Complete samenvatting Personen- en familierecht
Inleiding en afstamming
Persoonlijkheid begint op het moment van de geboorte -> art. 1:2 BW. Een
nog niet geboren kind kan in sommige gevallen als juridisch geboren
worden beschouwd.
Marckx-zaak
Family life is een autonoom begrip, en hangt dus niet af van wat een
nationale wetgever daaronder verstaat. De Staat heeft een positieve
verplichting om het family life van 8 EVRM te bevorderen. Daarnaast is het
EVRM ‘a living instrument’ en moet het geïnterpreteerd worden in licht
van de hedendaagse normen en waarden. Het is aanvullend en correctief
ten aanzien van de nationale wet.
Juridisch bloedverwantschap -> art. 1:3 BW.
Jij bent een 4e graads-bloedverwant van je neef want: jij -> ouders
(geboorte 1) -> grootouders (geboorte 2) geboorte -> tante (geboorte 3) -
> neef (geboorte 4).
Daar waar sprake is van een familierechtelijke betrekking, is
bloedverwantschap -> art. 1:197 BW.
We kennen verschillende soorten ouders:
> Juridische ouder
> Biologische ouder
> Sociale ouder
> Pleegouder
> Stiefouder
Wie moeder is, wordt bepaald in art. 1:198 BW.
a. de vrouw uit wie het kind geboren is
b. de vrouw die tijdens de geboorte met de geboorte moeder getrouwd
was (of verbonden was via een GP) + verklaring anonimiteit donor van de
Stichting Donorgegevens
c. de vrouw die het kind heeft erkend
d. de vrouw die gerechtelijk als moeder is vastgesteld
e. de vrouw die het kind heeft geadopteerd
Wie vader is, wordt bepaald in art. 1:199 BW
a. de man die getrouwd/GP heeft met de geboortemoeder op het moment
van geboorte
b. de man wiens huwelijk/GP binnen 306 dagen voor de geboorte is
ontbonden door zijn dood
c. die het kind heeft erkend
d. wiens vaderschap gerechtelijk is vastgesteld
e. die het kind heeft geadopteerd
, Je kunt het vaderschap ook ontkennen ex art. 1:200 BW. De ontkenning
kan geschieden door de vader, de moeder of het kind zelf. De
vader/moeder kan het vaderschap niet ontkennen in het geval de man op
de hoogte was van de zwangerschap of heeft ingestemd met de daad die
tot bevruchting heeft geleid en getrouwd met de vrouw op het moment
van geboorte tenzij de vader is bedrogen. De termijnen hiervoor staan in
lid 5 en 6.
Voor het ontkennen van het duo moederschap geldt in de basis hetzelfde
ex art. 1:202a BW.
Ontkenning heeft terugwerkende kracht en er heeft dan dus nooit een
familierechtelijke betrekking bestaan. Ontkenning door de verwekker kan
niet.
Zoals we eerder zagen kan iemand vader/duo-moeder worden door
erkenning. Erkenning geschiedt ex art. 1:203 BW en werkt vanaf het
tijdstip dat de erkenning is gedaan. Er is een akte van een notaris of
ambtenaar burgerlijke stand vereist. De erkenning is onherroepelijk.
Erkenning kan ook nietig zijn (1:204 BW). Dit is bijvoorbeeld zo wanneer
het kind onder de 16 is, en de moeder geen toestemming geeft tot
erkenning.
Er kan om vervangende toestemming door de rechtbank worden
gevraagd. Dit kan op verzoek van de verwekker of de biologische vader
van het kind met family life (= nauwe persoonlijke betrekking).
De toestemming wordt verleend indien:
Verwekker/biologische vader -> tenzij het kind hierdoor geschaad wordt
Levensgezel van de moeder die heeft ingestemd met de daad -> alleen
indien het in het belang van het kind is.
HR Vervangende toestemming tot erkenning
Het uitgangspunt is dat 1:204 lid 3 BW ervoor zorgt dat de juridische
werkelijkheid zo veel mogelijk aansluit bij de biologische werkelijkheid. Dat
het kind enkele weerslag ondervindt maakt niet dat vader geen
vervangende toestemming kan krijgen.
HR Voorwaardelijke toestemming
De moeder kan vervangende toestemming niet blokkeren door een ander
toestemming te verlenen. Vanaf het moment dat iemand een verzoek tot
vervangende toestemming indient kan de moeder slechts voorwaardelijke
toestemming aan een ander verlenen. Deze heeft alleen gevolg indien de
rechter de vervangende toestemming weigert. Vanaf het moment van het
verlenen van toestemming aan een derde, is deze toestemming 3
maanden voorwaardelijk (HR Voorwaardelijke toestemming II).
De erkenner, de ouder die toestemming heeft gegeven tot erkenning en
het kind kunnen de gedane erkenning vernietigen (1:205 BW). De
Inleiding en afstamming
Persoonlijkheid begint op het moment van de geboorte -> art. 1:2 BW. Een
nog niet geboren kind kan in sommige gevallen als juridisch geboren
worden beschouwd.
Marckx-zaak
Family life is een autonoom begrip, en hangt dus niet af van wat een
nationale wetgever daaronder verstaat. De Staat heeft een positieve
verplichting om het family life van 8 EVRM te bevorderen. Daarnaast is het
EVRM ‘a living instrument’ en moet het geïnterpreteerd worden in licht
van de hedendaagse normen en waarden. Het is aanvullend en correctief
ten aanzien van de nationale wet.
Juridisch bloedverwantschap -> art. 1:3 BW.
Jij bent een 4e graads-bloedverwant van je neef want: jij -> ouders
(geboorte 1) -> grootouders (geboorte 2) geboorte -> tante (geboorte 3) -
> neef (geboorte 4).
Daar waar sprake is van een familierechtelijke betrekking, is
bloedverwantschap -> art. 1:197 BW.
We kennen verschillende soorten ouders:
> Juridische ouder
> Biologische ouder
> Sociale ouder
> Pleegouder
> Stiefouder
Wie moeder is, wordt bepaald in art. 1:198 BW.
a. de vrouw uit wie het kind geboren is
b. de vrouw die tijdens de geboorte met de geboorte moeder getrouwd
was (of verbonden was via een GP) + verklaring anonimiteit donor van de
Stichting Donorgegevens
c. de vrouw die het kind heeft erkend
d. de vrouw die gerechtelijk als moeder is vastgesteld
e. de vrouw die het kind heeft geadopteerd
Wie vader is, wordt bepaald in art. 1:199 BW
a. de man die getrouwd/GP heeft met de geboortemoeder op het moment
van geboorte
b. de man wiens huwelijk/GP binnen 306 dagen voor de geboorte is
ontbonden door zijn dood
c. die het kind heeft erkend
d. wiens vaderschap gerechtelijk is vastgesteld
e. die het kind heeft geadopteerd
, Je kunt het vaderschap ook ontkennen ex art. 1:200 BW. De ontkenning
kan geschieden door de vader, de moeder of het kind zelf. De
vader/moeder kan het vaderschap niet ontkennen in het geval de man op
de hoogte was van de zwangerschap of heeft ingestemd met de daad die
tot bevruchting heeft geleid en getrouwd met de vrouw op het moment
van geboorte tenzij de vader is bedrogen. De termijnen hiervoor staan in
lid 5 en 6.
Voor het ontkennen van het duo moederschap geldt in de basis hetzelfde
ex art. 1:202a BW.
Ontkenning heeft terugwerkende kracht en er heeft dan dus nooit een
familierechtelijke betrekking bestaan. Ontkenning door de verwekker kan
niet.
Zoals we eerder zagen kan iemand vader/duo-moeder worden door
erkenning. Erkenning geschiedt ex art. 1:203 BW en werkt vanaf het
tijdstip dat de erkenning is gedaan. Er is een akte van een notaris of
ambtenaar burgerlijke stand vereist. De erkenning is onherroepelijk.
Erkenning kan ook nietig zijn (1:204 BW). Dit is bijvoorbeeld zo wanneer
het kind onder de 16 is, en de moeder geen toestemming geeft tot
erkenning.
Er kan om vervangende toestemming door de rechtbank worden
gevraagd. Dit kan op verzoek van de verwekker of de biologische vader
van het kind met family life (= nauwe persoonlijke betrekking).
De toestemming wordt verleend indien:
Verwekker/biologische vader -> tenzij het kind hierdoor geschaad wordt
Levensgezel van de moeder die heeft ingestemd met de daad -> alleen
indien het in het belang van het kind is.
HR Vervangende toestemming tot erkenning
Het uitgangspunt is dat 1:204 lid 3 BW ervoor zorgt dat de juridische
werkelijkheid zo veel mogelijk aansluit bij de biologische werkelijkheid. Dat
het kind enkele weerslag ondervindt maakt niet dat vader geen
vervangende toestemming kan krijgen.
HR Voorwaardelijke toestemming
De moeder kan vervangende toestemming niet blokkeren door een ander
toestemming te verlenen. Vanaf het moment dat iemand een verzoek tot
vervangende toestemming indient kan de moeder slechts voorwaardelijke
toestemming aan een ander verlenen. Deze heeft alleen gevolg indien de
rechter de vervangende toestemming weigert. Vanaf het moment van het
verlenen van toestemming aan een derde, is deze toestemming 3
maanden voorwaardelijk (HR Voorwaardelijke toestemming II).
De erkenner, de ouder die toestemming heeft gegeven tot erkenning en
het kind kunnen de gedane erkenning vernietigen (1:205 BW). De
