GER3 Hoorcollege 6
Hoorcollege 6: Fragiliteit
1. FRAGILITEIT
Fragiliteit = geheel van kenmerken dat geriatrische patiënt predisponeert tot functionele
achteruitgang (capaciteitsverlies) en risico verhoogt op optreden van geriatrische ziektebeelden.
Fragiliteit = multidimensioneel concept met elementen die fysiek (fysiologisch en pathologisch),
mentaal, affectief, sociaal en omgevingsgebonden zijn.
1.1. FYSIEKE DIMENSIE VAN FRAGILITEIT
Leeftijd = factor van fragiliteit
Vrouwelijke geslacht
Deze 2 factoren zijn niet beïnvloedbaar, ze kunnen wel mee preventieve aanpak helpen oriënteren.
1.1.1. ANDERE ELEMENTEN VAN FYSIEKE FRAGILITEIT
Mobiliteit
Sensoriële functies
Voedingstoestand
Polypathologie + polymedicatie, nood aan verzorging en hospitalisatie
o Belangrijke parameters in evaluatie van fragiliteit
Ziekten die de kans op fragiliteit verhogen
o Chronische longinsufficiëntie
o Hartinsufficiëntie
o Cerebrovasculair accident
o Femurhalsfractuur
o Actieve maligne aandoeningen
1.2. M ENTALE EN AFFECTIEVE DIMENSIES VAN FRAGILITEIT
Cognitie
Gemoedstoestand
Angst
Gebruik van anxiolytica
Sociale isolement
Woonomstandigheden
Financiële inkomen
Genoten onderwijs
1.3. FUNCTIONELE ACHTERUITGANG
= dynamisch proces dat past in het theoretische kader van fragiliteit
Personen die fragiel zijn hebben meer kans op
1
, GER3 Hoorcollege 6
Functionele achteruitgang bij ADL-activiteiten
Optreden van geriatrische ziektebeelden
Jaarlijkse incidentie van functionele achteruitgang bedraagt 12%
Acuut optreden bij een ziekte of meer progressief bij een reeds afhankelijke patiënt
1.4. I NTERVENTIES BIJ FRAGILITEIT
Preventie en revalidatie zijn mogelijk
Preventie gericht op
o Lichaamsbeweging
o Voeding
o Optimalisering en correctie van sensoriële stoornissen
Secundaire en tertiaire preventie van invaliderende chronische ziekten
o Primair: voorkomen van ziektes
o Secundair: opsporen van vroegtijdige ziektes
o Tertiaire: erge complicaties proberen voorkomen
1.5. V ERMINDERING VAN FRAGILITEIT
Behoud van de spierkracht van de onderste en bovenste ledematen
Behandeling van depressie en angst
Sensoriële optimalisatie
Dit samen met preventie strategieën!
2. S EDENTAIR GEDRAG
Alle activiteiten die je uitvoert in zittende of liggende houding
Laag energieverbruik
≠ slaaptijd
≠ fysiek inactief
≠ te weinig lichaamsbeweging
Enkel zittende activiteiten tijdens vrije tijd
2/10 Vlaamse volwassenen
4/10 Vlaamse Ouderen (65+)
5/10 Vlaamse Ouderen (75+)
2.1. S EDENTAIR GEDRAG VS FYSIEKE INACTIVITEIT
Sedentair gedrag
Onafgebroken zitten of liggen met laag energieverbruik als dagelijkse leefstijl
Fysieke inactiviteit
Verwijst naar te weinig lichaamsbeweging of het niet behalen van de beweegnorm
2.2. B EWEEGNORM WHO
2
Hoorcollege 6: Fragiliteit
1. FRAGILITEIT
Fragiliteit = geheel van kenmerken dat geriatrische patiënt predisponeert tot functionele
achteruitgang (capaciteitsverlies) en risico verhoogt op optreden van geriatrische ziektebeelden.
Fragiliteit = multidimensioneel concept met elementen die fysiek (fysiologisch en pathologisch),
mentaal, affectief, sociaal en omgevingsgebonden zijn.
1.1. FYSIEKE DIMENSIE VAN FRAGILITEIT
Leeftijd = factor van fragiliteit
Vrouwelijke geslacht
Deze 2 factoren zijn niet beïnvloedbaar, ze kunnen wel mee preventieve aanpak helpen oriënteren.
1.1.1. ANDERE ELEMENTEN VAN FYSIEKE FRAGILITEIT
Mobiliteit
Sensoriële functies
Voedingstoestand
Polypathologie + polymedicatie, nood aan verzorging en hospitalisatie
o Belangrijke parameters in evaluatie van fragiliteit
Ziekten die de kans op fragiliteit verhogen
o Chronische longinsufficiëntie
o Hartinsufficiëntie
o Cerebrovasculair accident
o Femurhalsfractuur
o Actieve maligne aandoeningen
1.2. M ENTALE EN AFFECTIEVE DIMENSIES VAN FRAGILITEIT
Cognitie
Gemoedstoestand
Angst
Gebruik van anxiolytica
Sociale isolement
Woonomstandigheden
Financiële inkomen
Genoten onderwijs
1.3. FUNCTIONELE ACHTERUITGANG
= dynamisch proces dat past in het theoretische kader van fragiliteit
Personen die fragiel zijn hebben meer kans op
1
, GER3 Hoorcollege 6
Functionele achteruitgang bij ADL-activiteiten
Optreden van geriatrische ziektebeelden
Jaarlijkse incidentie van functionele achteruitgang bedraagt 12%
Acuut optreden bij een ziekte of meer progressief bij een reeds afhankelijke patiënt
1.4. I NTERVENTIES BIJ FRAGILITEIT
Preventie en revalidatie zijn mogelijk
Preventie gericht op
o Lichaamsbeweging
o Voeding
o Optimalisering en correctie van sensoriële stoornissen
Secundaire en tertiaire preventie van invaliderende chronische ziekten
o Primair: voorkomen van ziektes
o Secundair: opsporen van vroegtijdige ziektes
o Tertiaire: erge complicaties proberen voorkomen
1.5. V ERMINDERING VAN FRAGILITEIT
Behoud van de spierkracht van de onderste en bovenste ledematen
Behandeling van depressie en angst
Sensoriële optimalisatie
Dit samen met preventie strategieën!
2. S EDENTAIR GEDRAG
Alle activiteiten die je uitvoert in zittende of liggende houding
Laag energieverbruik
≠ slaaptijd
≠ fysiek inactief
≠ te weinig lichaamsbeweging
Enkel zittende activiteiten tijdens vrije tijd
2/10 Vlaamse volwassenen
4/10 Vlaamse Ouderen (65+)
5/10 Vlaamse Ouderen (75+)
2.1. S EDENTAIR GEDRAG VS FYSIEKE INACTIVITEIT
Sedentair gedrag
Onafgebroken zitten of liggen met laag energieverbruik als dagelijkse leefstijl
Fysieke inactiviteit
Verwijst naar te weinig lichaamsbeweging of het niet behalen van de beweegnorm
2.2. B EWEEGNORM WHO
2