Examenvragen + oplossingen NEURO

1. vraag met diagram met hersengolven, wat is dit?
A. epilepsie
A. droom
A. Slaap
A. Wakker




1. Welke zenuw gaat door sinus cavernosus en niet door de fissura orbitalis superior?
A. N ophtalmicus
A. N maxillaris
A. N trochlearis
A. N abducens.

3. Vrouw met een rechter homonieme hemianopsie, wat heeft ze? Motorische parese
rechterkant, ptose, … wart verklaart de Re homonieme hemianopsie?
 letsel linker tr. opticus
 A choroidea ant infarct
 Radatio optica links
 CGL

4. Waar heeft hippocampus geen rol?
A. Proceduraal geheugen
A. Spatiaal geheugen
A. Werkgeheugen
A. Episodisch geheugen




5. Complex cells zijn gevoelig voor orientatie en en onafhankelijk van
A. Positie
A. Contrast
A. beweging

6. Vraag over wat is invariantie bij de IT cellen
 Antwoord op stimuli met veranderen stimulustransformaties

,  Antwoord op verschillende stimuli
 Iets van receptief veld blijft hetzelfde

7. Figuur met cilinder int midden van de tafel: wat kan je uit dit experiment afleiden bij defect
van dorsale baan
A. Defect in spatiale localisatie
A. Defect bij grijpbeweging.
A. Defect herkennen gezichten

8. Één Neuron uit M1
 Vuurt meer AP indien krachtigere beweging?
 Meestal rechtstreeks nr alfa neuronen
 Zorgt voort een richting van beweging in het gewricht
 Naar één spier

9. Cushing respons
 Brady, tachy, hypertensie en collaps indien medulla oblongata bereikt
 Tachy, brady 2x
 Brady, cardy, hypertensie. En cushing is antwoord op ischemie met transtectoriele
herniatie met beschadiging nc. Solitarius

10. Letsel van parvocellulaire cellen CGL
A. Deficit in alle spatiale frequenties, niet in temporele frequenties en wel kleur
A. Deficit in alle spatiale frequenties, en voor lage temporele en kleur
A. Deficit in alle temporale

11.

,A. Iemand in geisoleerde ruimte zonder cues van dag of nacht
A. Jetlag
A. Bilaterale nc suprachasmaticus letsel
A. Slaapdeprivatie

12. Sinus cavernosus
A. V ophtalmica, sinus petrosus superior, sinus petrosus inferior en sinus
sphenoparietalis
A. V. petrosa 2x in de opgave

13. Structuren door FLM
A. Tr. vestiblospinalis medialis, vestibulospinalis lateralis, tr. rubrospinalis
A. Tr. vestibulospinalis medialis, tr. tectospinalis, oculomotore kernen onderling, tr
reticulospinalis
A. Tr. vestibulospinalis lateralis, tr. tectospinalis, oculomotore kernen
A. Tr. rubrospinalis, tr. vestibulospinalis medialis, oculomotore kernen
14. Hoofd draaien naar links: effect op semicirculaire (in vraag stond” horizontale kanalen”)
kanalen
A. Depol links, hyperpol rechts ? Had ik ook
A. Depolarisatie links en rechts
A. Hyperpolarisatie links en rechts
A. Semicirculaire kanalen reageren niet op rotatie

, 15. Wat hier getoond?
 Trainen
 Verhoogde sensoriele stim (?)
 Doorgesneden motorische zenuw van de vibrissae
 Letsel motorische cortex




16. MPTP toediening leidt tot
 Inhibite van STN
 Verhoogde activiteit van GPi
 Iets met directe baan
 Dyskinesie

17. wat is waar over GPi
 Zet rem op thalamus via GABA-erge inhibitie
 Bij geen beweging weinig actief
 Bij deep brain stimulation van nc. Subthalamicus bij parkinson is bedoeling GPi
activiteit te verhogen

18. Wat is niet waar over de chemische systemen
A. Scherpe tuning
A. Labeled line
A. Populatiecodering
A. Multimodale cellen in orbitofrontale die olfactief en gustatief combineren

19. Cocaine zorgt voor meer vrijzetting dopamine, waar dopa werd vrijgezet?
 VTA
 Nc accumbens
 Amygdala
 Hypothalamus

20. Spatiale resolutie contrast gevoeligheidscurve hoe meten
 telkens hoger spatiale resolutie aan max contrast deze??? Ik denk deze
 Verschillende spatiale resoluties met verschillende contrasten
 Drempel wordt bepaald bij verschillende spatiale frequenties aangeboden met
verschillende contrast
 Maximale resolutie bij steeds toenemende spatiale resolutie

21. Mirror-neuronen