CONTINÜUM WISKUNDE
LEERLIJN WISKUNDE DOORHEEN DE BASISSCHOOL
3 FASEN
Ontluikende gecijferdheid
Wanneer? Tot ongv 7 jaar, begin lagere school
• Wat leren we? Voorbereidende rekenvaardigheden:
₋ Conservatie
₋ Correspondentie
₋ Classificatie
₋ Seriatie
₋ Subiteren
₋ Translatie
₋ Tellen: procedureel en conceptueel tellen
₋ Meetkunde bij kleuters
₋ Maatbegrip
₋ Rekenhandelingen
₋ Rekentaal
Aanvankelijk rekenen
Wanneer? Eerste leerjaar, rekenen met getallen tot 20
• Wat leren we?
– Omgaan met de getallen tot 20
• Telrij heen en terug
• 1‐cijferig getal wordt 2‐cijferig, later HTE
• Hoe verhouden getallen zich: de getallenrij
• De basisoperatiesymbolen ’=’, ‘+’, ‘‐‘, ‘>’ en ‘<’
• Optellen en aftrekken
– Rekentaal en Contextrijke opgave
– Tijd en kloklezen
• Wat leren we nog?
, – Procedures en rekenfeiten:
• Rekenalgoritme: splitsen, brug
• Rekenfeiten: splitsen, optellen en aftrekken, wisseleigenschap
– Meten en meetkunde:
• conventionele maten: liter, meter, kilogram, uur en euro
• vormleer
• spiegelingen, symmetrie, …
hoe?
Of: opbouwen van rekenfeiten
Gevorderd rekenen
Wanneer? Rekenen met getallen boven de 20
• Wat leren we?
– Omgaan met getallen boven de 20
– Contextrijke opgaven: de vraagstukken
– De breuk en het decimaal getal
– Rekenalgoritmes:
• TE +/‐ E zonder brug 24 + 3
• TE +/‐ E met brug voorbeeld: 47 + 6
• TE+/‐ T 47 + 30
• TE +TE zonder brug 47 + 32
• TE +TE met brug 47 + 38
• TE +/‐TE met dubbele brug 47 + 78
LEERLIJN WISKUNDE DOORHEEN DE BASISSCHOOL
3 FASEN
Ontluikende gecijferdheid
Wanneer? Tot ongv 7 jaar, begin lagere school
• Wat leren we? Voorbereidende rekenvaardigheden:
₋ Conservatie
₋ Correspondentie
₋ Classificatie
₋ Seriatie
₋ Subiteren
₋ Translatie
₋ Tellen: procedureel en conceptueel tellen
₋ Meetkunde bij kleuters
₋ Maatbegrip
₋ Rekenhandelingen
₋ Rekentaal
Aanvankelijk rekenen
Wanneer? Eerste leerjaar, rekenen met getallen tot 20
• Wat leren we?
– Omgaan met de getallen tot 20
• Telrij heen en terug
• 1‐cijferig getal wordt 2‐cijferig, later HTE
• Hoe verhouden getallen zich: de getallenrij
• De basisoperatiesymbolen ’=’, ‘+’, ‘‐‘, ‘>’ en ‘<’
• Optellen en aftrekken
– Rekentaal en Contextrijke opgave
– Tijd en kloklezen
• Wat leren we nog?
, – Procedures en rekenfeiten:
• Rekenalgoritme: splitsen, brug
• Rekenfeiten: splitsen, optellen en aftrekken, wisseleigenschap
– Meten en meetkunde:
• conventionele maten: liter, meter, kilogram, uur en euro
• vormleer
• spiegelingen, symmetrie, …
hoe?
Of: opbouwen van rekenfeiten
Gevorderd rekenen
Wanneer? Rekenen met getallen boven de 20
• Wat leren we?
– Omgaan met getallen boven de 20
– Contextrijke opgaven: de vraagstukken
– De breuk en het decimaal getal
– Rekenalgoritmes:
• TE +/‐ E zonder brug 24 + 3
• TE +/‐ E met brug voorbeeld: 47 + 6
• TE+/‐ T 47 + 30
• TE +TE zonder brug 47 + 32
• TE +TE met brug 47 + 38
• TE +/‐TE met dubbele brug 47 + 78