RTGB BOA5
, Politiewet:
-Hierin staan de bevoegdheden vermeld die de opsporingsambtenaar
heeft.
Ambtsinstructie:
-Hierin staat de uitvoeringswijze van de bevoegdheden.
Artikel 3 Politiewet 2012:
-
Artikel 7 politiewet:
-De ambtenaar van politie (en andere opsporingsambtenaren) die is
aangesteld voor de uitvoering van de politietaak, is bevoegd in de
rechtmatige uitoefening van zijn bediening geweld of
vrijheidsbeperkende middelen te gebruiken, waarmee het daarmee
beoogde doel dit, mede gelet op de aan hier verbonden gevaren,
rechtvaardigt en dat dit doel niet op andere wijze kan worden bereikt.
Aan het gebruik va geweld gaan zo mogelijk een waarschuwing vooraf.
Geweld:
-Hierbij spreken we van elke dwangmatige kracht van meer dan geringe
betekenis uitgeoefend op personen of zaken.
Aanwenden van geweld:
-Het daadwerkelijk gebruiken van geweld, waaronder mede wordt
verstaan het gebruik van een geweldmiddel. In verband met de melding
op grond van artikel 17 valt het ter hand nemen van het vuurwapen
eveneens onder het aanwenden van geweld tenzij het vuurwapen
standaard ter hand of over de schouder wordt gedragen.
-Het dreigen met geweld van niet onder het aanwenden van geweld.
Artikel 4 ambtsinstructie:
-Dit artikel omschrijft het gebruik van een geweldsmiddel of een
vrijheidsbeperkend middel.
-Het gebruik van een geweldsmiddel of een vrijheidsbeperkend middel is
enkel toegestaan aan een ambtenaar;
I. Aan wie het middel rechtens is toegekend, voor zover hij
optreedt ter uitvoering van de taak met het oog waarop het
middel hem is toegekend.
II. Die in het gebruik van de middel is geoefend.
-Wanneer een van bovenstaande onderbreekt, is een ambtenaar niet
bevoegd dit middel te gebruiken. Ook niet in/ter collegiale bijstand.
1