Werkgroepopgaven Week 5 (Inleiding Strafrecht)
Opgave 1
a. Wanneer beslist de rechter tot vrijspraak?
Indien het ten laste gelegde feit niet bewezen kan worden. Dus bij het negatief beantwoorden van de
eerste vraag van het beslissingsmodel.
b. Bij welk soort delicten leidt het aannemen van een strafuitsluitingsgrond niet tot een OVAR
maar tot een vrijspraak?
Bij delicten waar schuld/wederrechtelijkheid is opgenomen in de delictsomschrijving
(tenlastelegging).
c. Wat is de uitspraak na een gegrond beroep op AVAS? Betrek bij uw antwoorden de
uitspraken Melk en Water en Basketbalspeler. Welke feiten waren in beide zaken ten laste
gelegd en wat betekent dit voor het oordeel van de rechter?
Bij een gegrond beroep op AVAS volgt in principe OVAR, tenzij schuld in de delictsomschrijving /
tenlastelegging is opgenomen.
Melk en Water: Er kon geen veroordeling volgen, ook al had hij naar de letter van de wet de
Veewet overtreden. De overtreding van verdachte beoogde het doel waartoe de strafbaarstelling van
de Veewet strekte meer te dienen dan als hij zich aan de Veewet had gehouden. Hierdoor ontbrak de
materiële wederrechtelijkheid. Ontslag van alle rechtsvervolging. (Ongeschreven
rechtvaardigingsgrond)
Basketbalspeler: De rechtbank oordeelde dat sprake was van afwezigheid van schuld. Door de klap
tegen het hoofd van de verdachte, wist hij niet meer wat er gebeurd was, namelijk een ongeluk.
Hierbij was de verdachte met hoge snelheid achterop een andere auto gereden, waardoor de
bestuurder van die auto zeer ernstig gewond raakte. Schuld was in de tenlastelegging opgenomen
dus vrijspraak. (Ongeschreven schulduitsluitingsgrond; verontschuldigbare onmacht)
Opgave 2 (Vervolg van opgave 4, werkblad 4A)
Opgave 4
Bij een romantisch diner voor twee schiet een onhandige opmerking van Merjem bij Dimitri in het
verkeerde keelgat. Dimitri staat op en geeft de tengere Merjem met gebalde vuist een rake stomp
tegen haar slaap. Door de stomp valt Merjem achterover en verliest zij haar bewustzijn. Enkele
uren later overlijdt zij in het ziekenhuis. Sectie wijst uit dat zij een schedelbreuk heeft opgelopen en
dat er een fatale bloeding in haar hersenen is opgetreden. Dimitri wordt vervolgd ter zake zware
mishandeling met de dood ten gevolge (art. 302 lid 1 juncto lid 2 Sr). Dimitri zegt dat hij Merjem
enkel pijn wilde bezorgen. Zwaar lichamelijk letsel noch de dood heeft hij geweten noch gewild
waardoor het voor een veroordeling vereiste opzet volgens zijn raadsman ontbreekt.
Stel dat ten laste is gelegd en bewezen wordt verklaard
“dat hij op 24 december 2015 te Amsterdam aan Merjem pijn en/of lichamelijk letsel heeft
toegebracht door haar met gebalde vuist tegen haar hoofd te slaan ten gevolge waarvan zij ten
iManage NumberiManage Number
Opgave 1
a. Wanneer beslist de rechter tot vrijspraak?
Indien het ten laste gelegde feit niet bewezen kan worden. Dus bij het negatief beantwoorden van de
eerste vraag van het beslissingsmodel.
b. Bij welk soort delicten leidt het aannemen van een strafuitsluitingsgrond niet tot een OVAR
maar tot een vrijspraak?
Bij delicten waar schuld/wederrechtelijkheid is opgenomen in de delictsomschrijving
(tenlastelegging).
c. Wat is de uitspraak na een gegrond beroep op AVAS? Betrek bij uw antwoorden de
uitspraken Melk en Water en Basketbalspeler. Welke feiten waren in beide zaken ten laste
gelegd en wat betekent dit voor het oordeel van de rechter?
Bij een gegrond beroep op AVAS volgt in principe OVAR, tenzij schuld in de delictsomschrijving /
tenlastelegging is opgenomen.
Melk en Water: Er kon geen veroordeling volgen, ook al had hij naar de letter van de wet de
Veewet overtreden. De overtreding van verdachte beoogde het doel waartoe de strafbaarstelling van
de Veewet strekte meer te dienen dan als hij zich aan de Veewet had gehouden. Hierdoor ontbrak de
materiële wederrechtelijkheid. Ontslag van alle rechtsvervolging. (Ongeschreven
rechtvaardigingsgrond)
Basketbalspeler: De rechtbank oordeelde dat sprake was van afwezigheid van schuld. Door de klap
tegen het hoofd van de verdachte, wist hij niet meer wat er gebeurd was, namelijk een ongeluk.
Hierbij was de verdachte met hoge snelheid achterop een andere auto gereden, waardoor de
bestuurder van die auto zeer ernstig gewond raakte. Schuld was in de tenlastelegging opgenomen
dus vrijspraak. (Ongeschreven schulduitsluitingsgrond; verontschuldigbare onmacht)
Opgave 2 (Vervolg van opgave 4, werkblad 4A)
Opgave 4
Bij een romantisch diner voor twee schiet een onhandige opmerking van Merjem bij Dimitri in het
verkeerde keelgat. Dimitri staat op en geeft de tengere Merjem met gebalde vuist een rake stomp
tegen haar slaap. Door de stomp valt Merjem achterover en verliest zij haar bewustzijn. Enkele
uren later overlijdt zij in het ziekenhuis. Sectie wijst uit dat zij een schedelbreuk heeft opgelopen en
dat er een fatale bloeding in haar hersenen is opgetreden. Dimitri wordt vervolgd ter zake zware
mishandeling met de dood ten gevolge (art. 302 lid 1 juncto lid 2 Sr). Dimitri zegt dat hij Merjem
enkel pijn wilde bezorgen. Zwaar lichamelijk letsel noch de dood heeft hij geweten noch gewild
waardoor het voor een veroordeling vereiste opzet volgens zijn raadsman ontbreekt.
Stel dat ten laste is gelegd en bewezen wordt verklaard
“dat hij op 24 december 2015 te Amsterdam aan Merjem pijn en/of lichamelijk letsel heeft
toegebracht door haar met gebalde vuist tegen haar hoofd te slaan ten gevolge waarvan zij ten
iManage NumberiManage Number