in de
leefwereld
Social work deeltijd
2316DTM11A
InHolland Alkmaar
09-03-2022
,1.1 Begeleiden in de leefwereld | Auteur
Inhoud
Inleiding.............................................................................................................................. 3
1 Cliënt profiel.................................................................................................................... 4
1.1 Matig verstandelijke beperking.................................................................................4
1.2 Pervasieve Ontwikkelingsstoornis NAO.....................................................................4
1.3 Zorgprofiel VG7......................................................................................................... 6
1.5 Kenmerken op leefgebieden......................................................................................6
2 Situatieanalyse................................................................................................................ 8
2.1 De visie en werkwijze van de Stichting......................................................................8
2.2 Cliëntkenmerken....................................................................................................... 8
2.2.1 De leefgebiedenlijst............................................................................................ 8
2.2.2 Draagkracht-draaglast model.............................................................................9
2.3 Wensen, behoeften en krachten................................................................................9
2.4 Waarden oriëntatie.................................................................................................. 11
2.5 Vergelijking cliënt en het cliënt-profiel....................................................................11
3 Begeleidingsplan........................................................................................................... 13
3.1 Situatieanalyse huidige situatie...............................................................................13
3.1.1 de visie en de methodiek van de Stichting.......................................................13
3.1.2 Gentle Teaching................................................................................................13
3.1.3 Geef me de vijf.................................................................................................. 15
3.2 Gegevens................................................................................................................ 16
3.3 Persoonsbeeld......................................................................................................... 17
3.3.1 Leefgebiedenlijst...............................................................................................17
3.3.2 Draagkracht-draaglast model...........................................................................21
3.4 Ondersteuningsvraag cliënt.....................................................................................21
3.5 Gezamenlijke probleemdefinitie..............................................................................22
3.6 Wensen, behoeften en mogelijkheden cliënt...........................................................22
3.7 Ondersteuning vanuit omgeving.............................................................................22
3.8 Begeleidingsdoelen................................................................................................. 22
3.9 Activiteiten en planning........................................................................................... 24
3.10 Evaluatie van cliëntdoel........................................................................................26
4 Beschrijving veranderingsproces...................................................................................28
4.1 Bronnen veranderingsproces van de cliënt.............................................................28
4.2 Niveaus van psychosociaal functioneren.................................................................28
4.3 Incidentele en structurele verandering....................................................................30
4.4 Afweermechanismen...............................................................................................30
5 Reflectie agogische kenmerken.....................................................................................31
6 Koppeling theorie........................................................................................................... 32
1
,1.1 Begeleiden in de leefwereld | Auteur
6.1 Theorieën die aansluiten.........................................................................................32
6.2 Theorieën die niet aansluiten..................................................................................33
Literatuurlijst.................................................................................................................... 34
2
, 1.1 Begeleiden in de leefwereld | Auteur
Inleiding
In dit verslag staat de ondersteuning van een cliënt centraal waarbij de belangrijkste
cliëntkenmerken in kaart worden gebracht. Er wordt een cliëntprofiel gemaakt van een
cliënt met een matig verstandelijke beperking en een pervasieve ontwikkelingsstoornis,
die een opbouw ontvangt van de uren binnen dagbesteding. De cliënt is woonachtig op
de Stichting en volgt dagbesteding op het terrein. Het doel van de opbouw is het sociaal
functioneren te ondersteunen, te verbeteren en de regie over het eigen leven te
bevorderen met behulp van een vertrouwde omgeving.
Dit verslag beschrijft een situatieanalyse waarin dieper ingegaan wordt op de visie van de
Stichting en de daarbij behorende methodieken. Binnen de Stichting worden cliënten
begeleid vanuit de filosofie van ‘Gentle Teaching’ van Mcgee en Menolascino (2013). De
begeleider heeft hierbij een onvoorwaardelijke accepterende houding en leert omgaan
met eigen emoties. De cliënt leert om te mogen zijn wie hij/zij is. Een doorlopend proces
van wederzijdse verandering, zorgt voor een leerproces en ontwikkeling voor beide
partijen (Stichting, 2022).
Uit de verkregen informatie wordt er een begeleidingsplan opgesteld voor de cliënt aan
de hand van de ‘Geef me de 5’ methode van De Bruin (2004). Het plan sluit aan bij de
wensen, behoeften en mogelijkheden van de cliënt. In dit begeleidingsplan zijn
begeleidingsdoelen en werkdoelen opgesteld om dit proces goed te doorlopen.
Na de uitvoering van de opbouw van dagbesteding vindt er een evaluatie plaats. Het
begeleidingstraject krijgt een onderbouwing met hierin het veranderingsproces van de
cliënt met de van toepassing zijnde bronnen, afweermechanismen die een rol (kunnen)
spelen, het eigen agogisch handelen en een koppeling aan theorie over verander
theorieën.
Alle gegevens in dit document zijn geanonimiseerd volgens de Algemene verordening
gegevensbescherming (AVG) (Autoriteit Persoonsgegevens, z.d.).
3