Geschiedenis samenvatting
Hoofdstuk 12
Kenmerkende aspecten
o De rol van moderne propaganda- en communicatiemiddelen en vormen van
massaorganisatie
o Het in de praktijk brengen van de totalitaire ideologieën communisme en
fascisme/nationaalsocialisme
o Het voeren van twee wereldoorlogen
o Racisme en discriminatie die leidden tot genocide, in het bijzonder op Joden
o De Duitse bezetting van Nederland
o Verwoestingen op niet eerder vertoonde schaal door massavernietigingswapens en
de betrokkenheid van de burgerbevolking bij oorlogvoering
o Vormen van verzet tegen het West-Europese imperialisme
12.1: Nazi-Duitsland en het fascisme in Europa
Hoop in Hitler:
o Zou einde maken aan grote werkloosheid en vernederende bepalingen van Verdrag
van Versailles
1919: Duitsland democratische republiek (Weimarrepubliek)
o Parlement sterk verdeeld moeilijk tot besluiten komen (Volgens Hitler belangrijke
oorzaak voor ellendige staat Duitsland)
Ideologie Hitler = nationaalsocialisme
o Oer-Duitse natie alleen hersteld en versterkt onder een krachtige leider, gezag niet
ter discussie = leidersbeginsel
1933: Hitler rijkskanselier
o NSDAP (NationaalSocialistischeDuitseArbeidersPartij)
o Verbood alle andere politieke partijen einde Duitse democratie
o Tegen communisme, democratie en kapitalisme
Propaganda nationaalsocialistische idealen verspreid
Antisemitisme = haat tegen Joden
Volgens Hitler verschillen tussen menselijke rassen en daarom moesten ze anders behandeld
worden
Veel joden werkte in bankwereld, waren rijk volgens Hitler schuldig aan economische
problemen Duitsland
9-10 november 1938: Kristalnacht
o Synagogen, winkels en huizen van joden verwoest
, Economische politiek
o Hitler beloofde economische problemen op te lossen
o Werkgevers en werknemers moesten samenwerken geen vakbonden maar
staatsorganisatie DAF
o Hierin werden alle arbeidsvoorwaarden vastgesteld
o Alle arbeiders moesten lid zijn klassenstrijd voorkomen nationale eenheid
en economie versterken
o Bestrijden grote werkloosheid
o Staat veel invloed
o Duitsland niet economisch afhankelijk van andere landen
o Snelwegen aanleggen, in leger, wapenproductie meer banen mensen
dankbaar
Antisemitisme geschiedenis in Europa
o Vanaf middeleeuwen
o Joden minderheid makkelijk doelwit
o Met name vanaf einde 19e eeuw toen nationalisme toenam
Opkomst nationaalsocialisme, afgeleid van fascisme
o Door situatie na 1e wo
o Vertrouwen in democratie en kapitalisme verloren
o Grote economische problemen
o Verlangen naar sterke leider die zou opkomen voor eigen land en cultuur
o Ook veel mensen bang voor communisten
Italië
o Begin fascisme
o Benito Mussolini
Spanje
o Fascisten namen macht over tijdens bloedige Spaanse Burgeroorlog
o Redenen
o Landbouwgrond was door regering onteigend om economie te helpen
o Macht van rooms-katholieke kerk werd beperkt
o Bezuinigd op leger
o Bepaalde gebieden te veel zelfstandigheid uit elkaar vallen
o Andere landen bemoeide zich ook proeftuin 2e wo
12.2: De Duitse bezetting
Eerste maatregel van Duitsers: ondertekenen ariërverklaring
10 mei 1940: Nederland overgenomen door Duitsers
Hoofdstuk 12
Kenmerkende aspecten
o De rol van moderne propaganda- en communicatiemiddelen en vormen van
massaorganisatie
o Het in de praktijk brengen van de totalitaire ideologieën communisme en
fascisme/nationaalsocialisme
o Het voeren van twee wereldoorlogen
o Racisme en discriminatie die leidden tot genocide, in het bijzonder op Joden
o De Duitse bezetting van Nederland
o Verwoestingen op niet eerder vertoonde schaal door massavernietigingswapens en
de betrokkenheid van de burgerbevolking bij oorlogvoering
o Vormen van verzet tegen het West-Europese imperialisme
12.1: Nazi-Duitsland en het fascisme in Europa
Hoop in Hitler:
o Zou einde maken aan grote werkloosheid en vernederende bepalingen van Verdrag
van Versailles
1919: Duitsland democratische republiek (Weimarrepubliek)
o Parlement sterk verdeeld moeilijk tot besluiten komen (Volgens Hitler belangrijke
oorzaak voor ellendige staat Duitsland)
Ideologie Hitler = nationaalsocialisme
o Oer-Duitse natie alleen hersteld en versterkt onder een krachtige leider, gezag niet
ter discussie = leidersbeginsel
1933: Hitler rijkskanselier
o NSDAP (NationaalSocialistischeDuitseArbeidersPartij)
o Verbood alle andere politieke partijen einde Duitse democratie
o Tegen communisme, democratie en kapitalisme
Propaganda nationaalsocialistische idealen verspreid
Antisemitisme = haat tegen Joden
Volgens Hitler verschillen tussen menselijke rassen en daarom moesten ze anders behandeld
worden
Veel joden werkte in bankwereld, waren rijk volgens Hitler schuldig aan economische
problemen Duitsland
9-10 november 1938: Kristalnacht
o Synagogen, winkels en huizen van joden verwoest
, Economische politiek
o Hitler beloofde economische problemen op te lossen
o Werkgevers en werknemers moesten samenwerken geen vakbonden maar
staatsorganisatie DAF
o Hierin werden alle arbeidsvoorwaarden vastgesteld
o Alle arbeiders moesten lid zijn klassenstrijd voorkomen nationale eenheid
en economie versterken
o Bestrijden grote werkloosheid
o Staat veel invloed
o Duitsland niet economisch afhankelijk van andere landen
o Snelwegen aanleggen, in leger, wapenproductie meer banen mensen
dankbaar
Antisemitisme geschiedenis in Europa
o Vanaf middeleeuwen
o Joden minderheid makkelijk doelwit
o Met name vanaf einde 19e eeuw toen nationalisme toenam
Opkomst nationaalsocialisme, afgeleid van fascisme
o Door situatie na 1e wo
o Vertrouwen in democratie en kapitalisme verloren
o Grote economische problemen
o Verlangen naar sterke leider die zou opkomen voor eigen land en cultuur
o Ook veel mensen bang voor communisten
Italië
o Begin fascisme
o Benito Mussolini
Spanje
o Fascisten namen macht over tijdens bloedige Spaanse Burgeroorlog
o Redenen
o Landbouwgrond was door regering onteigend om economie te helpen
o Macht van rooms-katholieke kerk werd beperkt
o Bezuinigd op leger
o Bepaalde gebieden te veel zelfstandigheid uit elkaar vallen
o Andere landen bemoeide zich ook proeftuin 2e wo
12.2: De Duitse bezetting
Eerste maatregel van Duitsers: ondertekenen ariërverklaring
10 mei 1940: Nederland overgenomen door Duitsers
