voor een ander, bloot geven
en de ander dit ook bij jou doet
zonder masker of pose
o lukt niet in 1 keer: gaat gepaard met angst om de ander te verliezen of ontgoocheld te worden
intimiteit: grondhouding door gunstige ontwikkeling
o intense communicatie tussen beide identiteiten samen met een bepaalde distantie
o kan enkel ontstaan als beide personen identiteitsontwikkeling voldoende is
anders oppervlakkige contacten
isolement: negatieve pool van onafhankelijkheid
o contacten mijden
o in contacten enkel met zichzelf begaan
o vrees om betrapt te worden in ware identiteit
o bang om zichzelf te verliezen in een ander en helemaal ingepalmd te worden
o rem op verdere ontwikkeling
polariteit tussen intimiteit en isolement
o op interpersoonlijk vlak en algemene levenshouding
sociale klok
o vroeger voor iedereen hetzelfde
o nu sociale klokken mannen en vrouwen pluriformer
moment van mijlpalen hangt meer af van sociale, economische en culturele werelden
gezonde stabiele relatie
o mentale en fysieke gezondheid elke partner bevorderd
o ander helpen zich aan te passen aan stressvolle levensgebeurtenissen
o gezamenlijk gevoel van emotionele en seksuele intimiteit die voortbestaan relatie op langere
termijn garandeerd
relaties op volwassen leeftijd in functie van gehechtheidstypologie
gehechtheid: positieve emotionele band tussen kind en specifiek ander
gehechtheidspatronen
o autonoom-veilige gehechtheid
volwassenen die makkelijk in relatie treden met anderen
stabiele relatie en leven zonder veel problemen
makkelijk contact tussen partners, steunen elkaar en hebben geen angst om te binden
respecteren elkaars autonomie en hebben oog voor behoeften partner
diepe verbondenheid met elkaar
natuurlijk vermogen om compromissen te sluiten, geloven in hun liefde en dat die
bestand is tegen kleine stormen
55% van de volwassenen
de psychosociale ontwikkeling volgens Erik Erikson
jongvolwassene: 20 à 24 tot 40 jaar
o idiografische ontwikkeling: meer persoonlijke of individuele stijl
inidviduele verschillen tussen mensen
identiteit
eigen wending aan leven door eigen keuzes
uiteindelijke gedrag minder voorspelbaar
o idiosyncratische ontwikkeling: meer en meer persoonlijk met met individuele gevoeligheden
verschillen tussen volwassenen groter en meer afhankelijk van gemaakte keuzes
intimiteit tegenover isolement
o stevige identiteit nodig om jezelf te kunnen overgeven aan een ander
o sociale netwerk breid uit met mensen die je graag hebt
o behoefte meer intense band neemt toe
o intimiteit: mogelijkheid om je als persoon ten volle open te stellen voor een ander, bloot geven
en de ander dit ook bij jou doet
zonder masker of pose
o lukt niet in 1 keer: gaat gepaard met angst om de ander te verliezen of ontgoocheld te worden
intimiteit: grondhouding door gunstige ontwikkeling
o intense communicatie tussen beide identiteiten samen met een bepaalde distantie
o kan enkel ontstaan als beide personen identiteitsontwikkeling voldoende is
anders oppervlakkige contacten
isolement: negatieve pool van onafhankelijkheid
o contacten mijden
o in contacten enkel met zichzelf begaan
o vrees om betrapt te worden in ware identiteit
o bang om zichzelf te verliezen in een ander en helemaal ingepalmd te worden
o rem op verdere ontwikkeling
polariteit tussen intimiteit en isolement
o op interpersoonlijk vlak en algemene levenshouding
sociale klok
o vroeger voor iedereen hetzelfde
o nu sociale klokken mannen en vrouwen pluriformer
moment van mijlpalen hangt meer af van sociale, economische en culturele werelden
gezonde stabiele relatie
o mentale en fysieke gezondheid elke partner bevorderd
o ander helpen zich aan te passen aan stressvolle levensgebeurtenissen
o gezamenlijk gevoel van emotionele en seksuele intimiteit die voortbestaan relatie op langere
termijn garandeerd
relaties op volwassen leeftijd in functie van gehechtheidstypologie
gehechtheid: positieve emotionele band tussen kind en specifiek ander
gehechtheidspatronen
o autonoom-veilige gehechtheid
volwassenen die makkelijk in relatie treden met anderen
stabiele relatie en leven zonder veel problemen
makkelijk contact tussen partners, steunen elkaar en hebben geen angst om te binden
respecteren elkaars autonomie en hebben oog voor behoeften partner
diepe verbondenheid met elkaar
natuurlijk vermogen om compromissen te sluiten, geloven in hun liefde en dat die
bestand is tegen kleine stormen
55% van de volwassenen