Oefentoets kennistoets 6

Kennistoets 6
1. Hoe ontstaat een psychose?
a. door een tekort aan dopamine
b. door teveel dopamine
c. door een tekort aan vitamine K
d. door teveel vitamine K


2. Welke uitspraken zijn juist met betrekking tot het geven van feedback:
a. beschrijf het gedrag van de ander op een subjectieve manier
b. ga over de feedback in discussie met de ander.
c. beschrijf het gedrag van de ander op een objectieve manier
d. laat weten dat andere collega’s er ook zo over denken



3. In welke volgorde horen de stappen voor het coderen van interviews?
a. selectief – axiaal - open
b. open – axiaal – selectief
c. axiaal – open - selectief
d. open – selectief - axiaal


4. stelling: het berekenen van de BMI heef bij iedereen dezelfde waarde voor
ondergewicht, gezond gewicht of overgewicht.
a. waar
b. niet waar


5. wanneer zijn tremoren van iemand met parkison goed te zien?
a. wanneer iemand iets wil pakken
b. als iemand stil zit
c. als iemand loopt


6. een verpleegkundige gaat een isolatekamer binnen en draagt alleen een mond-
neusmakser. Welke vorm van isolate is dit?
a. beschermende isolatie
b. druppel isolatie
c. aerogene isolatie
d. contact isolatie