Competentiepitch bpips
A: Verantwoording individuele bijdrage aan BPIPS
Situatie
De situatie gaat over dhr. Janssen (fictieve naam). Hij is 90 jaar en getrouwd met mw. Janssen en
heeft geen kinderen.
Dhr. Is bekend met Diabetes type 2, atriumfibrilleren, angina pectoris en heeft een acuut onderwand
infarct en CVA gehad.
Dhr. is in juni 2023 opgenomen in Intermezzo in Dieren, omdat hij niet meer thuis bij zijn vrouw kon
wonen nadat de thuissituatie was geëscaleerd en de crisisdienst ingeschakeld moest worden.
Dhr. heeft na zijn CVA last gekregen van afasie, waardoor hij angstig en wantrouwend is en snel
gefrustreerd raakt.
Dhr. staat flink onder druk van zijn vrouw, wie dreigt hem en/of zichzelf wat aan te doen als hij niet
naar huis komt.
Taak
Het afgelopen halfjaar zijn wij bezig geweest om de situatie van dhr. zo goed mogelijk in kaart te
brengen en hierbij te kijken naar verpleegproblemen, waar wij als verpleegkundigen mee aan de slag
kunnen. Daarnaast hebben we om de situatie zo goed mogelijk in kaart te brengen ook gekeken naar
de complexiteit van de casus en het zelfmanagement van dhr. Het verpleegprobleem dat voor ons de
hoogste prioriteit had was verstoorde partnerrelatie. De taak is om het doel te bereiken die we voor
ogen hebben en dhr. minder onrust te laten ervaren over de relatie met zijn vrouw door te zorgen dat
de relatie verbetert.
Mijn taken binnen het beroepsproduct:
-Prioriteren
-Complexiteit
-PESDIE
DOEL: Dhr. Janssen ervaart binnen 2 maanden minder onrust om de relatie van zijn vrouw, waarbij de
CMAI score van 55 naar 40 of minder gaat.
Actie
Multidisciplinaire samenwerking -> Handelen vanuit eigen verpleegkundige deskundigheid en
samenwerken op basis van gelijkwaardigheid met eigen en andere disciplines binnen en buiten de
gezondheidzorg met betrekking tot zorg en behandeldoelen.
In ons BPIPS heeft multidisciplinaire samenwerking plaatsgevonden door het inschakelen van
disciplines die aan hetzelfde vastgestelde zorgdoel werken. Hierbij is gekeken naar welke interventies
ingezet konden worden om resultaatgerichte doelstelling te behalen. Vanuit hier zijn een aantal
interventies opgesteld zoals:
- De verpleegkundige schakelt een psycholoog in om met dhr. in gesprek te gaan over zijn gevoelens
en de situatie met zijn vrouw.
- De verpleegkundige schakelt een logopediste in om dhr. Janssen te helpen zijn spraak en taal te
verbeteren.
, Er zijn bij dhr. verschillende disciplines betrokken die aan een gezamenlijk probleem werken, maar
iedereen rapporteert z’n eigen bevindingen zodat iedereen op de hoogte is. De verpleegkundige helpt
bij de ADL en dagstructuur. De arts van dhr. is betrokken voor de medische zorg. De logopediste gaat
met dhr. aan de slag om zijn spraak en taal te verbeteren. De psycholoog gaat met dhr. in gesprek om
dhr. de mogelijkheid te geven zijn gevoel te kunnen uiten. Er zijn verschillende GSU’s geweest waarbij
alle disciplines bij elkaar komen om te bespreken hoe het nu gaat en of er nog wat aangepast moet
worden aan de zorg.
Professionele relatie -> Het aangaan en onderhouden van het contact met de zorgvrager, diens
naasten en sociale netwerk, het onderhouden van langdurige zorgrelaties en het zorgvuldig
afbouwen van een relatie daar waar dit noodzakelijk is.
Ik heb met mijn werkgroep het contact onderhouden door het doorvragen in de casus en de
ontwikkelingen in deze casus. Dit was erg belangrijk omdat we elkaar maar 1 keer in de week zagen
en de ontwikkelingen in de casus gewoon doorgingen. Op deze manier bleef het zorgplan actueel.
Vanuit onze casus is er in de eerste instantie dagelijks frequent contact tussen de zorgvrager en
zorgmedewerkers. Dhr. heeft regelmatig zorg nodig, waardoor je betrokken bij hem bent. Doordat je
meerdere keren bij Dhr. langsgaat, kan je een goede vertrouwensband met hem opbouwen. Bij dhr. is
het belangrijk om persoonsgericht te blijven communiceren en om hem de tijd en de aandacht te
geven. Op deze manier voorkom je onvoorspelbaar gedrag bij dhr. Daarnaast is het belangrijk om dhr.
altijd in keuzes te blijven betrekken aan de hand van Shared Decision Making. Op deze manier houdt
hij de controle over zijn eigen ziekte en zorgproces waardoor de kans kleiner wordt dat dhr. boos of
gefrustreerd raakt. Het is ook belangrijk dat de zorg en ondersteuning wordt aangeboden op de
wensen van de patiënt en de naasten voor het opbouwen en behouden van de professionele relatie.
Er is een goede professionele relatie tussen dhr. Janssen en de zorgmedewerkers.
De beroepscodes die in deze rol heel belangrijk zijn en voor mij het meest passend zijn:
- 2.2 Als verpleegkundige/verzorgende streef ik naar een goede zorgrelatie met de zorgvrager
(en/of zijn vertegenwoordiger)
Dit is belangrijk omdat je door een goede zorgrelatie ook de zorg op de beste manier aan de
hand van dhr. zijn zorgbehoeften toe kan passen. Vertrouwen is in deze casus belangrijk.
- 2.4 Als verpleegkundige/verzorgende neem ik in mijn relatie met de zorgvrager (en/of zijn
vertegenwoordiger) professionele grenzen in acht.
Het is in deze casus belangrijk je eigen grenzen duidelijk te maken als je merkt dat dhr. boos
of agressief wordt. Hierdoor voorkom je dat situaties escaleren en houd je een betere band.
Coördinatie van zorg -> Het nemen van initiatief in het organiseren van de zorg om deze soepel in
samenspraak met de zorgvrager en onderlinge afstemming tussen verschillende zorgverleners en
zorgorganisaties volgens het zorgplan te laten verlopen.
De zorg rondom dhr. wordt gecoördineerd door een verpleegkundige. De verpleegkundige stelt het
zorgplan met doelen op. Ook regelt de verpleegkundige de afstemming met de partner en schakelt
andere disciplines in. De verpleegkundige ontvangt signalen van problemen of de voortgang van het
doel en neemt hierin actie om doelen of plannen bij te stellen of te evalueren. Tijdens het GSU wordt
dan besproken en geëvalueerd hoe het nu met dhr. gaat en worden nieuwe doelen opgesteld.
A: Verantwoording individuele bijdrage aan BPIPS
Situatie
De situatie gaat over dhr. Janssen (fictieve naam). Hij is 90 jaar en getrouwd met mw. Janssen en
heeft geen kinderen.
Dhr. Is bekend met Diabetes type 2, atriumfibrilleren, angina pectoris en heeft een acuut onderwand
infarct en CVA gehad.
Dhr. is in juni 2023 opgenomen in Intermezzo in Dieren, omdat hij niet meer thuis bij zijn vrouw kon
wonen nadat de thuissituatie was geëscaleerd en de crisisdienst ingeschakeld moest worden.
Dhr. heeft na zijn CVA last gekregen van afasie, waardoor hij angstig en wantrouwend is en snel
gefrustreerd raakt.
Dhr. staat flink onder druk van zijn vrouw, wie dreigt hem en/of zichzelf wat aan te doen als hij niet
naar huis komt.
Taak
Het afgelopen halfjaar zijn wij bezig geweest om de situatie van dhr. zo goed mogelijk in kaart te
brengen en hierbij te kijken naar verpleegproblemen, waar wij als verpleegkundigen mee aan de slag
kunnen. Daarnaast hebben we om de situatie zo goed mogelijk in kaart te brengen ook gekeken naar
de complexiteit van de casus en het zelfmanagement van dhr. Het verpleegprobleem dat voor ons de
hoogste prioriteit had was verstoorde partnerrelatie. De taak is om het doel te bereiken die we voor
ogen hebben en dhr. minder onrust te laten ervaren over de relatie met zijn vrouw door te zorgen dat
de relatie verbetert.
Mijn taken binnen het beroepsproduct:
-Prioriteren
-Complexiteit
-PESDIE
DOEL: Dhr. Janssen ervaart binnen 2 maanden minder onrust om de relatie van zijn vrouw, waarbij de
CMAI score van 55 naar 40 of minder gaat.
Actie
Multidisciplinaire samenwerking -> Handelen vanuit eigen verpleegkundige deskundigheid en
samenwerken op basis van gelijkwaardigheid met eigen en andere disciplines binnen en buiten de
gezondheidzorg met betrekking tot zorg en behandeldoelen.
In ons BPIPS heeft multidisciplinaire samenwerking plaatsgevonden door het inschakelen van
disciplines die aan hetzelfde vastgestelde zorgdoel werken. Hierbij is gekeken naar welke interventies
ingezet konden worden om resultaatgerichte doelstelling te behalen. Vanuit hier zijn een aantal
interventies opgesteld zoals:
- De verpleegkundige schakelt een psycholoog in om met dhr. in gesprek te gaan over zijn gevoelens
en de situatie met zijn vrouw.
- De verpleegkundige schakelt een logopediste in om dhr. Janssen te helpen zijn spraak en taal te
verbeteren.
, Er zijn bij dhr. verschillende disciplines betrokken die aan een gezamenlijk probleem werken, maar
iedereen rapporteert z’n eigen bevindingen zodat iedereen op de hoogte is. De verpleegkundige helpt
bij de ADL en dagstructuur. De arts van dhr. is betrokken voor de medische zorg. De logopediste gaat
met dhr. aan de slag om zijn spraak en taal te verbeteren. De psycholoog gaat met dhr. in gesprek om
dhr. de mogelijkheid te geven zijn gevoel te kunnen uiten. Er zijn verschillende GSU’s geweest waarbij
alle disciplines bij elkaar komen om te bespreken hoe het nu gaat en of er nog wat aangepast moet
worden aan de zorg.
Professionele relatie -> Het aangaan en onderhouden van het contact met de zorgvrager, diens
naasten en sociale netwerk, het onderhouden van langdurige zorgrelaties en het zorgvuldig
afbouwen van een relatie daar waar dit noodzakelijk is.
Ik heb met mijn werkgroep het contact onderhouden door het doorvragen in de casus en de
ontwikkelingen in deze casus. Dit was erg belangrijk omdat we elkaar maar 1 keer in de week zagen
en de ontwikkelingen in de casus gewoon doorgingen. Op deze manier bleef het zorgplan actueel.
Vanuit onze casus is er in de eerste instantie dagelijks frequent contact tussen de zorgvrager en
zorgmedewerkers. Dhr. heeft regelmatig zorg nodig, waardoor je betrokken bij hem bent. Doordat je
meerdere keren bij Dhr. langsgaat, kan je een goede vertrouwensband met hem opbouwen. Bij dhr. is
het belangrijk om persoonsgericht te blijven communiceren en om hem de tijd en de aandacht te
geven. Op deze manier voorkom je onvoorspelbaar gedrag bij dhr. Daarnaast is het belangrijk om dhr.
altijd in keuzes te blijven betrekken aan de hand van Shared Decision Making. Op deze manier houdt
hij de controle over zijn eigen ziekte en zorgproces waardoor de kans kleiner wordt dat dhr. boos of
gefrustreerd raakt. Het is ook belangrijk dat de zorg en ondersteuning wordt aangeboden op de
wensen van de patiënt en de naasten voor het opbouwen en behouden van de professionele relatie.
Er is een goede professionele relatie tussen dhr. Janssen en de zorgmedewerkers.
De beroepscodes die in deze rol heel belangrijk zijn en voor mij het meest passend zijn:
- 2.2 Als verpleegkundige/verzorgende streef ik naar een goede zorgrelatie met de zorgvrager
(en/of zijn vertegenwoordiger)
Dit is belangrijk omdat je door een goede zorgrelatie ook de zorg op de beste manier aan de
hand van dhr. zijn zorgbehoeften toe kan passen. Vertrouwen is in deze casus belangrijk.
- 2.4 Als verpleegkundige/verzorgende neem ik in mijn relatie met de zorgvrager (en/of zijn
vertegenwoordiger) professionele grenzen in acht.
Het is in deze casus belangrijk je eigen grenzen duidelijk te maken als je merkt dat dhr. boos
of agressief wordt. Hierdoor voorkom je dat situaties escaleren en houd je een betere band.
Coördinatie van zorg -> Het nemen van initiatief in het organiseren van de zorg om deze soepel in
samenspraak met de zorgvrager en onderlinge afstemming tussen verschillende zorgverleners en
zorgorganisaties volgens het zorgplan te laten verlopen.
De zorg rondom dhr. wordt gecoördineerd door een verpleegkundige. De verpleegkundige stelt het
zorgplan met doelen op. Ook regelt de verpleegkundige de afstemming met de partner en schakelt
andere disciplines in. De verpleegkundige ontvangt signalen van problemen of de voortgang van het
doel en neemt hierin actie om doelen of plannen bij te stellen of te evalueren. Tijdens het GSU wordt
dan besproken en geëvalueerd hoe het nu met dhr. gaat en worden nieuwe doelen opgesteld.
