patiëntenzorg
Alle hoofdstukken
,Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1: behandelmethoden
Hoofdstuk 2: toedieningswegen en vormen
Hoofdstuk 3: opname, werking, omzetting en uitscheiding
Hoofdstuk 4: doseringen
Hoofdstuk 5: interacties
Hoofdstuk 6: contra-indicaties en intoleranties
Hoofdstuk 7: bijwerkingen
Hoofdstuk 8: medicatiebewaking
Hoofdstuk 9: pijnstillers
Hoofdstuk 10: slapeloosheid, angst en onrust
Hoofdstuk 11: middelen tegen allergische rinitis
Hoofdstuk 12: aandoeningen maag-darmkanaal
Hoofdstuk 13: anticonceptie en overgang
Hoofdstuk 14: huidmiddelen
Hoofdstuk 15: cardiovasculair risicomanagement
Hoofdstuk 16: diabetes mellitus
Hoofdstuk 17: hart en vaatziekten
Hoofdstuk 18: bloedstolling
Hoofdstuk 19: beïnvloeding van de weerstand
Hoofdstuk 20: infectieziekten
Hoofdstuk 21: aandoeningen van de luchtwegen
Hoofdstuk 22: schildklieraandoeningen
Hoofdstuk 23: oogaandoeningen
Hoofdstuk 24: vitamines en mineralen
Hoofdstuk 25: medicatiebewaking en medische beslisregels
Hoofdstuk 26: polyfarmacie
Hoofdstuk 27: reumatische aandoeningen
Hoofdstuk 28: urineweg aandoeningen
Hoofdstuk 29: neurologische aandoeningen
Hoofdstuk 30: geneesmiddelen bij psychiatrische aandoeningen
Hoofdstuk 31: geneesmiddelen bij kwaadaardige aandoeningen
Hoofdstuk 32: chirurgische ingrepen
Hoofdstuk 33: misbruik en verslaving
,Hoofdstuk 1: behandelmethoden
De behandeling van ziekten met geneesmiddelen = farmacotherapie
1.2.1 causale behandeling
Als het geneesmiddel de oorzaak van de kwaal kan bestrijden, wordt gesproken van een
causale behandeling (causa= oorzaak)
1.2.2 symptomatische behandeling
Bij een symptomatische behandeling (symptoom= verschijnsel) bestrijdt het geneesmiddel
alleen de gevolgen van een aandoening
Voorbeeld: wel is bekend dat een langdurige hoge bloeddruk kan leiden tot ernstige hart en
bloedvaten. Om deze gevolgen te voorkomen wordt een hoge bloeddruk behandeld met
geneesmiddelen die de bloeddruk verlagen tot normale en gangbare waarden
1.2.3 substitutietherapie
Substitutie = in de plaats stellen van
Het geneesmiddel vervangt de lichaamseigen stof
Voorbeeld: schildklier maakt schildklierhormoon aan dat belangrij is voor de stofwisseling als
geneesmiddel wordt dan levothyroxine gegeven om het tekort aan te vullen
1.2.4 preventieve behandeling
Is gericht op het voorkomen van het optreden van een ziekte
Voorbeeld: iemand heeft een wond die ernstig vervuild is dreigt het gevaar van tetanus.
Iedereen wordt na een ongeluk waarbij een wond is veroorzaakt of katten of hondenbeet
ingeënt
Op vakantie vooraf vaccineren
1.2.5 verschillende therapievormen tegelijk
Iemand met een te hoge bloeddruk kan preventief behandeld worden tegen gevaar van een
hartinfarct
Het verschijnsel dat behandeld wordt is de bloeddruk dus een symptomatische behandeling
Als de oorzaak van de te hoge bloeddruk bestreden wordt is het een causale behandeling
1.2.6 palliatieve therapie
Palliatieve of verzachtende therapie is gericht op het verlengen van het leven van de patiënt,
het verminderen van pijnklachten, het bestrijden van symptomen en eventueel het remmen
van de ziekte
Het doel is niet genezen maar verlichting van het lijden of het verlengen van het leven
Palliatieve therapie is symptomatische therapie
1.2.7 diagnostisch gebruik van geneesmiddelen
Diagnostische behandeling is gericht op het achterhalen van de oorzaak of aard van de
aandoening
1.3 gebruiksduur van geneesmiddelen
, De gebruiksduur van geneesmiddelen hangt af van het doel van de therapie.
Het geneesmiddelengebruik kan op drie verschillende manieren worden ingedeeld:
1. Gebruiksduur bij duidelijk omschreven klachten
2. Gebruiksduur bij een kuur
3. Langdurig gebruik
1.3.1 gebruiksduur bij klachten
Geneesmiddelen bij klachten moeten niet langer gebruikt dan nodig is
Dat wil zeggen tot de klachten verdwenen zijn
Voorbeelden:
1. Hoestmiddelen
2. Pijnstillers
3. Middelen tegen diarree of verstopping
1.3.2 gebruiksduur bij een kuur
Middelen tegen infectieziekten (antibiotica) zijn voorbeelden van geneesmiddelen die als
kuur gegeven worden
1.4 placebo’s
Een toedieningsvorm waarin geen werkzame stoffen zijn verwerkt
Uit onderzoek is bekend dat het placebo-effect vooral bij pijnstillers, slaapmiddelen,
antidepressiva en middelen tegen benauwdheid groot is.
1.5 alternatieve geneeswijzen
Acupunctuur
Antroposofische geneeskunde
Celtherapie
Enzymtherapie
Homeopathie
Fytotherapie
Iriscopie
Voedingstherapie
1.5.1 homeopathische geneesmiddelen
is een alternatieve geneeswijze die is gebaseerd op de in 1796 geformuleerde ideeën van de
Duitse arts Samuel Hahnemann
homeopathie kan worden omschreven als een behandelwijze met middelen die bij gezonde
mensen verschijnselen opwekken die gelijkenis vertonen met het ziektebeeld van de te
behandelen patiënt dit wordt simili regel genoemd
de similiaregel is de afkorting van similia similibus curentur en betekent zoveel als het
gelijkende wordt door het gelijkende genezen
veel homeopathische geneesmiddelen zijn enkelvoudige middelen en bestaan uit 1
bestanddeel
er bestaan samengestelde middelen die heten met complex of compositum achter de naam
pentarkanmiddelen bestaan uit 5 homeopathische bestanddelen
homeopathie heeft 3 toedieningsvormen:
1. dilutie (druppels)