100% de satisfacción garantizada Inmediatamente disponible después del pago Tanto en línea como en PDF No estas atado a nada 4.2 TrustPilot
logo-home
Resumen

Samenvatting farmacologie deel 3 - prof. De Hoon

Puntuación
5.0
(1)
Vendido
15
Páginas
63
Subido en
06-05-2024
Escrito en
2023/2024

Dit document is een uitgebreide samenvatting van deel 3 van farmacologie, gedoceerd door prof. De Hoon en prof. Casteels. Het maakt deel uit van het vak farmacologie, gedoceerd in de 3e bachelor geneeskunde. Het deel van prof. De Hoon is gebaseerd op zijn slides en lesnotities, het deel van prof. Casteels is gebaseerd op de cursustekst. Geslaagd in eerste zit met 17/20! Veel succes!

Mostrar más Leer menos
Institución
Grado











Ups! No podemos cargar tu documento ahora. Inténtalo de nuevo o contacta con soporte.

Escuela, estudio y materia

Institución
Estudio
Grado

Información del documento

Subido en
6 de mayo de 2024
Número de páginas
63
Escrito en
2023/2024
Tipo
Resumen

Temas

Vista previa del contenido

FARMACOTHERAPIE VAN DEPRESSIE


1. DEFINITIE, INLEIDING
Depressie = chronische, terugkerende en potentieel levensbedreigende aandoening met een incidentie van
ongeveer 20% wereldwijd (België: 1/6)


Diagnostische criteria voor zware depressie volgens DSM-IV-TR
- 5 van volgende symptomen moeten aanwezig zijn (waarvan minstens 1 met *):
o Gedeprimeerd gevoel*
o Verlies aan interesse of plezier*
o Gewichtsverlies
o Insomnia of hypersomnia
o Psychomotorische agitatie of vertraging
o Vermoeidheid of verlies van energie
o Gevoel van waardeloosheid of buitensporige onterechte
schuldgevoelens
o Verminderd concentratievermogen
o Suïcidale gedachten



2. SOCIO-ECONOMISCHE IMPACT: DRAMATISCHE PROPORTIES IN BELGIË
- 1/6 krijgt af te rekenen met depressie
- Iedere dag: 7 personen zelfmoord in België


Kenmerken van depressie:
- Vaak eerste periode op jonge leeftijd
- Mannen > vrouwen (prevalentie 800 vs 1500/100.000)
- Chronisch (6-24maanden), recidiverende aandoening
- Potentieel levensbedreigend: -10j bij vrouw, -15j bij man
o Suïciderisico is hoger bij een man: vooral 75j-85j+
- Antidepressiva worden voorgeschreven op basis van subjectieve klachten
o Moeilijk te bewijzen dat deze medicatie effectief is
o Placebo-effect kan duidelijk aanwezig zijn


3. PATHOFYSIOLOGIE VAN DEPRESSIE
 Geen consensus over neurobiologische oorzaak


Eerste hypothese (1960) monoamine deficiëntie hypothese
Gebaseerd op de bevinding dat:
- Reserpine (=antihypertensivum) geïnduceerde depressie
o  Depletie monoamine neurotransmitters: NA, S, D
o Blokkade opname en opslag van neurotransmitters in vesikels
- Werking bijna alle actuele antidepressiva: gebaseerd op verhoging:

, o NA transmissie
o S transmissie
o NA en S transmissie
 Conclusie: verstoorde concentratie van neurotransmitters in CZS ligt aan de basis van depressie
1. Mechanisme van antidepressiva?
o Heropname NT remmen, bv. tricyclische antidepressiva
o Afbraak NT inhiberen, bv. MAO-inhibitoren


Bezwaren tegen mono-amine hypothese
- Agomelanine (geen invloed op NA of S), heeft een antidepressive werking. Er wordt verondersteld dat
melatinine geen direct oorzakelijke rol speelt bij depressie.
- Lagtime werkzaamheid antidepressiva: heropnameremming door TCA’s of SSRI’s treedt onmiddelijjk
op terwijl maximale therapeutisch effectiviteit pas bereikt wordt na 2-6 weken
o Verklaring hiervoor is dat er moleculaire/structurele veranderingen plaatsvinden als gevolg
van heropnameremming (second messengers)
o  Secundaire effecten van verhoogde monoamineconcentraties in de synaps?



4. INDELING EN STRUCTUUR VAN ANTIDEPRESSIVA
Therapeutische opties:
1. Psychotherapie
2. Psychofarmaca (30-40% placeborespons)
a. Niet-selectieve reuptake inhibitoren
i. Tricyclische antidepressiva (TCA)
ii. Serotonine- en noradrenaline reuptake inhibitoren (SNRIs)
iii. Noradrenaline- en dopamine reuptake inhibitoren
b. Selectieve reuptake inhibitoren
i. Selectieve serotonine reuptake inhibitoren (SSRIs)
ii. Selectieve noradrenaline reuptake inhibitoren
c. Monoamineoxidase inhibitoren (MAO-I)
d. Antidepressiva direct werkend op neuroreceptoren
3. Fytofarmaca: Sint-Janskruid


Recente producten: betere tolerantie, minder nevenwerkingen, meer veiligheid bij overdosis, kleinere kans
op klinisch relevanten interacties. Recentere antidepressiva zijn gedeeltelijk het resultaat van gericht
onderzoek, deels van toevallige bevindingen. Belangrijkste werkingsmechanisme: heropnameremming van
NA en/of S  moleculen ontwikkelen met dezelfde efficaciteit als TCA’s, maar minder nevenwerkingen.
<->
1e generatie (MAO-I, TCA): enkel nog gebruikt bij bijzondere indicaties, bv. ernstige depressie
 Eerste keuze gaat uit naar recentere antidepressiva

, 4.1. NIET-SELECTIEVE REUPTAKE INHIBITOREN


Tricyclische antidepressiva (TCA)
- Algemeen
o 1e generatie antidepressiva
 Clompipramine (prototype!)
 Imipramine (1957, oudste)
 Nortriptyline
 Amitryptiline
 Dosulipine
- Werking: niet-selectieve inhibitie van
o Noradrenaline reuptake transporter (NET)
o Serotonine reuptake transporter (SERT)
o (ook α 1, H1, M)

- Farmacokinetiek
o Absorptie: onvolledig door first-pass metabolisme
o Distributie: lipofiel molecule
 Hoge eiwitbinding
 Groot distributievolume
o Klaring: sterk metabool, vaak CYP2D6 afh
  rekening houden met variaties in plasmaspiegels en werkzaamheid < genetische
polymorfismen
 Tricyclische kern (oxidatie, glucuronidatie)
 Invloed van farmacogenetica (fast/poor metabolizer)
 Soms actieve metabolieten (door enkelvoudige demethylering)
 Amitriptyline  nortriptyline
 Imipramine  desipramine
o Inname
 Meestal 1x daags (lange T1/2 duurt 2-6 weken vooraleer antidepressief effect
optreedt + steady state duurt 4-5 T1/2)
 TDM is weinig zinvol
 = plasmaconcentratiebepaling tijdens therapie
 Voorwaarde: lang genoeg toegediend + steady state
 Weinig verband tussen plasmaspiegel en therapeutisch effect
 3 indicaties om dit wel te doen: toxiciteit, therapietrouw, plasmaspiegel
lager dan verwacht (< genetisch polymorfisme)
- Bijwerkingen
o Vooral bij het begin van de therapie  startdosis laag houden
o Anticholinerg (M): xerostomie, obstipatie, accomodatiestoornissen, tachycardie,
mydriase/glaucoom, mictiestoornissen
o Antihistaminerg (M): sedatie (en eventueel ook effect op eetlust)  inname ’s avonds (itt
nortriptyline: activerend  inname ’s ochtends)
o Anti-adrenerg (α 1): (orthostatische) hypotensie, miosis, ejaculatiestoornissen, rode
huidskleur
o Cardiotoxiciteit: QTc verlenging, aritmieën bij overdosis

o Varia:

,  Gewichtstoename
 Seksuele stoornissen
 Excessief zweten
 Allergische reacties
 TCA zijn “dirty drug”: NET, SERT, M, H1, α 1


- Contra-indicaties
o Hoge kans op zelfdoding
o Cardiaal: aritmieën, (recent) AMI
o Urogenitaal: urineretentie en BPH
o Oftalmologisch: glaucoom
o CZS: epilepsie (verlaging convulsiedrempel  meer kans op insulten)
o GI: refluxoesofagitis



- Interacties
o Verdringingsinteracties
 CAVE: orale antidiabetica, NSAIDs, TCA, vitamine K antagonisten
o Sedatie, CAVE: hypnotica, alcohol, anxiolytica, …
o Sterker effect van sympathomimetica (bv. fenylefrine)
  langer in synaps , langer effect
o CYP2D6 substraten/inhibitoren/inductoren
o Zwangerschap: relatieve CI (liever geen TCA)
 Amitriptyline lijkt veilig (=oud geneesmiddel)
 CAVE: clomipramine


Serotonine en noradrenaline reuptake inhibitoren (SNRIs)
Grote verscheidenheid in de mate waarin SSNRI’s ‘selectief’ SERT inhiberen tov NET. Klinische ervaring
toont dat SSNRI’s geen grotere efficaciteit vertoont dat TCA’s (belangrijkste verschil is minder
nevenwerkingen).  nieuw onderzoek naar dual reuptake unhibitoren
- Algemeen
o Dual-reuptake inhibitoren
o Betere tolerantie dan TCAs
o CAVE: geen CYP2D6 inhibitie (minder dan SSRI)
o Stoffen:
 Venlafaxine
 Duloxetine
- Farmacokinetiek
o Goed geabsorbeerd
o Relatief lange halfwaardetijd
- Bijwerkingen
o Zelfde als SSRI’s
o Venlafaxine: in hoge dosis een amfetamine-achtig stimulerend effect




Noradrenaline en dopamine reuptake inhibitoren
$12.12
Accede al documento completo:

100% de satisfacción garantizada
Inmediatamente disponible después del pago
Tanto en línea como en PDF
No estas atado a nada

Reseñas de compradores verificados

Se muestran los comentarios
8 meses hace

5.0

1 reseñas

5
1
4
0
3
0
2
0
1
0
Reseñas confiables sobre Stuvia

Todas las reseñas las realizan usuarios reales de Stuvia después de compras verificadas.

Conoce al vendedor

Seller avatar
Los indicadores de reputación están sujetos a la cantidad de artículos vendidos por una tarifa y las reseñas que ha recibido por esos documentos. Hay tres niveles: Bronce, Plata y Oro. Cuanto mayor reputación, más podrás confiar en la calidad del trabajo del vendedor.
Paracetamol123 Katholieke Universiteit Leuven
Seguir Necesitas iniciar sesión para seguir a otros usuarios o asignaturas
Vendido
403
Miembro desde
2 año
Número de seguidores
72
Documentos
43
Última venta
12 horas hace

Vragen over een samenvatting? Stuur mij gerust een berichtje!

4.7

39 reseñas

5
30
4
7
3
1
2
0
1
1

Recientemente visto por ti

Por qué los estudiantes eligen Stuvia

Creado por compañeros estudiantes, verificado por reseñas

Calidad en la que puedes confiar: escrito por estudiantes que aprobaron y evaluado por otros que han usado estos resúmenes.

¿No estás satisfecho? Elige otro documento

¡No te preocupes! Puedes elegir directamente otro documento que se ajuste mejor a lo que buscas.

Paga como quieras, empieza a estudiar al instante

Sin suscripción, sin compromisos. Paga como estés acostumbrado con tarjeta de crédito y descarga tu documento PDF inmediatamente.

Student with book image

“Comprado, descargado y aprobado. Así de fácil puede ser.”

Alisha Student

Preguntas frecuentes